|
| |
Auteur | Bericht |
---|
Member Jeanne LézardPunten : 726
Gender : Female ♀
Age : 17 years
Type : Ranger
Rang : Graduate Ranger
Regions : Hoenn
Icon : | Onderwerp: Re: Wild Encounter ma jun 15, 2015 9:07 am | |
| De jongen liep achteruit en keek Jeanne wantrouwend aan, haast alsof hij een wilde Mightyena was die niet gewend was aan de aanraking van mensen. Pas toen zijn Dragonair hem een duwtje in de rug had gegeven – letterlijk – knikte de jongen en vroeg hij hoe Jeanne wilde dat hij zou gaan zitten. Het meisje was nog wat verward door de eerste reactie van de jongen, maar ze probeerde dat gevoel te negeren en zocht alvast in haar tas naar wat ontsmettingsmiddel. “Ga maar in kleermakerszit op de grond zitten. Je bent vooral gewond aan je bovenlichaam, toch?” antwoordde Jeanne in een poging om wat professioneel te klinken. Zeker met iemand die zwaargewond was zou het niet handig zijn om onzeker en twijfelachtig over te komen, ook al zou dat dichter in de buurt van de waarheid komen. Zodra Jeanne het flesje ontsmettingsmiddel in haar tas had gevonden, liep ze naar de jongen toe en haalde ze gelijk een aantal tissues tevoorschijn. “Het kan wel even prikken,” waarschuwde ze nog.
Nu zijn trainer zich concentreerde op de gewone jongen, besloot Ciro om maar wat rond te kijken. Voor de zekerheid bleef hij binnen een straal van vijf meter bij zijn trainer vandaan, maar blijkbaar was het ook niet nodig om verder weg te gaan: een kudde Tropius vloog langs de boom heen. Ciro stond stomverbaasd te kijken naar deze Pokémon die wel erg veel leken op een aantal wezens die in de prehistorie over de aarde rondliepen. Pas toen de Tropius weer in het woud waren verdwenen begon hij het gevoel te krijgen dat hij werd bekeken en de Archeops draaide zich alert om. Direct keek hij oog in oog met de Dragonair en hij zette geschrokken een stap achteruit, maar realiseerde zich al snel dat de Pokémon hem geen kwaad wilde doen en zette behoedzaam een stap vooruit. Hij hield zijn hoofd wat schuin en liet een vragende 'Arch' horen, waarna hij de geur van de Dragonair op snoof. Hij voelde zich nog steeds niet helemaal op zijn gemak bij de slangachtige Pokémon, maar hij was al minder angstig dan toen hij nog een Archen was.
|
| | | Member Averill StanwickPunten : 302
Gender : Male ♂
Age : 21 Jaar
Type : Ranger
Rang : Grand Ranger
Regions : Hoenn en Kalos
Icon : | Onderwerp: Re: Wild Encounter di jun 16, 2015 12:25 am | |
| Het meisje oogde vrij verward en dat ko hij haar niet kwalijk nemen. Zijn wonden door een ander te laten betasten ging tegen zijn leefstijl in, maar op dit punt verwachte hij weinig keus te hebben. De situatie was er allereerst té ernstig voor, want zulke wonden had hij nooit zo ernstig gehad en eigenlijk had hij geen idee of het meisje echt geen gevaar vormde. Nou, eerder of hij haar kon vertrouwen. Ze had hem tot nu toe niets aan gedaan of bedreigd, maar amper echt overtuigd-Ho- er was zeker wel iets. Toen ze gingen vluchten had zij haar hand geaccepteerd die vlak voor haar ogen indirect twee Zangoose’s bloederig en op pijnlijke wijze gedood had met zijn Dragonair. Averill besloot haar hierbij ook te vertrouwen en tikte kort tegen Agami die nog steeds zijn shirt tussen haar kaken had vastgeklemd en deze voorzichtig aan hem overhandigde. Moeizaam trok hij het uit haar enorme kaken en volgde direct het advies van het paarsharige meisje op. De term ‘kleermakerzit’ had hij eens horen vallen rond Fortree City, vlak bij een gebouw waar men met elkaar scheen te vechten, maar weinig op de grond neerkwam. Achteraf scheen het ‘judo’ te heten en had hij de bewegingen geïmiteerd binnen de jaren durende mensencursus. Direct zakte hij zichzelf tot op de grond en kruiste zijn benen welk nog het minst pijn deden. Hoewel… Het kwam in de buurt. Inmiddels hield het meisje een flesje vast en wat zakdoekjes, al rook hij vele vreemde ingrediënten in de twee. Ze bestonden uit componenten die hij niet echt kon plaatsen, buiten alcohol wat uit overrijpe bessen kon komen. Echter zaten er basische componenten in wat hij minder vaag tegenkwam, het meest basische stof die je tegen kon vinden zat diep in de grotten rond dit gebied. Op zijn hoede rook hij kort aan het vochtige zakdoekje, voordat hij zijn shirt steviger vastgreep. Ze meldde dat het zou prikken, een sensatie die hij goed kende door zijn wonden te moeten wassen in water en vervolgens met bladeren het bloeden te stelpen. “Kom maar op,” Snoof Averill uitdagend, gezien de pijn niet veel erger kon worden en het vast mee zou vallen. Dat was zijn meest naïeve reactie ooit moeten zijn geweest, want bij de meest geringe aanraking met zijn wond meende hij zijn vingers door het shirt doorboord te hebben. Dit was vele malen erger dan hij gewend was en direct sloeg hij verwilderd om zich heen. Argh! Nee, dit was zeker geen behoorlijke sensatie. Door de pijn gromde hij luid naar het meisje en trok zijn lichaam naar achteren met zijn arm beschermend over zijn wond. Diverse nare en vooral vervloekende gedachten spookte door hem heen, terwijl hij haar strak aankeek met weer de wantrouwen die in zijn ogen te lezen was. Hij voelde hoe hij zijn spieren aanspande, klaar om fel naar het meisje uit te halen, maar op tijd gromde Agami luid en wist boven de zijne uit te komen, maar ze schonk hem echter geen blik. Oké, hij gaf toe dat hij die grom –een waarschuwing dat hij het rustiger aan moet doen- zeker verdiend had. Hij was echt weer bijna zichzelf kwijt geraakt. Ditmaal schoof hij verbitterd naar voren en maakte ditmaal een meer vriendelijk gestelde oogcontact met het meisje en ontspande zijn spieren. Hij maakte een kleine armbeweging alsof hij zijn adem kon laten ontsnappen ermee en greep weer het shirt vrij stevig vast. “Sorry, maar ik was net té overmoedig. Ga verder,” De pijn en vooral het geprik ebde weg, maar om het nogmaals te verduren was niet ets waar hij tegenop keek. Het was een kwestie om zichzelf weten in te houden.
Agami merkte de ongemakkelijkheid van de Pokémon op en voelde de drang om hem meer op stang te jagen zich hiermee vergroten. Het bleef echter de Pokémon van het meisje en om daar haar kaken in te zetten zou wellicht niet zo heel goed vallen. Averill zou dan weer waarschuwend haar kant uit grommen of een waarschuwende blik op haar richten, ondanks dat hij de behandeling van het meisje zou ondergaan. Niet de eerste keer, maar nu hij een vrouwelijk soortgenoot gevonden had moest ze zich er niet bij betrekken en kon ze zich gelukkig amuseren met… dat gekleurde geval. Het was moeilijk voor haar m er iets van op te maken, of het dus een reptiel of een gevogelte was, gezien het beide karakteristieken had. Ook de geur zei verassend genoeg weinig, want het had de algemene geur van beide organismen, maar nog iets vreemds waar ze haar staart niet op kon leggen. Deze had ze natuurlijk al eerder geroken, maar nou viel het haar enkel meer op. Vreemd schepsel. Op dat moment merkte ze echter Averill’s blik op en overhandigde hem direct zijn shirt die no tussen haar kaken bungelde, waarna ze besloot een conversatie aan te gaan met de ander. Op enkel lichaamstaal kwamen ze toch niet veel verder, want deze soort was compleet onbekend voor haar. “De naam is Agami, “ begon ze kalm, “En wie ben jij? Welke Pokémon is gij, trouwens?” Ze had een soms aardig ouderwets vocabulaire, maar ze had het vreemde gevoel dat het paste bij het schepsel om de taal nog beter te begrijpen. Verrast spitste ze echter de vleugels op haar kop toen amper een oogwenk later ze haar trainer naar achteren zag schuiven en duidelijk in pijn verkeerde en daardoor terug scheen te keren naar zijn wilde kant. Zij moest zich in houden, terwijl hij dit wel mocht? Ze gromde luider dan de jongen om hem tot bedaren te krijgen, al had ze van het tafereel wel gemerkt dat het meisje enkel goede bedoelingen had met het basische spul. Spoedig liet ze echter haar blik op de Pokémon weer vallen. “Is ze te.. vertrouwen?” Een wellicht overbodige vraag, maar zo kwam ze misschien aan meer informatie over Averill’s soortgenoot, want tot nu toe wist ze maar weinig van haar. En om deze vraag aan de metgezel van het meisje in kwestie te vragen leek haar voor de hand liggend, als hij haar echter verstond en minder geïntimideerd zou zijn door haar. Voor het gemak hield ze haar kop ook lager boven de grond om minder boven het wezen uit te steken, hopend dat dit hem meer gerust zou stellen.
|
| | | Member Jeanne LézardPunten : 726
Gender : Female ♀
Age : 17 years
Type : Ranger
Rang : Graduate Ranger
Regions : Hoenn
Icon : | Onderwerp: Re: Wild Encounter di jun 16, 2015 4:14 pm | |
| Haast meteen zakte de jongen op de grond met zijn shirt in zijn handen en ging zitten zoals Jeanne dat had gezegd. En maar goed ook, want de jongen was toch echt een stuk groter dan zijzelf en op deze manier kon ze gemakkelijker bij de wonden komen. Jeanne liet wat van de ontsmettende vloeistof op één van de zakdoekjes druppelen en de sterke geur ervan ontging haar niet. Over geur gesproken, de jongen had aan haar hand geroken en wist op die manier te raden wat ze die ochtend had gegeten. Ze kon er niets aan doen dat ze zich begon af te vragen of hij ook echt sterkere zintuigen had dan normaal en hoe hij dat voor elkaar had gekregen. Nu rook de jongen ook even aan het zakdoekje, maar Jeanne nam zich voor om daar later eens naar te vragen, want nu moest ze zich even op de wonden concentreren. Ze moest toch wel even slikken, want die wonden waren erger dan ze ooit had gezien – behalve op televisie, natuurlijk, maar ze had nooit verwacht om dergelijke wonden in het echt tegen te komen. Zodra de jongen het teken gaf, drukte Jeanne de zakdoek lichtjes tegen één van de wonden en verwachtte ze wel dat een aantal spieren zich zouden spannen. Zo'n ontsmettend middel kon namelijk best wel prikken en... Jeanne deinsde geschrokken achteruit toen de jongen verwilderd om zich heen sloeg en naar haar begon te grommen. Alweer kreeg ze het gevoel dat ze hier niet tegenover een normale mensenjongen stond, maar bij een wilde Mightyena die haar elk moment kon aanvallen. Al haar spieren spanden zich, zodat ze klaar stond om weg te rennen als zoiets inderdaad zou gebeuren. Ergens klonk het maar gek dat ze bang was voor een jongen alsof het een wild beest was, maar iets in zijn blik joeg haar angst aan. Gelukkig liet de Dragonair een luide grom horen, waardoor de jongen wat kalmeerde en Jeanne op een vriendelijkere manier aankeek. Op dit moment wist ze echt niet wat ze kon verwachten, maar ze ontspande wat toen de jongen zijn excuses aanbood en zei dat ze verder moest gaan. Jeanne knikte kort en liep weer naar de jongen toe. “Rustig maar, het zal helpen om de wonden te genezen,” zei ze nog eens voor de zekerheid, waarna ze weer wat ontsmettingsmiddel op een zakdoekje deed en deze voorzichtig tegen een wond aan drukte. Ze bleef echter wel op haar hoede, want ze had wel gemerkt dat de jongen erg onvoorspelbaar kon zijn.
