Met een brede glimlach keek Sora toe hoog hij met Kiara naar boven klom om aan de andere kant van Coumarine City te komen. Hij voelde zich best enthousiast over het feit dat hij binnenkort kon starten met zijn werk als ranger. De jongen keek dan ook erg uit naar het moment dat hij een opdracht kreeg om te doen van de counsil. Vandaar dat hij dan ook besloten had om met Kiara de stad Coumarine City te verkennen maar weigerde om de gondels te gebruiken. Hij had immers al een boottocht van ruim drie uur achter de rug zitten dus een beetje beweging kon geen kwaad. Zijn Lycanroc liep op een afstandje van de knul vandaan terwijl ze behoedzaam om zich heen keek. Sora draaide zich tijdens het lopen naar zijn partner toe om haar aan te kunnen kijken. “Het is anders dan je gewend bent, right?” vroeg hij aan Kiara die haar blauwe kijkers op hem richtte. De wolfachtige bromde een antwoord op de woorden van de jonge ranger terwijl ze een kleine grijns rond haar snoet toverde. Sora grijnsde terug naar de Lycanroc toen zijn oog viel op een bankje waar ze uit konden kijken over de haven van de stad. “ Kiara Kom!” riep hij enthousiast uit en zwaaide naar de Lycanroc die haar oren spitste toen de knul er ineens vandoor rende. Kiara had niet echt een keuze waarna ze snel de achtervolging inzette en de jongen achter na rende. Deze had inmiddels zijn doel al bereikt en had zijn armen over de reling geslagen om over de haven uit te kijken. Het was..prachtig! De haven leek vanaf hier wel op een plattegrond dat je zag op een kaart. Alleen het verschil hier was dat de oceaan in de felle zon leek te glinsteren en dat het niet stond afgebeeld op papier. Niet te spreken over de overvliegende Wingull en Pelipper die in grote getalen rond zweefde. “Moet je kijken!” Sora wendde zich tot Kiara die inmiddels aan zijn voeten was gaan zitten en met een niet begrijpende naar de jongen staarde. Deze wees met zijn vinger naar de reling waar de Lycanroc voorzichtig tegen het reling opsprong en haar voorpoten op het platte gedeelte van de rand liet rusten. Sora wist dat zijn partner moeite had met het verlaten van Alola wat kwam omdat ze daar het klimaat gewend was. In Kalos was het weer heel anders maar tot nu vond hij het hier geweldig. Je kon gewoon aan de hoogte zien hoever ze al naar boven waren geklommen. “Ik denk dat ik hier wel aan kan wennen..wat jij meisje,” mompelde hij en richtte hierbij zijn blauwe ogen op de heldere lucht. Kiara draaide haar robuuste kop naar de jongen. “Roc!” blafte de Lycanroc terwijl ze haar ogen sloot. Sora legde met een kleine glimlach zijn hand op het hoofd van Kiara en ging met zijn hand door de wollige manen van de Lycanroc. Jep, samen gingen ze er wel komen!