Heb je altijd al een Pokémon trainer, coördinator of breeder willen zijn? Of bewandel jij liever het gevaarlijke pad van een Team Rocket Grunt? Samen met andere leden schrijf jij het verhaal van jouw geheel eigen personage. Doorkruis regio's, vang je favoriete Pokémon en maak nieuwe vrienden onderweg. Laat het avontuur beginnen!
De laatste paar dagen voor kerst waren wat doellozer dan de meeste andere dagen van de afgelopen week. Sara was eindelijk weer op pad om naar de eerstvolgende gym te gaan en had zelfs haar training weer opgepakt met behulp van een strak schema, maar nu de feestdagen er aan kwamen kakte haar motivatie weer een beetje in. Ze had niks om naar uit te kijken deze dagen. Haar ouders hoefde ze niet bij aan te kloppen – al had ze wel overwogen om weer contact op te nemen nadat het uit was met Cecille, maar dat idee had ze van zich af geduwd alsof het een vieze schimmel was. Cecille kon ze dus ook niet bij terecht. De enige die haar waarschijnlijk nog met open armen zou binnenlaten was haar tante, Tamara, maar die woonde helemaal in Kiloude City en haar gedrag deed haar zodanig aan de blondine denken dat ze alweer een emotionele bui voelde opkomen als ze er alleen al aan dacht. Sowieso zou haar tante waarschijnlijk nog samen zijn met haar vriendin. Dat zou Sara alleen maar meer pijn doen – tenzij ze zich in haar kamer opsloot, maar dat zou Tamara niet accepteren. Zeker niet met de feestdagen.
De bedoeling was dus dat ze het in haar eentje doorbracht, met uitzondering van haar Pokémon. Die mochten wel een kerstdiner meemaken. Vorig jaar had Sara alleen nog Cinnamon, Gelato, Meringue en Vanilla gehad tijdens de feestdagen. Inmiddels was haar team zodanig uitgebreid dat ze ze niet allemaal meer bij zich kon dragen. Daarom zou ze haar team met kerst afwisselen: de eerste dag zou voor zes andere Pokémon bestemd zijn dan de tweede dag. Zo kreeg iedereen de kans om van kerst te genieten. Wel… behalve Sara. Ondanks dat ze dit een goed plan vond, verwachtte ze niet dat ze er veel plezier uit kon halen.
Sowieso betekende het dat, ondanks haar lage motivatie, de dagen voor kerst hard werken zouden worden. Sara moest ten eerste al een paar boodschappenlijstjes samenstellen voor wat ze allemaal wilde maken. Dat was op zich nog niet heel veel werk en ook werk waar ze plezier uit kon halen – het was immers organisatie en daar kon de witharige zich wel in vinden. Daarna moest ze haar ingrediënten zoeken in winkels. Dat was een lastigere taak, want de winkels waar ze nu in de buurt was hadden natuurlijk niet het goede merk en dat betekende dat ze naar een andere stad moest reizen.
Sara liet een diepe zucht klinken toen ze opnieuw één van de vele supermarkten van Kalos verliet. Haar blik liet ze op het briefje in haar hand vallen. Ze had een boodschappentas in de andere hand, anders had ze de laatste paar dingen op het lijstje afgestreept. Ze had alles nu. Twee dagen voor kerst. Dat betekende dat ze de rest van de dag en morgen nog had om alles klaar te maken voor het kerstdiner met haar Pokémon. Eerst zou ze een kamer moeten vinden in een hotel of Pokécenter, waarvan ze al snel de laatste optie koos omdat ze al te veel geld aan boodschappen had uitgegeven. Met kerst zelf wilde ze wel in een hotel slapen, dus kon ze nu wel in een Pokécenter verblijven – mits zij geen problemen zouden hebben met het feit dat Sara aan het bakken en koken ging. Ze had daar gelukkig haar eigen spullen voor bij zich, anders moest ze het personeel ook nog eens lastig vallen.