Hoewel Ciro zelf een Pokémon was, vond hij het moeilijk om met anderen te communiceren. Waarom wist hij niet, maar hun taal leek veel uitgebreider te zijn dan te taal die hij sprak. Hij wist dat het waarschijnlijk wel kwam door zijn prehistorische herkomst en dat hij daarom niet over de vocabulaire beschikte die andere, modernere Pokémon wel hadden. In elk geval was hij slim genoeg om op te letten wanneer zijn trainster met iemand praatte, zodat hij wat nieuwe betekenissen erbij kon leren. Gelukkig kon hij wel verstaan wat de Dragonair tegen hem zei, maar de vraag was nu nog of ze hém zou begrijpen met zijn aparte accent. Hij waagde het er maar op. “Ik heet Ciro,” begon hij om de eerste vraag van Agami te beantwoorden. “En ik ben 'n Archeops, ne uitge-” Verder dan dat kwam hij niet, want hij merkte op dat de Dragonair iets had gezien. Hij draaide zich om en zag tot zijn schrik dat de jongen verwilderd uit zijn ogen keek en zich haast als een Pokémon gedroeg. Dat baarde Ciro echter geen zorgen: het was de reactie van Jeanne waarvan zijn veren overeind gingen staan. Ze was duidelijk bang en de Archeops wilde al naar haar toe rennen om haar te beschermen, toen hij Agami luid hoorde brommen. Als door een wonder bedaarde de jongen en niet veel later werd Jeanne ook weer rustiger. Ciro zuchtte opgelucht en tegelijkertijd gingen zijn veren weer liggen. Hij stak één van zijn vleugels uit en streek de laatste paar uitstekende veren weer plat. “Zoals 'k al zei, 'k ben 'n uitgestorven soort,” zei hij zodra hij zijn bek weer vrij had. Toen Agami echter vroeg of Jeanne wel te vertrouwen was, keek hij haar verbaasd aan. “Moar natuurlijk! Ze doet gene vlieg kwaad. Een beetje gek soms, da's alles,” reageerde hij, waarna hij nog even naar zijn trainster keek die nog steeds bezig was met het ontsmetten van de wonden van de jongen die haar zonet nog bedreigend had aangekeken en niet te vergeten twee Zangoose had gedood eerder die dag. “En hij? Is hij te vertrouwen?”
|
| | | Member Averill StanwickPunten : 302
Gender : Male ♂
Age : 21 Jaar
Type : Ranger
Rang : Grand Ranger
Regions : Hoenn en Kalos
Icon : | Onderwerp: Re: Wild Encounter za jun 20, 2015 10:26 pm | |
| Hij schaamde zich dat hij zo tekeer gegaan was en zijn wilde kant hem liet overnemen, terwijl het meisje hem enkel had willen helpen met de basisch ruikende stof. Hij was dan ook opgelucht dat hij vrij snel had weten te kalmeren door Agami’s corrigerende grom, want wie weet wat er gebeurd was indien ze niets gedaan had om hem gerust te stellen. Wellicht had hij haar uitgehaald met zijn hand naar het meisje en dingen gedaan welk hij enkel tegen zijn prooi zou doen, dus in principe hun nek omdraaien en of de nek dichtbijten, nadat hij ze tegen de grond aan geknald had. Zeker geen plezante dingen, maar de pijn prikkelde zijn wilde instinct te sterk, maar nu hij wist hoe erg de pijn zou zijn kon hij het vast beter onderdrukken. Daar ging hij maar van uit, want indien dat niet gold volgden er nare consequenties. Averill negeerde de gedachten die door hem heen raasden en greep zijn witte shirt steviger vast, ditmaal vastberaden te blijven zitten en enkel zich af te laten reageren op het stukje stof. Eerlijk gezegd was hij ongerust, maar besloot niets te laten merken voor het meisje en staarde maar recht naar voren, richting de toppen van de tropische palmbomen die hier volop groeide en wiens bladeren vredig bewogen in de wind. In zijn ooghoek zag hij de hand van haar zijn wond naderen met weer het prikkende spul tussen haar vingers, maar ditmaal zou het anders zijn. Steviger trok hij zijn handen samen en richtte ditmaal zijn blik op de top van de vulkaan die hij verderop zag en de vogels die er vlak boven vlogen. Hij moest kalm blijven en zichzelf weten te beheersen. Haast automatisch ademde hij rustig in en uit en voelde toen het doekje tegen zijn wond aandrukken. Het prikte enorm en wellicht erger dan de eerste en uit volle kracht hield hij zijn kaken op elkaar. Zijn vingers doorboorde inmiddels bijna het shirt die hij nog vast had en zijn lichaam kromp lichtjes in elkaar. Dat laatste kon hij niet onderdrukken; bij zulke pijnen neigde hij zichzelf zo klein moeilijk te maken, alsof dat het prikken zou verminderen. Echter had hij zijn ogen dichtgetrokken tot dunne gouden spleetjes en zag hij telkens steeds minder helder de vogels in het luchtruim en werd de silhouet van de vulkaan bijna een donkerbruine smurrie die boven iets groens uitstak. Het verbaasde hem enkel meer dat het zoveel van zijn wilskracht vereiste om niet ter plekke naar het meisje te schoppen en daadwerkelijk rustig te blijven zitten. Na wat een eeuwigheid leek te duren voelde hij het geprik nog steeds, maar voelde hij de druk er niet meer op. Was de behandeling dan voorbij? Moeizaam sperde hij zijn ogen uit en ontspande automatisch zijn lichaam iets meer. Het stelde hem gerust dat hij ditmaal niet alleen de vulkaan, maar ook de vogels scherper waarnam. Eerlijk gezegd voelde hij zich niet veel beter, zeker nu zijn wond heftiger bonsde, maar tegelijk ook verdoofd door het constante geprik aanvoelde. Of dit een teken van herstelling was kon hij niet direct vaststellen, deze behandeling had hij nooit te nimmer gehad. Zijn blik gleed echter terug naar het meisje en niet direct wetend hoe hij haar moest bedanken glimlacht hij maar naar haar. Het bleef onwennig dat het een goede betekenis had onder mensen, terwijl het enkel als dreiging werd gebruikt bij de andere Pokémon. “Bedankt… Uhm,” Toen pas schoot hem te binnen dat hij geeneens haar naam wist, maar dat was amper mogelijk na alles wat er voorheen was gebeurd. Zijn soortgenoten schenen ook meer waarde aan iemand’s uiterlijk en naam te hechten dan aan geur, wat hij achteraf begreep met de meestal slechter functionerende zintuigen van hen. “Wat is je naam? De mijne is Averill,” Althans, de naam stond geschreven op zijn armband wat hij vroeger als ketting droeg en welk naar een geur rook die veel op de zijne leek. Het was voor hem voor de hand liggend dat het aan hem was gegeven door zijn menselijke ouders, maar helaas was dit het enige wat hij nog van ze over had. Maar deze naam had hij pas aan zichzelf gegeven toen hij begon te trainen aan zijn menselijkheid en zichzelf moest identificeren, want zijn vorige naam bestond uit een hoge, gevolgd door een korte, maar diepe grom. En voor een mens klonk dat niet anders dan normaal; ze hadden namen die daadwerkelijk uit lettergrepen bestond en afzonderlijke klanken. Hij kon het echter niet laten door nogmaals haar geur in te snuiven. Het rook naar.. as? Zeer sterk, zelfs. Eerder viel het hm niet op, wegens de andere geuren die hij op haar gevonden had. Dit betekende echter dat ze waarschijnlijk uit de zogeheten ‘Fallorbor Town’ moest komen wat vlak aan de onder as-zittende zijde van de vulkaan zat. Dit resulteerde echter in een vraag wat ze hier dan in de jungle deed, niet per se betreft haar gevogelte die ze even wat vrijheid gunde, maar waarom ze daar dan niet zat? Zijn blik werd serieuzer nu hij buiten dat as nog iets geroken had wat hem zorgen baarde om haar gezondheid; ze was namelijk niet geheel fit en besloot in deze toestand een dichtbebost gebied op te zoeken met Pokémon die genadeloos hun tanden in mensen zouden zetten. “Waarom ben je echt zo ver verwijderd van je leefomgeving, terwijl je… zwakjes bent?” Een directe vraag, maar er was geen betere en vooral beleefde woord ervoor. Er was geen makkelijkere wijze ervoor of hij kwam er niet direct op. Al met al vertrouwde hij het niet dat ze gewoonweg zo ver van haar thuis was afgezonderd, terwijl het elk moment wellicht mis met haar kon gaan. Erger nog, hij wist niet direct wat er aan haar mankeerde, dus of het nou een simpele infectie was of ets chronisch of zelfs maar iets erger. Hij rook gewoon iets wat weinig goeds kon betekenen en dat hij niet wist wat het nou exact was frustreerde hem mateloos. Hij leek haast op een Mightyena die wist dat er zich iets achter een steen bevond, maar er gewoonweg niet bij kon komen en maar moest gissen.
