Member Kasper DavisPunten : 484
Age : -
Icon : | Onderwerp: Eggtastic [ Route 123 ] [ Open ] ma jul 20, 2015 1:08 pm | |
| Het begon eindelijk een beetje op te klaren. Met zijn donkere wenkbrauwen in een frons getrokken keek de jongen door de ruit naar de enigszins opklarende lucht. Hoewel het blauw nog steeds verborgen was achter een grimmige grijze kleur, had een waterig zonnetje zich al laten zien en deden de stralen nu een poging tot het opdrogen van de natte aarde. Met een zucht leunde de jongen weer achteruit in de veel te comfortabele stoel. Ook hij was slachtoffer geworden van de regenbui: Zijn haar en kleding waren nog steeds vochtig van de dikke druppels die erop neergestort waren een uur terug. Kasper was de hele ochtend buiten en in de weer geweest. Iets wat je niet vaak zag, maar toch was vanochtend een drukke ochtend geweest. Als het niet heel hard was gaan regenen, zou de jongen nu waarschijnlijk nog steeds buiten zijn. Ja, je hoorde het goed. Hij had de jonge Ponyta, die momenteel in zijn Pokébal in Kasper's tas zat, wat trucjes geleerd. Eigenlijk was de jongen niet van het trainen en zijn Ponyta al helemaal niet. Het vurige beestje was van nature zeer trots en hoewel Kasper hem al heel wat manieren aangeleerd had en Ponyta hem tot op zekere hoogte respecteerde, vond hij het nog steeds niet leuk bevelen te krijgen. Kasper was over het algemeen ook zeer laks en ongemotiveerd, maar ach. Soms moest het nou eenmaal en de jongen had het al enkele weken uitgesteld.
Het was een goede ochtend geweest. Ponyta werkte verrassend goed mee en pikte de trucjes en aanvallen die Kasper hem probeerde te leren snel en bijna foutloos op. De paardachtige Pokémon leek het zelf ook leuk te vinden om lekker in de weer te zijn en wat tijd buiten zijn Pokéball door te brengen. Ergens wist Kasper wel dat hij de beesten niet de hele dag in hun Pokéball moest laten zitten, maar hij deed het toch. Het was niet schadelijk voor hun gezondheid of iets, maar wel saai. Hij vond het gewoon zo onhandig om de hele tijd op de twee Pokémon te moeten letten: Ze schoten elke kant op, bekeken en snuffelden aan alles en, in Stunky's geval, verstopte zich op elke bedenkbare en onbedenkbare plek die ze maar konden vinden. Daarnaast vertikte de jongen het om een riempje te kopen, omdat één: Hij zou dat ding met geen mogelijkheid om de dikke nek van zijn Stunky krijgen. Het beest haatte accessoires en was veel te goed in zich uit Kaspers halve wurggreep (want dat was het enige wat werkte) te wurmen. Ten tweede vond Kasper het simpelweg zieliger om zo'n Pokémon aan een riempje te laten dan haar niet uit haar Pokéball te halen. En tot slot reden nummer drie: Dat was waarschijnlijk nóg vervelender, want dan werd hij ook nog eens alle richtingen in meegesleurd. Het was bekend bij zowel de Trainer als bij de Pokémon dat de tweede sterker was.
Hij had tijdens het trainen de lucht al meerdere keren bezorgde blikken gestuurd. Het was in anderhalf uur van een mooie, blauwe zomerlucht naar een onheilspellende donkere brei van wolken overgegaan. Kasper was al meer richting de stad gegaan zodat hij kon schuilen, mocht het nodig zijn, maar hij was wel buiten gebleven. Geen druppels betekende geen regen betekende geen reden om te stoppen. Als hij vandaag nou even hard door zou trainen, hoefde hij het de komende zoveel weken niet te doen... Ook Ponyta leek de onrustige lucht hoog boven hen op te merken en werd er ongemakkelijk van. Dat was niet vreemd, want als een Pokémon met vlammen als deel van de vacht, was nattigheid natuurlijk ontzettend ongewenst.