Direct viel Agami de aparte accent van de gevogelte op, maar ze had dat kunnen verwachten met de schijnbaar prehistorische Pokémon, want niet enkel Pokémon maar ook de taal was naderhand geëvolueerd. Toen hij zichzelf enkel maar voorgesteld had, kon ze tot de conclusie komen dat het wellicht net te drastisch veranderd was en dat hij haar gewoon kon verstaan. Dat scheelde natuurlijk een heleboel op het gebied van communicatie, maar goed, de reptielachtige gevogelte heette schijnbaar Ciro. Dat was een fijnere wijze om naar hem te refereren dan wat hij ook mocht voorstellen met de karakteristieken van twee type schepsels in zich; de veren en vleugels van een vogel, maar de kop en lichaam van een reptiel. Ciro vervolgde dat hij een Archeops scheen te zijn, en direct leek de naam veel op wat de vrouwelijke mens gezegd had als ze zich het juist kon herinneren. Een Archen. Ja, dat was het maar natuurlijk was dat, voordat het Ciro geëvolueerd was. Natuurlijk kwam de soort haar niet direct bekend voor, gezien ze hoogstens legenden over uitgestorven Pokémon had weten op te vangen en zich er niet verder in verdiept had. Voor haar gold eerder het hier en nu dan een zeer ver verleden. Toen volgde echter Averills incident, waarna Ciro zijn verhaal vervolgde om extra te benadrukken dat hij een uitgestorven Pokémon was wat sneu moest zijn om jezelf zo voor te stellen. Zo te horen zou dit exemplaar overduidelijk geen jongen produceren om de soort weer terug te brengen in het wild. Vlak voor zijn verhaal streek hij echter zijn veren weer glad, dus typisch gedrag van een vogelachtig schepsel, maar ze besloot zich erbij neer te leggen dat zijn naam maar Cro was en hij onder de Archops Pokémon viel. Het leek haast nutteloos om telkens weer na te denken wat hij nou wel of niet was. Toen het gesprek echter weer overging of het meisje wel of niet te vertrouwen was keek Ciro er verrast van op wat natuurlijk een voor de hand liggende reactie was. Het feit dat hij ook verrast reageerde was eigenlijk een gunstig teken. Al scheen hij te beweren dat ze soms gek was, maar niemand iets kwaad deed. Het was ditmaal moeilijker om hem te verstaan, want zijn accent scheen over deze woorden het meeste vat op te hebben. “Defineer ‘gek’?” Ciro was een Archeops en gezien ze nooit over hun soort iets gehoord had ze echt haar twijfels ver wat ze vreemd vonden. Net zoiets dat Averill’s soortgenoten hem maar vreemd vonden, terwijl elke Pokémon in de jungle zijn gedrag tegenover hem volkomen normaal vond. Zoals verwacht kaatste de Archeops de vraag echter terug na zijn blik even gerust te hebben op het meisje en Averill welk zijn best deed zich in te houden. Agami reageerde echter niet zoals Ciro zonet gereageerd had, want eerlijk gezegd lag het gedrag van Averill compleet aan de ander af. Over het algemeen was hij echter loyaal aan zijn soortgenoten en barstte altijd van de energie, maar neigde weleens net té overmoedig te zijn of te koppig om naar een ander te luisteren, zoals zij. Tja, hij was soms moeizaam rustig te houden, maar ondanks dat was hij verre van een slecht persoon en was hij compleet te vertrouwen. Ze knikte dus instemmend op zijn vraag en ving enkele woorden op, na enkele tellen die de jongen tegen het meisje zei. “Ja,” Zei ze toen pas bevestigend, alsof ze Averill’s ditmaal kalme reactie op de behandeling van het meisje wilde benadrukken. Hij had zich immers ingehouden en dat was zeker voor hem een pittige taak.
Maar goed, ze had nog vele vragen voor Ciro. “Komt dit echt overeen met je oude leefgebied?” Besloot Agami allereerst te vragen, wetend dat het meisje eerder iets daarover gezegd had als reden dat ze naar de jungle waren getrokken. Het zou haar echter deels verassen indien de Pokémon in deze omgeving opgroeide, want zijn felle kleuren staken enorm boven de groene vegetatie uit en gezien zijn vlijmscherpe tanden was het enkel meer nadeliger als hij een roofPokémon scheen te zijn. Dan zag je hem al aankomen en kon je gemakkelijk vluchten en ook vliegen was niet al te handig voor de vrij grote Pokémon en de dicht bij elkaar staande bomen. Wellicht zou het nuttig zijn als hij tussen de boomtoppen vloog en op Pokémon joeg die niets vermoedende beneden kropen, maar nog steeds was er het verenpak probleem. Hmm, was zijn soort op deze wijze uitgestrven? “En excuses dat ik het vraag, maar weet je nog iets van voordat je stierf?” Het leek haar namelijk stug dat Ciro uit een recente ei uitgekomen was, hij moest gewoon of met vreemde acties van mensen gemaakt zijn of tot leven gebracht uit een fossiel. Dat tweede klonk als magie in haar oren, maar het zou nog het meest realistisch zijn. En zo ja, dan had hij nog herinneringen moeten hebben, voordat hij weer tot leven kwam, want anders kon hij zelden de jungle als zijn leefomgeving herkennen. Of communiceren. Een taal kon je amper in een korte periode aanleren, zeker met zijn zeer afwijkende accent. Agami besloot echter weer te zwijgen en verwachtte eerlijk gezegd dezelfde zee van vragen uit Ciro’s kant, want hoewel hij een levend fossiel was, kwam zij natuurlijk uit het heden waar genoeg zaken anders waren dan miljoenen jaren geleden. Van Pokémon tot de communicatie en het belangrijkste; de leefomgeving en de nieuwe ongeschreven gedragsregels. Ze was net zoals Averill vrij kort door de bocht met haar vragen, maar met de directe aanpak kreeg je sneller antwoorden. Ze was echter zeer benieuwd naar zijn verhaal, wat hoewel ze nooit eerder interesse in het verleden had liet ze deze kans niet aan haar ontglippen. Het was een levend fossiel waar ze momenteel mee sprak al was het geen al te plezierige gedachte, dus schoof ze het direct opzij.
|
| | | Member Jeanne LézardPunten : 726
Gender : Female ♀
Age : 17 years
Type : Ranger
Rang : Graduate Ranger
Regions : Hoenn
Icon : | Onderwerp: Re: Wild Encounter zo jun 21, 2015 3:58 pm | |
| Jeanne merkte dat alle spieren van de jongen zich spanden zodra ze het doekje tegen zijn wond aan had gedrukt, maar dit keer leek hij zichzelf in bedwang te kunnen houden. Het was moeilijk voor het meisje om zich voor te stellen hoeveel pijn hij wel niet moest hebben, puur en alleen doordat ze zelf nooit zulke diepe wonden had gehad. Sterker nog, ze had ze alleen maar op programma's zoals Pokémon Planet gezien en daar waren het enkel Pokémon die zulke verwondingen hadden opgelopen. Dit was echter iets helemaal anders en eigenlijk verbaasde het Jeanne dat ze nog niet was flauwgevallen door de aanblik van al dat bloed. Het leek een hele tijd te duren, maar uiteindelijk had ze de ergste wonden behandeld en de jongen ontspande zich wat meer, wat ervoor zorgde dat Jeanne ook weer wat kalmer werd. Dat was in elk geval weer voorbij. Toen ze de jongen weer aankeek, merkte ze op dat hij naar haar glimlachte en haar vervolgens bedankte. “Graag gedaan,” reageerde Jeanne, zich plotseling beseffend dat ze niet eens de naam van de jongen wist. Niet dat de gelegenheid zich had voorgedaan om elkaar voor te stellen, maar nu waren ze toch al een tijdje in elkaars buurt geweest. De jongen leek hetzelfde te hebben beseft, want hij stelde zichzelf voor als Averill – een naam die ze eigenlijk nog nooit had gehoord – en vroeg vervolgens naar haar naam. “Ik heet Jeanne,” stelde ze zichzelf glimlachend voor. Toen ze de blik van Averill weer opving, zag ze dat hij wat serieuzer uit zijn ogen keek. Was er iets aan de hand? Hij had toch gezegd dat dit een veilige plek was in de jungle? Jeanne was echter degene die een vraag kreeg om te beantwoorden: waarom ze zo ver van haar omgeving verwijderd was terwijl ze zo zwak was. Als door stomheid geslagen keek ze Averill aan. “Hoe... hoe weet jij dat?” vroeg ze verbaasd. Hoe kon de jongen weten dat ze niet uit deze omgeving kwam en dat ze bovendien een zwakke gezondheid had? Was hij stiekem een psychische Pokémon of zo die zich had vermomd als mens? Ze zou moeten wachten op een antwoord om dat te weten te komen. Oh ja, antwoord. Ze had nog geen antwoord gegeven op zijn werkelijke vraag. “Om je vraag te beantwoorden... Ik hou gewoon van reizen. Thuis is het wel leuk, maar... daar heb ik alles ondertussen wel gezien,” zei ze. Dat ze eigenlijk een trainer wilde worden zei ze er maar niet bij, want dat zou enkel voor nog meer lastige vragen zorgen. In plaats daarvan besloot ze om het onderwerp een beetje te verschuiven. “En jij? Wat doe jij dan hier en hoe weet je hoe je met Pokémon moet vechten?” Het was nogal een directe vraag voor haar doen, maar ze was ook echt nieuwsgierig. Dat, en ze had geen zin om te praten over hoe zwak ze eigenlijk was.
Blijkbaar was het niet duidelijk genoeg voor Agami wat Ciro bedoelde met “gek”. De Archeops dacht even na over hoe hij het zou verwoorden en hij kon het niet laten om even te grinniken bij de herinnering. “Toen ze me veur de erste keer zag, was ze zo verbaasd dat ze nie meer kon proaten. Ze rende achter me oan en ik dacht dat ze me wilde opvreten,” zei hij wat geamuseerd. Op dat moment was hij doodsbang geweest, maar nu hij erop terugkeek was het eigenlijk een hilarische situatie geweest. “Blijkboar ziet ze graag fossiele Pokémon en droaken. Het verbaast me dat ze bij jou nog normaal deed.” Normaal gezien werd Jeanne helemaal hyper als ze een draakpokémon zag, maar dat was dit keer niet echt het geval geweest. Niet dat Ciro dat zo gek vond, want het was een nogal chaotische ontmoeting geweest. In elk geval knikte Agami bij de vraag of haar trainer ook te vertrouwen was en alsof de jongen hen gehoord had sprak hij op een kalme toon tegen Jeanne. Gelukkig, hij kon dus vertrouwd worden. Tenminste op dit moment, want Ciro was de agressie van daarnet nog niet vergeten. Hij nam zich voor om de twee trainers maar goed in het oog te houden, voordat er nog iets zou gebeuren. Toen Agami hem echter weer een vraag stelde liet hij de mensen voor wat ze waren en keek hij de Dragonair aan. Of deze omgeving op zijn oude leefgebied leek? Daar wist Ciro niet meteen antwoord op te geven en hij keek even om zich heen, om zo dit gebied te vergelijken met hoe zijn oude leefgebied eruit zag. “Het lijkt er wel op, ja,” zei hij na even te hebben nagedacht. Waar hij vandaan kwam was het ook tropisch en waren er veel bomen, maar er waren een aantal verschillen. “Moar... 't riekt anders,” zei hij na even de lucht te hebben opgesnoven, ook al was dat niet zo gek. Hij wist wel dat het nu miljoenen jaren later was en dat de wezens die in zijn tijd over de aarde rondliepen niet meer bestonden, maar waren vervangen door andere Pokémon. De vraag of Ciro nog wat wist van de tijd voordat hij stierf liet hem even geschrokken opkijken. De manier waarop hij was gestorven was niet bepaald heldhaftig en bovendien was het nogal vreemd voor hem om erover na te denken. Normaal gezien kan je niet navertellen hoe je aan je einde bent gekomen, maar gek genoeg vormde Ciro de uitzondering op de regel. Hij zuchtte en dacht even na over vanaf welk punt hij zou beginnen te vertellen. “Ik woas nog een Archen,” begon hij voor de extra duidelijkheid, waarna hij zijn blik op de grond richtte. “Ik werd doar een Archeops gebeten en werd ziek,” zei hij op een spijtige toon. Of het de juiste woordkeuze was wist hij niet, want hij kende enkele hedendaagse begrippen nog niet. Hij was in elk geval aan zijn eind gekomen door een bacteriële infectie en de enige herinneringen die hij daarna had begonnen in het lab waarin hij weer tot leven was gebracht. Nu Ciro er zo over nadacht, besefte hij dat hij eigenlijk niet veel wist over de hedendaagse wereld, op de dingen die Jeanne had geleerd na en zelfs zij wist waarschijnlijk niet hoe de oerwouden van tegenwoordig in elkaar zaten. Agami was er wel bekend mee, toch? Het kon in elk geval geen kwaad om ernaar te vragen. “Wat voar wezens leven er hier nu?” vroeg hij dus maar. “En leven ze nog op dezelfde manier?”
|
| | | Member Averill StanwickPunten : 302
Gender : Male ♂
Age : 21 Jaar
Type : Ranger
Rang : Grand Ranger
Regions : Hoenn en Kalos
Icon : | Onderwerp: Re: Wild Encounter ma jun 22, 2015 7:48 pm | |
| Schijnbaar droeg het meisje de naam ‘Jeanne’ al wist hij zeker dat hij meer waarde aan haar geur dan de klanken die haar naam vormde zou hechten. Het was dan ook maar de vraag of deze instelling van hem ooit daadwerkelijk zou veranderen. Tot zover had het hem namelijk amper problemen bezorgd, maar natuurlijk kende hij nog te weinig soortgenoten om er last van te hebben. Toen hij echter over haar ‘gezondheid’ was begonnen scheen hij hiermee wellicht te direct zijn geweest. Jeanne nam namelijk direct een onzekere houding aan en zelfs van waar hij zat dacht hij een verhoogd hartslag op te speuren bij de dame. Echter schaamde hij er niet voor dat hij de vraag aan haar gesteld had, gezien het hem echt zorgen baarde dat ze in zulke toestand rondliep. De serieuze gezichtsuitdrukking veranderde hij ook niet, terwijl hij kalm afwachtte totdat ze een antwoord op zijn vraag zou geven. Deze kwam, maar het meisje had een tel lang maar glazig uit haar ogen gekeken alsof ze diep in haar gedachten verzeild was geraakt. Uit haar antwoord begreep hij dat ze schijnbaar hield van ‘reizen’ en daarom ver verwijderd was van haar oorspronkelijke leefomgeving. Hoewel ze de waarheid scheen te spreken en niet het type dat loog scheen te zijn trok hij alsnog zijn wenkbrauw omhoog. Meer zei hij echter maar niet, maar toen ze vervolens naar hem vroeg was de hint dan ook duidelijk; ze wilde het er niet over hebben. In tegenstelling tot haar vond hij de vraag antwoorden een minder grote struikelblok. “Nou, dit is mijn thuis, dus,” Een simpel antwoord, maar wat kon hij erbij vertellen? “Ik moet hier in leven blijven, dus mezelf kunnen verdedigen tegen andere schepsels is toch wel even handig,” Bij dat laatste liet hij kort zijn schouders zakken en grijnsde er kort bij, een pose die mensen aannamen in de trant van; moet wel. Althans, wat hij ervan begreep. De serieuze blik bleef echter in zijn ogen, want om met iemand diep in de jungle te zitten die er zwak aan toe was… was geen goed idee. Het was een doodvonnis. Hopelijk begreep ze dat, want hoewel ze dat gevogelte bij zich had om haar te beschermen, zou dat haar amper tegen alles kunnen verweren. “Maar… Dat terzijde,” Begon hij, terwijl hij iets naarvoren leunde om zijn beide handen op haar schouders te plaatsen, “Je beseft dat dit je dood kan betekenen. In het ergste geval, natuurlijk. Agami kan je straks wel naar de grens van de jungle brengen? Je hoeft het maar te zeggen,” Het was simpele bezorgdheid, maar om een soortgenoot voor zijn ogen onder de jungle te zien bezwijken was weleens het ergste wat hem kon overkomen.
Het was moeilijk om niet te moeten grinniken om Ciro’s definitie van ‘gek’ en ergens verraste het haar dat ze wist te lachen. Zelden deed ze dat door iemand buiten Averill om, maar zelfs dan deed ze het zelden, omdat ze amper op haar gemak kon zijn. Er dreigde altijd wel gevaar, maar op deze plek kon ze inderdaad tot rust komen en blijkbaar werkte een conversatie met een ander schepsel daar goed op. Het was ook verassend wat hij vertelde over zijn eerste ontmoeting met de vrouwelijke soortgenoot, namelijk dat ze stomverbaasd was en vervolgens keihard achter hem aan zat te rennen. Dit had hem natuurlijk de indruk gegeven dat ze hem wilde opvreten waar ze geheel mee in kon stemmen. Een schepsel dat je achtervolgde was zelfs onder de mensen niet altijd een goed teken. De Archeops vervolgde zijn verhaal met wat nuttige informatie over de dame, namelijk dat ze hield van uitgestorven Pokémon en.. draken? Het verbaasde Ciro ook dat het meisje niet eerder enthousiast op haar gereageerd had, waarop Agami kort minachtend snoof en koppig haar hoofd hoog hield. Alsof het haar wat uitmaakte dat ze geen aandacht aan haar geschonken had, terwijl ze een Dragon type was. In realiteit was ze natuurlijk gekwetst door het gebrek aan interesse vanuit haar zijde, maar het was haast een taboe om dat duidelijk te maken aan Ciro of de dame in kwestie. Echter was ze dus ook een liefhebber van uitgestorven Pokémon wat natuurlijk direct een boel verklaarde van de ontmoeting tussen de twee. Van wat ze van menselijk gedrag begreep was dat sommige hun enthousiasme niet in konden houden en daardoor daadwerkelijk achter een schepsel zouden rennen, dus puur uit fascinatie. Het waren zulk vreemde schepsels. In ieder geval verschoof het onderwerp naar de leefomgeving en scheen de Archeops kort om zich heen moeten kijken, voordat hij een antwoord voor haar vraag had. Ze gunde hem even de tijd, maar hield haar blik strak op het schepsel gericht, totdat deze uiteindelijk instemmend reageerde. Een jungle was dus zijn oorspronkelijke leefomgeving, al bezorgde dat haar meer vragen dan antwoorden. Het was voor haar niet logisch dat zijn soort het in zulk terrein zou overleven, maar wellicht hadden ze iets waardoor ze juist optimaal gedijen in zulk terrein. Echter voegde hij eraan toe dat het anders rook wat natuurlijk geen verassing was, gezien er andere flora bloeide dan tijdens zijn tijdperk. Wellicht was het net té om veel vragen aan het schepsel te stellen, maar haar nieuwsgierigheid was immers geprikkeld en het leek erop dat ze niet snel de veilige locatie zouden verlaten. Ciro sloeg een zucht en leek diep na te denken, gezien zijn blik glazig werd en zijn blik op één punt gericht stond. Agami nam dat moment maar om kort iets op te vangen van de conversatie tussen de twee mensen en was verrast om te horen dat har naam werd uitgesproken. Schijnbaar wilde Averill dat het meisje de jungle zou verlaten, maar waarom wist zij niet exact. Echter gaf Ciro alweer antwoord en vertelde dat hij nog maar een Archen was, waarop hij beschamend en vrij onderdanig zijn kop liet zakken. Een houding wat Agami altijd kalmeerde, zelfs indien het geen dreigend gevaar voor haar vormde. Het scheen echter duidelijk moeilijk te zijn voor hem om erover te praten, maar ondanks dat vertelde hij op spijtende toon dat hij gebeten was door een Archeops en ‘ziek’ geworden was. Dat kon maar een ding betekenen; een infectie na een bijna fatale wond. Een typische doodsoorzaak, tenzij je wist hoe je het moest behandelen, maar de meeste wilde Pokémon ontbraken die kennis. Agami knikte traag na Ciro’s woorden en liet haar kop wat zakken in een poging wat sympathie voor het schepsel te tonen, indien haar woorden niet genoeg waren. “Je leeft nu althans; je hebt een tweede kans en ditmaal iemand aan je zijde die schijnbaar weet hoe je zulke wonden moet behandelen,” Het was dan ook maar een vreemde vraag die ze gesteld had; nadat iemand stierf kon je niet zomaar vragen hoe hij of zij zijn leven verloren had, je kon elkaar kijken op basis van de schade die deze opgelopen had. Nou had echter Ciro een vraag voor haar die ze maar al te graag voor hem wilde beantwoorden. Natuurlijk had zij zelf de vragen eveneens kunnen stellen, maar het was eerst de beurt aan haar. “Velen, van wezels naar levende paddestoelen. Echter durf ik aan te nemen dat de Pokémon ‘Tropius’ nog het meest zal lijken uit de schepsels uit jouw tijd. Net vlogen er enkele exemplaren langs, maar ze hebben een reptiel-achtig lichaam, maar palmbladeren als vleugels. Aan hun kop groeien ook zoete vruchten, “ Ze zocht de locatie af voor nog enkele exemplaren, maar zo te zien was de kans daadwerkelijk gevlogen. Nou was echter de vraag of er een verschil in levenswijze was tussen de tijdperk waar de Archeops kwam en de hedendaagse en eerlijk gezegd twijfelde ze of ze deze vraag kon beantwoorden. Ze wist eenmaal niet hoe het vroeger was, maar levenswijze veranderden eigenlijk amper door de jaren heen, daar was ze wel zichzelf van bewust. Het was zo standaard dat het moeilijk was om deze omver te gooien, zelfs na het uitsterven van Pokémon. Inmiddels hield ze bedenkelijk de punt van haar staart vlak onder haar kop, voordat ze uiteindelijk antwoord gaf. “Grotendeels, er zijn Pokémon die zich tegoed doen aan vruchten, vlees en aan beiden. Ook leven er vele Pokémon in verschillende leefomstandigheden als dat je vraag beantwoord. Natuurlijk kan ik dat niet per Pokémon zeggen, want de soorten evolueren door de eeuwen. Niet de ontwikkelingsevolutie, trouwens hoor,” Legde ze uit, nog half in gedachte hoe ze het best kon verwoorden. Het veraste haar eigenlijk ook dat één fenomeen nooit was veranderd; evolutie. Zonet waren hen twee geëvolueerd, maar van wat ze waarnam gaven ze beide licht na een strijd gewonnen te hebben.