"Kom op, Ponyta, nog even doorgaan, dan krijg je een extra bes bij je brokken," beloofde Kasper hem toen de Pokémon weigerde een aanval te oefenen. Dat leek het beestje wel op andere gedachten te brengen, want extra bessen vond hij niet erg! En Kasper ook niet. Hij had gister wilde bessen geplukt, dus had hij er meer dan genoeg en de belofte van bessen werkte erg motiverend voor beide Pokémon. Hij kon ze bijna alles laten doen als hij daarna wat extra bessen in hun voerbakken legde... "Die was goed, Ponyta. Nog één keer en daarna oefenen we Flame Wheel nog een keer." Hij moest zijn stem wat verheffen om boven de plotselinge harde windstoten uit te komen. Misschien werd het inderdaad tijd om richting de stad te gaan... Voordat de jongen zijn mond echter kon openen en zijn Ponyta kon vertellen dat ze zouden stoppen voor vandaag, begonnen de eerste druppels al te vallen. En hard! Oh oh. Direct hobbelde de jongen in een halve draf richting zijn tas, waaruit hij Ponyta's Pokébal griste. "Genoeg voor vandaag, we gaan een andere keer wel weer verder," deelde de Breeder zijn Pokémon mee, die ook al bezorgd zijn kant op gekomen was. De vurige Pokémon knikte zijn kopje, waarna hij opgezogen werd in de Pokéball in Kasper's hand. Haastig zocht Kasper zijn andere spullen bij elkaar. Hij had een kleed uitgelegd waarop hij ontbeten had, zijn laarsjes lagen er rommelig bovenop en een half opgegeten chocoladereep lag nog ergens in het gras. Laarjes in de tas proppen, gedaan. Het kleed opvouwen, wat een groot ding was het eigenlijk... Het duurde even voordat het kleed in zijn tas paste, maar uiteindelijk had hij het ding ook klein genoeg opgevouwen. En dan nu zijn chocoladereep. Het was best een dure reep geweest, maar het was de prijs zeker waard. Arceus, hij had nog nooit zulke lekkere chocolade gehad. Of misschien wel, maar ach. Het was lekker, hij had er nog amper van gegeten en het zou zonde zijn het ding nu te laten liggen... Was de chocoladereep de natte kleding waard? Het was zeker een moeilijke kwestie, maar uiteindelijk was er geen twijfel over mogelijk: Hij moest en zou die reep terug vinden. Zo begon zijn speurtocht, die gelukkig al snel eindigde. Godzijdank had de reep een felle omwikkeling, waardoor het toch makkelijk te vinden was. Nu al zijn spullen weer in zijn rugtas zaten, klikte Kasper het ding haastig dicht en hobbelde hij op een drafje richting de nabijgelegen stad.
Hij kon gelukkig in het Pokémon Center schuilen... De verpleegsters daar verwelkomde hem met open armen en bezorgde blikken op hun mooie gezichtjes. Kasper moest wel toegeven dat de Pokémon Center en haar verpleegsters hem altijd een gevoel van thuis gaven. Ze waren zo gastvrij en hoewel ze vooral Pokémon verzorgden, vonden ze de trainers, breeders en coördinatoren die langskwamen ook erg belangrijk en hielpen ze hen ook, mocht dat nodig zijn. Gelukkig had Kasper niks nodig dan een warm dekentje en misschien een warme kop thee. Nadat de verpleegsters hem een dekentje en een kop thee gegeven hadden, bracht Kasper hen zijn Pokémon. Nu hij hier toch was, kon hij Stunky en Ponyta net zo goed even laten nakijken, hoewel hij betwijfelde of er echt iets mis was. Hij was gezegend met twee kerngezonde Pokémon. Of het echter een echte zegen was... Het was niet alsof het tweetal veel deden, veel gevechten hadden of uitdagende expedities ondernamen, dus zo vreemd was het niet dat ze gewoon gezond waren. Nog steeds was Kasper opgelucht toen de resultaten helemaal toppie waren. Als Breeder had hij veel ongelukkige Pokémon gezien die zwak geboren waren... Velen hadden de eerste zes maanden niet overleefd... Ach, het hoorde er nou eenmaal bij. Kasper kon ermee omgaan, maar dat betekende niet dat het niks met hem deed. Hij schudde zijn hoofd wat om de gedachten kwijt te raken, waarna hij zijn Pokémon bij zich riep. "Jullie mogen even uit je Pokéball blijven, maar ga niet te ver weg, oké?" Hij keek beide Pokémon even aan en beiden knikten ze terug. Daarna maakten ze zich uit de voeten om het Pokémon Center te verkennen. Stunky had al snel besloten zich op te krullen in een van de comfortabele stoelen waar Kasper er zelf ook een van in beslag nam. Ponyta snuffelde wat rond rondom de balie en ging vervolgens een kijkje nemen bij de Chanseys die karrtjes heen en weer aan het rollen waren. Daarna besloot de trotse Pokémon toch maar bij Kasper's stoel te gaan liggen. Het beestje paste zelf net niet in een van de zitstukken, dus nam hij maar genoegen met de vloer. Hij zag er echter erg comfortabel uit en was al snel in slaap gevallen. Het verrasste Kasper niet. Ze hadden immers de hele ochtend getraind en de Ponyta was nog jong...