|
| | | Member Jeanne LézardPunten : 726
Gender : Female ♀
Age : 17 years
Type : Ranger
Rang : Graduate Ranger
Regions : Hoenn
Icon : | Onderwerp: Re: Wild Encounter di jun 23, 2015 1:08 pm | |
| Op zijn zachtst gezegd was Jeanne verbaasd bij het horen van het antwoord van Averill. Hij vertelde dat dit zijn thuis was en dat hij wel tegen Pokémon moest vechten om in leven te blijven. Hoewel Jeanne dit niet had zien aankomen, verklaarde het wel veel van Averills gedrag en het werd nu allemaal een stuk duidelijker. Ergens was het een enge gedachte om te weten dat ze met een “wilde” aan het praten was, maar aan de andere kant interesseerde het haar ook. Tot nu toe had ze alleen maar verhalen gehoord over mensen die in de jungle leefden of die zelfs door Pokémon waren opgevoed, dus dit was echt een buitenkans! Ineens leek Averill echter van onderwerp te willen veranderen en hij legde zijn handen op Jeanne's schouders, waar ze even van schrok omdat ze geen flauw idee had van wat hij van plan was. Hij zei dat dit – waarschijnlijk bedoelde hij daar de jungle mee – in het ergste geval haar dood kon betekenen en stelde voor dat ze straks door Agami naar de grens van de jungle gebracht kon worden. Jeanne wilde al protesteren, maar besefte toen dat hij gelijk had. Ze had immers zelf gezien hoe erg die twee Zangoose Averill hadden toegetakeld en wie weet kon haar dat ook overkomen. Na een paar tellen te hebben nagedacht knikte ze instemmend. “Ik denk toch niet dat ik de weg in mijn eentje zou kunnen terugvinden,” zei ze er nog bij, al was ze nog niet van plan om nu al terug te gaan. Ze was immers nog nooit in dit gedeelte geweest en wie weet zou ze er nog wat van leren. “Dus... je bent hier ook echt opgegroeid?” vroeg Jeanne om weer even terug te keren naar een interessanter onderwerp. Als het antwoord op deze vraag “ja” zou zijn, zou dit gesprek een stuk interessanter worden, want je kwam nu eenmaal niet elke dag een “Tarzan” tegen. Wacht... Tarzan? Had Ciro daar niet iets over gezegd in hun laatste gesprek? Jeanne nam zich voor om de pyromaan daarover aan te spreken zodra ze er de kans toe kreeg, al was het maar via een berichtje op de Holo Caster.
Het humeur van Ciro ging weer de goede kant op toen Agami opmerkte dat hij nu leefde, een tweede kans had gekregen en bij iemand was die zijn wonden kon verzorgen. Hij knikte instemmend en keek dankbaar op naar de Dragonair. “Doar heb je gelijk in,” zei hij alweer wat vrolijker, waarna hij geboeid luisterde naar wat Agami nog meer te vertellen had. De levende paddenstoelen klonken haast ongelofelijk, maar dat waren de Tropius ook toen hij ze voor het eerst zag. “Ze lijken veel op Pokémon uit mijn tijd, moar die konden niet vliegen en waren veel groater,” vertelde hij. De kleuren waren ook anders, maar dat was haast vanzelfsprekend. Agami leek echter nog niet uitgesproken te zijn, maar dat klonk al wat bekender in Ciro's oren. Hij sloeg een opgeluchte, haast onmerkbare zucht. “Gelukkig, dan is het dus niet helemoal veranderd,” zei hij, waarna hij even om zich heen keek. “Dit is een veilige plek, toch?”
|
| | | Member Averill StanwickPunten : 302
Gender : Male ♂
Age : 21 Jaar
Type : Ranger
Rang : Grand Ranger
Regions : Hoenn en Kalos
Icon : | Onderwerp: Re: Wild Encounter di jun 23, 2015 3:58 pm | |
| Schijnbaar had hij bij de aanraking van haar schouders haar weten af te schrikken, maar zoals dat eerder al was, schrok dat hem niet af. Althans, niet zo ver om direct zijn schuld er voor aan te bieden en Jeanne direct los te laten. Het was bovendien een vrij ernstige zaak, want met Jeanne’s gezondheid kon ze dus elk moment in zijn armen zelfs al bezwijken en moest hij haar lichaam beschermen tegen de roofPokémon, indien hij haar lijk terug wilde brengen naar haar woonplaats. Het was verre weg van de meest plezierige gedachte of actie wat in hem op kwam, maar als het erop aankwam bood hij zich aan. Het zou echter nooit zo ver hoeven komen en hij hoopte maar dat zijn woorden bij haar aangekomen waren en ze instemmend op zijn aanbod zou reageren. In eerste instantie leek het erop dat ze zou protesteren, want hij merkte een minuscule spoor van pure koppigheid bij haar op. Het was echter een vrij natuurlijke reactie op zijn aanbod, gezien de waarheid onder ogen zien niet altijd even gemakkelijk was. Daarom hield hij zijn gouden ogen strak op haar gericht en hield hij haar schouders ten alle tijden vast, voordat ze een zinnig antwoord zou geven. Na enkele tellen scheen de achterdocht uit haar lichaam compleet te verdwijnen en leek ze tot een beslissing te zijn gekomen. Toen ze naar hem knikte, een gelukkig universeel teken van acceptatie en vaststelling liet hij direct haar schouders los al had hij dat beter rustiger aan kunnen doen. Een gemene pijnsteek raasde door zijn nog bonzende buik, maar ondanks dat sloeg hij enkel een arm over de wond, wiens verband al roze was gekleurd. Het was minder erg dan dat geprik van eerder geweest, dus wist hij nog een neutrale gezichtsuitdrukking te handhaven om ’gezond’ te ogen voor zover dat kon. Jeanne vervolgde met een geruststellend antwoord dat ze op zichzelf toch niet uit de jungle zou weten te komen. Zeker vanaf dit punt was het vele kilometers, voordat ze de dichtbij zijnde vorm van beschaving zouden bereiken en voor een ongetraind mens die tevens niet helemaal lekker was, was dat gewoonweg onhaalbaar. Averill keek echter haar ietwat verrast aan toen ze nogmaals het gesprek veranderde, ditmaal weer terug naar hém wat hij niet erg vond, maar wel merkwaardig. Het kwam maar vreemd over dat ze door wilde communiceren, terwijl ze beter direct konden vertrekken en dan was ze eerder tuis, in de veiligheid van haar thuis. Waarom wilde hij haar eigenlijk zo raag weg hebben, buiten haar gezondheid? Jeanne was tot nu toe zijn enige soortgenoot die hij kende en haar zomaar laten gaan ging tegen zijn instinct in, vreemd genoeg. Waardoor het gevoel kwam was iets heel primitief’s, maar hij had daar een betere beheersing over dan naar andere uit te halen indien hij veel pijn leed, zoals net. Het was eerder een drang, maar goed, Jeanne had gevraagd of hij daadwerkelijk in deze jungle was opgegroeid. Daarop reageerde de jongen met een kleine grimas, ergens trots dat hij deze vraag voor zijn kiezen kreeg. “Ja, een Mightyena voedde mij van kinds af aan hier op. Al heb ik mezelf aangeleerd om menselijker te gedragen en probeer ik vaker de steden in te trekken,” Legde Averill kalm uit, waarop hij kort naar de shirt in zijn handen keek die hij zowat vergeten was. Wellicht was dat een goed begin, iets meer aankleden, want schijnbaar droegen mensen dus vaak shirts om hun bovenlichaam te bedekken. Hij trok zijn shirt maar weer aan en keek Jeanne weer aan, maar ditmaal met een wat zachtaardige blik dan de serieuze van eerder. Het leek er alsnog op dat het meisje niet van plan was per directe ingang de plek te verlaten en ergens was wat menselijk contact wel op zijn tijd, toch? “Hoe bevalt eigenlijk het “menselijke” leven?” Vroeg hij na enige overweging nu hij al over de zijne beginnen was en ondanks zijn kennis over de momentele beschaving het beter uit een direct individu kon krijgen. Dit was namelijk een kans die hij waarschijnlijk niet al te snel meer zou krijgen, of wel. Geen idee wat de vooruitzichten waren, al was dacht hij zelden verder na dan de volgende morgen, want het was al een wonder om een dag in de jungle te overleven.
Haast direct merkte Agami na haar goedbedoelde woorden dat het humeur van de Archeops daadwerkelijk verbeterde, alsof ze een uitgehongerde Mightyena voedsel toegeschoven had en deze door het dolle heen aan het kwispelen was. Een wellicht extreem voorbeeld, maar wel in dezelfde trant. Ze wist echter niet direct hoe ze erop moest reageren, want buiten Averill en zijn peetmoeder had zij noch zelden een conversatie met een ander schepsel gehouden, noch deze vrolijk gemaakt. Ze besloot maar zwakjes beleefd te glimlachen, maar voelde dat ze nog onwetender werd toen hij instemmend knikte en haar zelfs een dankbare blik schonk. Ze was perplex door zijn enorme houdingsverandering en bleef de kleine lach op haar kop houden, gezien ze echt niet beter wist. Er was voor alles een eerste keer, zeker niet de laatste en dat mocht zij na jaren weer eens meemaken bij schijnbaar een gesprek met een Pkémon waarvan ze nooit verwacht had mee te communiceren. De kans was wellicht groter dat Averill eens een reguliere conversatie met een soortgenoot kon hebben, zonder dat het uit de hand liep. De glimlach verdween echter toen ze de vraag van het schepsel beantwoordde, maar ondanks dat ontging de geboeide blik van Ciro haar niet. Ze moest het wellicht anders verwoorden; Ciro leek eerder op een jonge, speelse Poochyena die naar een Mightyena luisterde die hem informeerde over de wereld. Het zou haar ook niet verbazen indien hij opgewonden zou beginnen te springen, als hij daar toe in staat was met zijn achterpoten en vele vragen aan haar zou stellen. Dat laatste vond ze geen probleem, maar zeker onwennig. Niet iedere dag speelde ze namelijk voor een leerkracht. Na haar verhaal gedaan te hebben scheen de prehistorische Pokémon de Tropius degelijk te herkennen, maar dan schijnbaar zonder de vleugels en in grotere omvang. “Hmm, interessant,” Reageerde Agami, haar gedachten hardop verwoord, terwijl ze het schepsel probeerde in te beelden. Het zou dan vrij korte poten hebben, een stevige romp met een lange nek en een kleine kop, maar dan te voet. Als het net zoals een Tropius een planteneter, dus een herbivoor was, dan bood het inderdaad voordelen om met zijn lange nek de top van de bomen te bereiken. Een jungle, een terrein waarin bomen zeer lang konden worden was een prima eigenschap om een lange nek te hebben. De korte poten waren echter dan een probleem, want zomaar op de vlucht slaan ging dan moeilijk op zijn trage pas. Schijnbaar scheen het wezen gerustgesteld op het feit dat de fundamentele zaken niet veranderd waren, maar toen hij plotseling om zich heen keek trok ze de vleugels op haar kop toch wantrouwend naar achteren. Ze merkte geen gevaar op, maar waarop was hij plotseling zo alert geworden? Spoedig keek de Archeops haar echter weer aan, maar stelde een bespottelijke vraag waardoor de vleugels op haar kop eerder naar achteren gingen staan. Natuurlijk was deze locatie veilig, waarom had Averill anders zijn metgezel hierheen gebracht? Belangrijker nog, waarom stelde de Archeops plotseling deze vraag, want het gesprek van zonet kon ze niet direct hieraan linken. “Waarom?” Vroeg ze, waarop ze dreigend door haar neusgaten blies, duidelijk makend dat indien het wezen een zeer slecht idee scheen te hebben ze zijn lichaam zonder zich in te houden zou vermorzelen. Zodra het wezen zelfs hier zou beginnen te jagen of andere zou pijnigen kwam hij echter niet alleen door haar,, maar ook door de andere Pokémon op hun menu terecht. Elke wilde Pokémon nam namelijk de veiligheidszone van het gebied rond deze boom serieus en nooit had iemand deze overschreden en ze zou er alles tegen doen om dat in stand te houden.
|
| | | Member Jeanne LézardPunten : 726
Gender : Female ♀
Age : 17 years
Type : Ranger
Rang : Graduate Ranger
Regions : Hoenn
Icon : | Onderwerp: Re: Wild Encounter di jun 23, 2015 7:11 pm | |
| Nadat Averill haar schouders had losgelaten, luisterde Jeanne verbaasd naar wat hij te vertellen had. Blijkbaar was hij door een Mightyena opgevoed, maar had hij zichzelf aangeleerd om zich menselijker te gedragen. In elke andere situatie zou ze hebben vermoed dat het om een verborgen camerashow ging, maar het hele gedoe van eerder had ervoor gezorgd dat die gedachte meteen weer verdween. Dit was echt. Ergens verontrustte het Jeanne dat ze zich midden in de jungle bevond met enkel een jongen die haast op dezelfde manier was opgevoed als Tarzan, maar tegelijkertijd was het ook boeiend. Hoe vaak kwam je immers iemand tegen die door Pokémon was opgevoed – en dan niet eens mensachtige Pokémon? De voor- en nadelen van de ontmoeting wogen goed tegen elkaar af waardoor Jeanne nog vrij neutraal uit haar ogen keek, maar de spanning nam ook toe. Het was dezelfde spanning die ze had gevoeld toen ze ooit met haar vader de fossiele klauw van een Tyrantrum had opgegraven: het was angstaanjagend en fascinerend tegelijkertijd. Terwijl Jeanne nog nadacht over hoe ze op deze situatie moest reageren, trok Averill zijn shirt weer aan en vroeg hoe het menselijke leven haar beviel. “Tja...” Geen al te gemakkelijke vraag, dus Jeanne wreef nadenkend over haar kin om even goed op een rijtje te zetten hoe haar leven eruit zag. “Eigenlijk bevalt het me erg goed. Het is in elk geval niet erg gevaarlijk,” begon ze, proberend om het wat te vergelijken met het leven in de jungle – voor zover ze wist hoe het leven daar was. “Ik heb een dak boven mijn hoofd, genoeg te eten en te drinken en de gezondheidszorg is ook niet mis,” sprak ze zonder goed te weten wat ze verder nog kon zeggen. Het was moeilijk om haar leven te vergelijken met het leven van iemand die in een omgeving woonde waar ze slechts af en toe kwam. “Heb je nog specifiekere vragen?” vroeg ze dan dus maar. Wie weet zou dat nog wat meer ophelderen voor haar én voor Averill.
Ciro snapte niet waarom Agami zo wantrouwend reageerde op zijn vraag. Het was toch maar gewoon een vraag? Hij had eerder opgevangen dat dit een veilige plek was, iets wat ook in zijn tijd bestond, maar hij had geen flauw idee of de grootte van dat terrein ook hetzelfde was. Miljoenen jaren geleden leefden er grote wezens op het land en in de lucht, dus die hadden veel ruimte. Of dat tegenwoordig nog gold was nog maar de vraag, want de Archeops wist niet precies welke wezens er in de hedendaagse jungle leefden. “Dan kan ik hier wa rondkijken zonder opgevreten te worden. Ik kan nie vaak vrij rondlopen, zie je,” zei hij toen Agami een verklaring eiste. Hoewel hij zelf een roofpokémon was en zich dus zou kunnen verdedigen, wist Ciro wel dat hij vrij primitief was en dat andere jagers hem wellicht makkelijk de baas konden zijn.
|
| | | Administrator Alexander ArcherPunten : 507
Gender : Male ♂
Age : 19 years
Type : Trainer
Regions : Kalos
Icon : | | | | Member Averill StanwickPunten : 302
Gender : Male ♂
Age : 21 Jaar
Type : Ranger
Rang : Grand Ranger
Regions : Hoenn en Kalos
Icon : | Onderwerp: Re: Wild Encounter ma jun 29, 2015 10:22 pm | |
| Hij had enkel maar een ruw idee he het normale menselijke leven eruit zag, continu in een stenen of houten gebouw en er werd papier en stukjes brons, zilver en goud gebruikt om klaargemaakt voedsel te verkrijgen. Zover begreep hij het nog, maar het principe dat men in principe met boomstammen betaalde zat hem niet lekker en zeker dat ze “zelfgemaakt” voedsel hadden, terwijl het natuur ze gratis aanbood in de ruil dat je er voor vocht natuurlijk. Van wat hij zich verder meende te herinneren was dat men daadwerkelijk aandacht stak in welke stukken stof ze droegen, oftewel hun “uiterlijk” en vooral zijn vrouwelijke soortgenoten gebruikte vreemd ruikende poeders op hun gezicht en bespoten hun huid met de geur van bloemen. Hieruit gokte hij dat ze dat uit verleiding deden voor de mannelijke soortgenoten als een soort paringsritueel, al schenen mensen daar niet heel vlot mee te zijn. Ze bouwden daadwerkelijk eerst een band op, voordat ze zover kwamen en enkel een kleine groep Pokémon deed dat. Het voortbestaan van de soort ging namelijk voor dan het individu op zich. Maar goed, hij concentreerde zich op haar antwoord die vrij onzeker klonk en het duurde even voordat ze een goed antwoord voor hem gevonden had. Dat maakte voor hem weinig uit, alle informatie over haar leven was informatief. Pas na enkele tellen gaf e haar uiteindelijke antwoord en vertelde dat ze dus zoals vele mensen een huis had, eten en drinken en ene ‘gezondheidszorg’. Hij had wel vaker dat woord gehoord, maar hij wist niet zijn vinger te plaatsen op wat het nou was. Wel duidelijk iets met “gezondheid” en hij wist dat er constructies waren waarin zeer zwakke, stervende mensen zaten, maar aan de andere zijde vooral barende moeders. Was dat zoiets? Achteraf vond hij het maar een vreemd idee hebben; waarom plaatste je de zieke en oudere in hetzelfde gebouw waar jongen werden geboren, want wat als ze de ziekte eveneens kregen? Wegens de geur en de ziektes die hij al van mijlenver kon aanvoelen vermeed hij ten alle koste dat gebouw. Ter reactie van haar antwoord knikte hij maar traag, waarna Jeanne hem vroeg om specifiekere vragen te stellen.