Eindelijk leek het echter opgeklaard te zijn. Hij kon weer naar buiten. Het was niet echt dat Kasper iets te doen had, maar hij was in de korte tijd dat hij rondreisde gewend geraakt aan de vrijheid. De Pokémon Center was heel fijn om in te zijn, maar hij vond het idee dat hij nergens anders echt heen kon toch wat ongemakkelijk. Vandaar dus dat hij zijn Pokémon terug naar hun Pokéballen stuurde en het dekentje en de lege kop terug naar de balie bracht. Na de vriendelijke verpleegster bedankt te hebben, vertrok hij weer. Op naar... Ja, waar zou hij heen gaan? Waarschijnlijk naar een van de routes om zijn zoektocht naar zijn moeders Pokémon voort te zetten. Hij had eigenlijk geen idee waar hij precies moest zoeken, maar ja, hij moest gewoon overal kijken. Uiteindelijk zou hij de Pokémon wel terug kunnen vinden, toch?
Het was een stukje lopen naar de route die hij wilde bewandelen, maar uiteindelijk kwam hij er dan toch. Voordat de jongen kon beginnen met rondvragen (hij haatte rondvragen, hij was er helemaal niet goed in, maar veel andere keuze had hij niet), viel zijn oog op een Espeon. De katachtige Pokémon keek hem met haar intelligente ogen strak aan en Kasper keek terug. Er was iets met deze Pokémon... Ze was dik. Maar niet te-veel-eten-dik. Nee, ze was... Ze was zwanger! Kasper's wenkbrauwen schoten omhoog toen hij het doorhad, waarna hij richting de Pokémon toeliep en voor haar op zijn hurken ging zitten. Hij stak zijn hand uit zodat ze bekend kon worden met zijn geur, waarna hij haar een aai over haar bol gaf. De Espeon kneep haar ogen in genot samen terwijl de jongen haar achter haar oor krabbelde.