Zover kwam hij echter niet toen drie jonge Aipom’s van een boomtak vlak boven hem zich afzette met hun gespierde staart en direct met een brede, intimiderende grijns op hen afschoot, hun nekharen dreigend overeind. Zulk dreigend gedrag rond deze boom was verre van normaal, gezien er zeker een boel Aipom’s erin leefden maar zich strak aan de regels hielden dat dit een veilige oase was. “Ga naar achteren!” zei Ave in een grom en duwde Jeanne direct naar achteren, richting de twee serpentachtige Pokémon. Het was bizar dat hij ze niet eerder opgemerkt had, althans hun merkwaardige gedrag. Hij was zich bewust van hun aanwezigheid, maar plotseling draaide hun humeur om en braken ze de zeer oude regel. De jongste Aipom haalde al dreigend uit met zijn staart en doelde duidelijk op zijn diepere wond van eerder, terwijl de andere twee elk aan zijn zijde op de grond belandde, klaar om hun maatje te helpen. Schijnbaar wilde ze enkel hém hebben en niet de andere drie aanwezige, dus wellicht had hij iets van hen wat ze furieus gemaakt had. Wat deze was, wist hij natuurlijk niet en uit automatisme ving hij de klap op van de Aipom’s handvormige staart, greep de “vingers” vast en draaide zich een kwartslag om, waardoor het lijfje van de Pokémon recht tegen zijn maatje knalde. Argh! De plotselinge draai en zijn nog zere buik vonden de intensiviteit niet bepaald prettig, maar veel keus had hij niet. De andere Aipom gebruikte deze kans en sprong recht op zijn hoofd, klampte zich stevig vast aan zijn donkerblonde haren en hield zijn staart vlak bij zijn gezicht, waarmee hij met zijn vingers tegen zijn keel aan drukte. A-Adem.. U-Ugh.. Averill greep uit alle macht de vingers met zijn tanden en beet er fel in, terwijl hij met zijn vingers naar zijn hoofd greep in de hoop de ogen van de Aipom te vinden en er tegenaan te drukken. De beet had het aapje weten af te schrikken en deze liet los, maar zijn twee maatjes grepen al gierend de enkels van de jongen en vloerde hem door tegelijk een gemene ruk aan te geven. Darn it! Amper kon hij de klap tegenhouden en wist enkel door zijn armen uit te halen naar de grond de klap te verminderen en een pijnlijkere pijnsteek bij zijn buik te voorkomen. Nou namen de drie Aipom’s echter hun kans en vervolgde ze dezelfde tactiek, ditmaal leken ze hem bij zijn arm en been vast te willen grijpen en zou de overige Aipom hem wurgen. Snel kantelde hij zich naar zijn zij en knalde met zijn achterhoofd tegen het gezicht van de Aipom. Het was genoeg om hem even los te laten en het veraste ook de andere twee wiens grip op zijn ledematen een korte tijd was verzwakt. Kort, maar nét lang genoeg. Hij wist zichzelf overeind te hijsen en stapte op de strot van de Aipom, waarna deze hem daadwerkelijk losliet en de derde geschrokken zijn voorbeeld volgde. Het viel hem nu pas op dat hoewel ze zeker tactisch bezig waren, ze nog onervaren waren in gevechten. Ze reageerden namelijk nog angstig, wanneer hun kameraden in gevaar verkeerde in plaats van daadwerkelijk wat te doen om hen te redden. Nu hij bevrijdt van ze was keek hij ze elk strak aan en gromde op een vrij hoge toon naar hen, niet uit dreiging, maar eerder om aan te geven dat hij geen dreiging vormde. Dit was namelijk echt zeer vreemd gedrag.
Natuurlijk vertrouwde de Dragonair hem na zijn vraag niet meer, want het kon enkel betekenen dat hij iets slechts in de zin had. Ze bespeurde echter verbazing bij de Archeops, nadat ze om duidelijkheid gevraagd had. Schijnbaar had hij het toch niet in de zin van, gezien het goedbedoelde verbazing was en niet de soort, waarop iemand betrapt werd op zijn duivelse plan. Agami ontspande echter niet direct, want wellicht was dit allemaal maar een toneelstukje voor hem. Op het moment dat ze zich zou ontspannen kon hij zomaar haar bij de nek vastgrijpen of zelfs zijn poten op Averill plaatsen. Toen ze echter het antwoord van Ciro aanhoorde verzachtte haar blik ietwat, gezien hij schijnbaar écht goede bedoelingen had; eens kunnen ontspannen in een jungle was zeker plezierig. “Daar heb je een punt, Ciro,” antwoordde ze, ditmaal wat kalmer op de Archeops, waarna ze haar blik kort over het gebied liet glijden met groepen Pokémon, elk van een ander soort en rang binnen de jungle. Ja, hier gold enige vrede. En , vaarwel vrede.
Luid gekraak klonk er en met haar vleugels naar achteren getrokken, haar kop hoog de lucht in keek e strak naar drie Aipom’s die zichzelf recht op haar metgezel stortte. Furieus sloeg ze met haar door parels gehulde staart en dreigde hem direct te hulp te schieten. De plotselinge geagiteerde Pokémon had haar volkomen weten te verassen, gezien ze zo plotseling over gegaan waren in de aanval en enkel hun aandacht op de jongen gericht hadden. Dit was een veilige haven voor elke Pokémon en dat ze die overtraden maakte haar zeer woedend, maar niet alleen haar, maar een groep Zangoose, Seviper, Nuzleaf en zelfs een Slaking waren verre van geamuseerd en liepen al luid grommend hun kant op. Het veraste haar vooral dat Averill ze niet probeerde aan te vallen en simpelweg zichzelf tegen hen probeerde te beschermen wat natuurlijk het beste is om te doen. Toen er eindelijk wat ruimte tussen de twee partijen waren ontstaan, wurmde ze zich tussen de twee met haar kop torent boven de drie jonge, onwetende apen. “Hoe durven jullie de vrede te dwarsbomen door zonder enige reden aan te vallen?” Ze probeerde haar kalmte te bewaren, maar haar blik was een reflectie van haar woede en direct krompen twee Aipom in elkaar, waardoor enkel de jongste vlak voor haar bleef staan. Deze mompelde echter een antwoord in plaats van luidop zijn fout in te zien is en na haar staart dichter bij zijn nek gehaald te hebben, keek deze hem pas aan. ‘I-Ik.. Uhh… Hij r-rook naar.. m-mijn.. v-voormalige… Trainer.. Hij had mij mishandeld,” De Aipom trilde over zijn hele lichaam en keek van haar weg, waarna ze kort uitademde en tegen de wang van de Aipom tikte met de punt van haar staart. ‘D-Doe.. mijn vrienden niets.. w-was mijn idee! Mijn,” Zou ze hen laten gaan, ondanks dat ze de regels overtraden die al jarenlang in stand waren gehouden, puur omdat de geur van een mens hen herinnerde aan een andere Trainer welk hij een slechte ervaring mee had? Dat was egoïstisch. Op de achtergronden werden er nare dingen gebruld, waarop ze met een luide grom hen tot zwijgen bracht en haar aandacht weer op de Aipom vestigde. “Jij wordt verbannen naar de grens van de jungle, maar je… “vrienden” mogen hier blijven onder strikte toezicht, begrepen?” Ze had er even over moeten nadenken, maar om een jonge Aipom volledig te verbannen kon ze niet doen, de actie had een zuivere reden, maar het was geen volwassen Aipom en kon nog zoveel leren. Natuurlijk was er bij de grens een grotere kans dat hij in contact zou komen met mensen en daarmee wellicht zijn Trainer. De andere twee Aipom’s waren ouder en moesten beter weten, maar het was niet hún idee geweest. Hierna sloeg de Slaking op zijn borst en greep hij de Aipom vast en bracht deze dieper in de jungle, terwijl de andere Pokémon afkeurend naar hem gromde en wild om zich heen sloegen, bewerend dat hij niet één van hen was. De andere twee verdwenen onder de tezicht van drie Ambipom’s en uiteindelijk keerde de rust terug en keek ze kort naar de drie aanwezige. “Onacceptabel,” Kon ze enkel zeggen als een vermoeide, maar voldane rechter.
|
| | | Member Jeanne LézardPunten : 726
Gender : Female ♀
Age : 17 years
Type : Ranger
Rang : Graduate Ranger
Regions : Hoenn
Icon : | Onderwerp: Re: Wild Encounter wo jul 01, 2015 8:31 pm | |
| Er werd enkel kort geknikt als reactie op Jeanne's antwoord, wat ze ergens wel had verwacht. Als Averill echt was opgegroeid in de jungle zou het voor hem normaler zijn om via lichaamstaal te communiceren dan met woorden, wat voor Jeanne precies het tegenovergestelde was. Zij was het gewend om met anderen te praten met woorden en ergens vreesde ze dat dat voor aardig wat misverstanden zou kunnen zorgen met Averill. De kans was immers groot dat ze per ongeluk een dreigende houding aannam of iets dergelijks, maar die gedachtegang verdween als sneeuw voor de zon toen er ineens drie Aipom vanuit de grote boom op hen af sprongen. Voordat ze goed en wel wist wat er aan de hand was, werd ze richting de twee reptielachtige Pokémon geduwd door Averill en keek ze verbaasd naar de Aipom die de jongen aanvielen. Dit was toch een veilige zone, waarin niemand mocht worden aangevallen? Pas toen het gevecht goed en wel gaande was besefte Jeanne dat de Aipom alleen maar Averill aanvielen, al had ze geen flauw idee waarom. Het moest wel heel ernstig zijn als ze zomaar iemand aanvielen in een veilig gebied, toch? Ondertussen wisten de Pokémon hem te vloeren en even vroeg Jeanne zich af of ze moest ingrijpen, maar gelukkig kwam Averill al snel weer overeind. Hij gromde naar de Aipom, al had Jeanne geen flauw idee wat het kon betekenen. Tijdens dit moment wist Averills Dragonair zich tussen hen in te wurmen en ze leek een gesprek aan te gaan met de aanvallers. Jeanne keek nog steeds verbaasd toe hoe er uiteindelijk een Slaking ten tonele verscheen en één van de Aipom wegvoerde. Het was duidelijk dat de Pokémon werd gestraft, maar nu wist ze nog niet de reden waarom hij had aangevallen. Ze liep nog wat op haar hoede naar Averill toe, niet wetend wat ze nu nog kon verwachten. “Gaat het?” vroeg ze eerst maar, waarna ze de Aipom nakeek. “Weet je waarom ze je aanvielen?”
Ciro was er blij mee dat Agami weer wat rustiger reageerde, want hij hij had geen zin om gewurgd te worden door een kwade Dragonair. Het leek er echter nog niet op dat hij wat zou kunnen rondlopen om de omgeving te verkennen, want een aantal Aipom vielen de andere trainer aan. Hij gromde wat verontwaardigd en liep direct naar Jeanne toe om haar te beschermen. Dat bleek niet nodig te zijn, want de Aipom vielen enkel Averill aan. Wat bezielde hen ineens? Ciro was niet van plan om het te gaan vragen zolang de Pokémon zich zo agressief gedroegen. Al snel wist Agami zich tussen de vechtjassen de wurmen en ze sprak de Aipom streng toe. De jongste van het drietal verklaarde dat Averill naar zijn oude trainer rook, die hem had mishandeld. Ergens snapte Ciro zijn punt wel; hij was bijna zelf een Pokémon geworden waarop zou worden geëxperimenteerd zonder ooit een echte band op te bouwen met een trainer. Dat was echter nog geen reden om zomaar iemand aan te vallen en al helemaal niet in een veilige zone zoals deze. Toen Agami eenmaal haar oordeel had uitgesproken, werd de Aipom door een Slaking van het gebied weg gedragen. “Zeg dat wel,” mompelde Ciro toen de Dragonair verder haar mening meedeelde. Pas op dat moment realiseerde de Archeops zich iets waarvoor hij zich wel voor zijn kop kon slaan. “Die Pokémon zei dat jouw trainer naar de zijne rook... Kan het familie zijn geweest?” besloot hij te vragen. Averill kende immers zijn familie niet, of wel?