"Je hebt haar favoriete plekje gelijk te pakken." Kasper keek op toen iemand tegen hem sprak, hoewel hij niet stopte met aaien. "Ze is al hoogzwanger. Wanneer zal ze haar nestje werpen?" Met een blik die voor zijn doen nieuwsgierig was keek hij de oudere trainer aan. Een man rond de eind-veertig... "Het kan nu iedere dag gebeuren. Je hebt scherpe ogen. Ben je een beetje bekend met dit soort dingen?" De man hurkte naast hem neer en keek met een tevreden blik naar zijn Espeon. "Ik ben een Breeder," mompelde Kasper als antwoord. Hij was eigenlijk niet écht een Breeder, maar hij had alle kennis van een Breeder en het was wel zo makkelijk zich als een voor te stellen, dus deed hij dat maar. "Oh echt? Wat beginnen ze jong tegenwoordig. Heb je nog tips voor me, Breeder?" Kasper dacht daar even over na, maar uiteindelijk kwam hij met "Blijf in de buurt van een Pokémon Center." Daarom moest de man lachen, maar de lach stierf weg toen hij zag dat zijn Pokémon plotseling een moeilijk gezicht trok en wat ineen zakte. "B-Blueberry? Wat scheelt er?" vroeg de trainer wat bezorgd. "Je zei elke dag nu..." merkte Kaspr wat eentonig op, waarna hij naar de verbrouwereerde trainer keek. "Wil je nu zeggen dat—" begon hij, maar de Espeon kreunde moeilijk en smoorde hem daarmee effectief. Met een half oog op de Pokémon keek de jonge Breeder om zich heen. De Pokémon Center was helemaal aan de andere kant van de stad en ze waren toch al enigszins ver op de route... Ze hadden geen tijd om helemaal daarheen te gaan... Dat betekende dat ze hier maar moest bevallen... "Heeft u iets van een sjaal?" vroeg Kasper de man terwijl hij in zijn tas aan het graaien was naar zijn fleece deken, schoonmaak handschoentjes en een elasiekje. De deken legde hij in een hoopje neer, de handschoentjes trok hij aan en het elastiekje gebruikte hij om zijn haar in een staartje te binden. Vervolgens stroopte hij zijn mouwen op en tilde hij de Espeon heel voorzichtig naar het dekentje, dat als nestje kon dienen. "Wat ga je doen?" vroeg de trainer bezorgd, die lichtelijk aan het panieken was. "Ik ga haar helpen bij de bevalling. De Pokémon Center is te ver weg, dat redt ze niet. Heeft u iets van een sjaal?" antwoordde Kasper in een rustige toon. Hij moest nu vooral niet flippen, dat kon de Espeon helemaal niet gebruiken... De trainer haalde ondertussen een sjaal uit zijn rugtas, waarmee de bevalling begonnen was.
Dit was niet de eerste keer dat Kasper geholpen had bij een bevalling, maar het was wel de eerste bevalling van een Eevee-evolutie die hij bijgewoond had. De omstandigheden waren ook niet helemaal ideaal, maar hij moest het er maar mee doen. Het had erger kunnen zijn. De Espeon bleek een pittige poes te zijn. Ze wist met succes 5 eitjes te leggen, die Kasper dan op zijn beurt schoon maakte en in de sjaal wikkelde. De trainer aaide de toekomstige mama-Espeon aanmoedigend, hoewel hij zich nogal nutteloos leek te voelen. Kasper besloot de blikken echter te negeren, hij had al genoeg aan zijn hoofd. Daarnaast was het niet echt alsof de man iets anders kon doen dan zitten en aaien, dus ging Kasper hem ook geen valse hoop geven. Toen de bevalling eindelijk over leek te zijn en er 5 prachtige eitjes in de sjaal gewikkeld waren, slaakte Kasper een opgeluchte zucht en veegde hij een pluk losgekomen haar achter zijn oor. "Dat was het, ze heeft het heel goed gedaan," zei hij vermoeid, terwijl hij de eitjes nog wat beter omwikkelde. "Ze kan hier echter niet blijven. Iemand moet naar de Pokémon Center lopen en daar om assistentie vragen. Jij kent je Espeon beter en als er hier ies aan de hand is, heeft ze meer aan mij," ging hij verder, waarna zijn gouden ogen die van de trainer vonden. De man knikte, stond op, keek nog een keer bezorgd naar zijn Espeon en haastte zich toen richting de stad. Kasper vouwde de deken zodat hij de Espeon wat meer bedenkte, waarna hij met een handschoenloze hand op haar favoriete plekje krabbelde. Enigszins vermoeid leunde hij vervolgens wat naar achter en trok hij zijn knieën tegen zijn borst. En nu moest hij wachten... Het zag er vast grappig uit: Een relatief jonge jongen met een volledig nestje inclusief moeder voor zich. Stiekem hoopte hij dat niemand hem zou benaderen, want hij had zijn portie sociaal zijn wel gehad, maar ergens verwachtte hij toch wel iemand. Ach, zo erg was het ook weer niet en hij kon het ze niet kwalijk nemen. Nestjes waren altijd spannend, van wie of welke Pokémon ze ook waren!
Open!
|
|