|
| | | Member Averill StanwickPunten : 302
Gender : Male ♂
Age : 21 Jaar
Type : Ranger
Rang : Grand Ranger
Regions : Hoenn en Kalos
Icon : | Onderwerp: Re: Wild Encounter di jul 07, 2015 12:42 pm | |
| Agami had schijnbaar de Aipom’s tot een halt geroepen en het was ook niet moeilijk om de uitkomst van haar beslissing te begrijpen. Een van hen werd afgevoerd door een Slaking, regelrecht naar de grens van de jungle, terwijl de andere twee stevig aangepakt zouden worden door hun ouderen. Averill stond achter haar vrij moeilijke beslissing, gezien ze of niet té streng kon optreden om de jonge Pokémon terecht te wijzen of te zachtaardig, gezien hun leeftijd. Dat speelde gewoon een belangrijke factor hierin, maar het was goed beëindigd. De rust keerde terug in het gebied, al waren enkele Pokémon wat gespannen door de frustraties en afschuw die nog door hen heen ging. Dit was natuurlijk niet niets, een overtreding van de veilige haven van de jungle. Ze waren niet de enige, want hij beleefde dezelfde stroom van gevoelens. Het was onacceptabel dat de eeuwige rust zomaar werd verstoord door enkele jonge Aipom’s, maar was de situatie niet al voorbij? Het leven ging gewoon verder en hij stond puur voor zijn overleving niet te lang bij zulke zaken stil. Vlak achter hem hoorde hij plotseling het gekraak van gras en direct draaide hij zich om. Schijnbaar was het Jeanne die naar hem toegelopen was en ze oogde vrij alert, haat alsof ze hem nog niet vertrouwde. Iets in hem brak bij het zien van die blik, hij wilde niet helemaal door zijn instinct geleid worden en als een ‘monster’ worden aangezien door andere. Dat zou pas een nachtmerrie voor hem zijn. Wat hem echter nog meer zorgde baarde was een hogere concentratie van enkele stoffen die hij bij haar rook. Gelijk ging er een alarm bij hem af, gezien een verhoging van deze combinatie stoffen enkel op een enorme hoofdpijn kon duiden, haast migraine. Tot zijn verbazing oogde ze echter nog vrij gezond en vroeg ze zelfs of het nog goed met hém ging en wat er zonet gaande was. Zou hij haar de volledige uitleg geven, terwijl ze elk moment zou vergaan van de pijn? Verkort, dan. Betreft haar vragen; natuurlijk had hij nog pijn, maar was het niet meer zo erg dat hij het geeneens voor haar kon verbergen. Hij moest enkel voorzichtiger wezen voor de komende twee dagen, al was dat al een eeuwigheid in zijn leven. “Het gaat wel, en betreft die Aipom’s.. Ze herkenden mijn geur, maar vergisten zich in het persoon. Ik kon het niet woord voor woord goed verstaan, het is hun dialect wat het moeilijk maakt,” antwoordde Averill, waarna hij weer strak Jeanne aankeek. Oké, ze had het nog uitgehouden, maar voor hoelang nog? Het was dat hij te weinig ervaring met pure hoofdpijn had dat hij niet wist hoe hij haar kon helpen, buiten haar handen vast te grijpen. “Houd je gedeisd,” fluisterde hij, terwijl hij zijn blik op haar liet rusten, maar die wat zachtaardiger stond. Ze kon in zijn handen knijpen als het haar teveel werd, maar dit was wellicht een goed moment om haar terug te brengen naar haar leefomgeving. De jungle kon ze zeker nu achter zich laten.
Een korte huivering ging door haar heen die vrij ongegrond was, alsof er elk moment iets zou gebeuren. Ze vergat er echter direct over toen ze Ciro’s stem naast zich hoorde en hij scheen in te stemmen met haar beslissing. Dat kon ze zeker waarderen, maar vooral de eerlijkheid van de Archeops. Als hij gelogen had, had ze het wel in zijn stem kunnen horen. Agami keek de Pokémon kort aan met een spoor van dankbaarheid in haar blik, voordat ze zich naar hem keerde. Direct merkte ze dat de Archeops een ingeving had, gezien een stoot van energie door hem heen leek te gaan. Hmm? Agami had niet direct een idee wat deze ‘ingeving’ had uitgelokt en waar het gebaseerd op zou zijn, maar haar interesse had hij. Hij herhaalde eerst het feit dat Averill naar een van deze figuren rook waar de jongste Aipom door werd mishandeld, waarop ze traag knikte en hij zijn zin vervolgde dat het wellicht een familielid van Averill kon zijn geweest. Familie, huh? Ze wendde haar blik kort van de Archeops af en rustte die op Averill die nog met Jeanne bezig scheen te zijn, voordat ze maar iets zei. Het was de vraag of zij zoveel meer informatie over hem wilde prijsgeven, maar eigenlijk was het wellicht eerlijker; zij wist immers nu meer over Jeanne. Echter ging dit niet over hobbies, maar in principe over familie en daar zat het probleem in. Agami had even de tijd nodig, voordat ze de vraag kon beantwoorden, wanthoeveel zou ze erover vertellen? Tot nu toe scheen ze de Pokémon wel te kunnen vertrouwen. Ze trok haar vleugels wat opzij en keek met een zachte zucht weer Ciro recht aan. “Averill’s familieleden zoeken we al ruim vier jaar, maar ik durf de kans klein te schatten dat zijn familieleden Pokémon zouden mishandelen, hoe naïef dat ook mag klinken. Het probleem hier is vooral dat hij amper 6 maanden oud was, toen hij van zijn biologische ouders werd afgescheiden en dus hier, in de jungle terecht kwam. Zijn enige ouder al die tijd was een Mightyena geweest en misschien verwarde de Aipom’s deze met het figuur welk hem mishandeld had. Die kon net zo goed ook een Mightyena hebben gehad, die komen toch al vrij veel voor. Ook hebben die apen geen uitermate goed reukvermogen, dus het zou mij geeneens verbazen,” antwoordde ze zacht, nog net niet hoorbaar voor de twee mensen. Dit was haar kijk betreft de kwestie. Een tweede huivering ging door haar heen en met een ruk draaide ze haar kop direct naar Jeanne om. Huh? Ze had een vreemde combinatie van geuren geroken en vreemd genoeg wist ze direct dat het meisje ze afgaf in plaats van Averill of zelfs maar Ciro. Er stond iets ergs te gebeuren en direct vuurde ze een dwingende blik op Ciro af. “Er is iets met je partner aan de hand,” siste ze wantrouwend, maar degelijk bezorgd en ze zweefde al voorzichtig naar het meisje toe. Zo te zien had Averill het eerder dan haar opgemerkt en hield het meisje bij haar handen vast, al had ze de indruk dat hij maar een beetje meer dan haar wist, maar niet genoeg om enorm nuttig te zijn.
|
| | | Member Jeanne LézardPunten : 726
Gender : Female ♀
Age : 17 years
Type : Ranger
Rang : Graduate Ranger
Regions : Hoenn
Icon : | Onderwerp: Re: Wild Encounter di jul 07, 2015 7:05 pm | |
| Blijkbaar hadden de Aipom de geur van Averill verward met die van een andere persoon, wat Jeanne eigenlijk verbaasde. Wilde Pokémon moesten toch beter weten dan dat? In elk geval was het goed afgelopen voor Averill, die Jeanne nu strak aankeek. Was er iets aan de hand? Voordat Jeanne ernaar kon vragen greep de jongen echter haar handen vast en fluisterde dat ze zich gedeisd moest houden. Eerst schrok ze ervan, maar al snel ving ze de zachtaardige blik op die Averill in zijn ogen had. “Maar wat is-” verder dan dat kwam Jeanne niet, want haar hoofd begon ineens verschrikkelijk veel pijn te doen. Ze beet op haar tanden en legde één van haar handen tegen haar pijnlijke hoofd aan. Het voelde alsof iemand haar meerdere malen met een mes in haar hersenen stak, terwijl dat in werkelijkheid niet het geval was. “M'n... hoofd...” Meer dan dat kon ze niet zeggen door de vreselijke hoofdpijn en ze kneep haast onbewust in de hand van Averill. Het ergste was misschien nog wel dat ze haar pijnstillers net op deze dag niet bij zich had.
Agami nam even de tijd om te antwoorden op Ciro's vraag, maar dat vond hij niet erg. Hij begreep wel dat het een wat lastigere vraag was en dat daar wat over nagedacht moest worden. Zijn geduld werd beloond, want hij kreeg gelijk wat achtergrondinformatie wat Averill betrof. Ze waren blijkbaar al vier jaar lang op zoek naar zijn familie, maar de kans was maar klein dat zij Pokémon zouden mishandelen. Hij was nog maar zes maanden oud toen hij in de jungle terecht was gekomen, waar hij door een Mightyena was opgevoed. De mogelijkheid was er dus dat de Aipom vooral op de geur van de Mightyena waren afgekomen, ondanks dat hun reukvermogen niet zo sterk was. “Dan hebben die zoogdieren echt niet goed nagedacht,” concludeerde Ciro. Zomaar iemand aanvallen omdat hij een beetje naar iemand anders rook was gewoon belachelijk. Hijzelf rook ook een “beetje” naar Tyrunt en werd daar nooit mee vergeleken... Behalve door Jeanne, maar dat lag anders. “Ik hoop wel dat jullie zijn familie snel terugvinden,” zei hij er nog goedbedoeld achteraan, doelend op het feit dat ze blijkbaar al vier jaar lang op zoek waren naar Averills familie. Ineens keek Agami om, waarna ze snel Ciro weer aankeek en wantrouwend zei dat er iets met zijn “partner” aan de hand was. De Archeops rende snel naar zijn trainster toe, bezorgd om wat er aan de hand zou kunnen zijn. Hij was nog niet bij haar aangekomen toen ze duidelijk enorme hoofdpijn kreeg. Ciro ging vlug naast haar staan en probeerde haar blik op te vangen, maar door de pijn had Jeanne haar ogen gesloten. Hij keek vlug Agami aan die ook al naar hen toe was gezweefd. “Ze moet hier weg!” Zei hij dringend. Zelf had hij geen flauw idee hoe hij dit moest aanpakken, dat wist enkel Jack die natuurlijk in zijn Poké Ball zat waarvan Ciro niet wist hoe hij hem moest openen. Dan konden ze beter naar een plek gaan waar andere mensen waren die het meisje konden helpen.
|
| | | Gesponsorde inhoud | Onderwerp: Re: Wild Encounter | |
| |
| | | |
Soortgelijke onderwerpen | |
|
| Permissies van dit forum: | Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
| |
| |
| |