Zonder haar trouwe partner aan haar zij begaf Sara zich naar het Pokécenter. Ze had niet verwacht dat er iets zou gebeuren en liet daarom maar gewoon haar gedachten ergens heen dwalen. Ze werd daar uit wakker geschud toen ze iets aan haar tas voelde trekken. Geschrokken draaide ze zich om, haar hand met het briefje gebald tot een vuist, klaar om iemand een mep te verkopen. Die vuist zakte wat toen ze zag wie er echt aan haar tas had gezeten. Een Stantler. Stantler? Die kwamen hier helemaal niet voor. Een frons verscheen op het voorhoofd van de witharige. Stantler keek haar met grote, hongerige ogen aan. “Sorry vriend, dit is niet voor jou bedoeld,” sprak Sara hem streng toe. De Stantler leek het niet te begrijpen, maar toch besloot Sara dat ze niet meer aandacht aan hem zou besteden. Ze draaide zich om en liep verder, op een snellere pas, hopend dat de Pokémon haar niet bij zou kunnen houden.
Helaas had ze zijn snelheid compleet verkeerd ingeschat. Eigenlijk was het wel logisch, want het beest had veel langere benen dan zij. Opnieuw voelde ze dat er aan haar tas getrokken werd, welke ze snel naar voren bewoog voordat er kracht op gezet kon worden met zijn tanden. Nu draaide Sara zich om met een boze frons. “Afblijven!” Stantler schrok van haar toon en deed een stap naar achteren. Zijn blik bleef echter smekend. Sara had niet het idee dat dit ging werken. Ze wilde hem echter ook niet belonen voor zijn bedelende gedrag. De enige oplossing? Sara haalde een Pokéball tevoorschijn. Een volle, want ze hoefde geen extra teamlid om voor te koken. Sowieso had de Stantler een band om zijn nek, wat meestal betekende dat hij al van iemand was. Wilde Stantler waren ove het algemeen ook schuwer.
In de Pokéball zat niemand minder dan Cinnamon. De Braixen had een zelfvoldane grijns op zijn gezicht. Het uitgaan had duidelijk weinig met hem gedaan, maar daar was Sara alleen maar blij mee. Ondanks dat ze hem een klier vond, had ze toch liever dat hij zijn oude zelf bleef. Zijn stoere gedrag zou ook perfect zijn om de Stantler van zich af te houden. “Cinnamon, deze Stantler weet niet wat ‘nee’ betekent. Je mag hem geen pijn doen, maar ik wil dat je zorgt dat hij me niet meer lastig valt. Loop met me mee.” Cinnamon haalde zijn schouders op, maar stak wel zijn tong uit naar Stantler. Sara wierp hem een strenge blik toe en draaide zich vervolgens om om verder te lopen naar het Pokécenter. Cinnamon kwam iets later achter haar aan. Waarschijnlijk wierp hij boze blikken op de Stantler zodat deze niet achter hen aan durfde. Het maakte Sara weinig uit wat hij deed, als het maar werkte en als hij Stantler maar geen pijn deed.
Het baarde haar lichtelijk zorgen dat Cinnamon de hele reis niet naast haar kwam lopen, maar ze was tevreden dat hij zijn taak serieus nam. Eenmaal aangekomen bij het Pokécenter vroeg ze om een kamer en kon ze zich al snel installeren. Geen enkel teken van de lastige Stantler, en dus kon Sara met een tevreden gevoel aan de lekkernijen beginnen, terwijl Cinnamon het bed vast uitprobeerde.
Ze had de voorbereidingen getroffen voor haar eerste recept en had alles klaar liggen toen er plotseling op haar deur geklopt werd. Verward, maar ook angstig, keek Sara op. Dat was toch niet Cecille die haar gevonden had? Als dat zo was, dan moest ze maken dat ze hier weg kwam. Dat kon ze alleen niet, want ze had alles voor het bakken klaar staan en dat kon ze niet zomaar weer inpakken. Op haar hoede verplaatste ze zich naar de deur, er op lettend dat haar stappen geen geluid maakten. Vlak voor de deur werd er een tweede keer geklopt. Het klonk erg… slordig. En niet als een hand. Alsof iemand met een stok wat willekeurig op de deur aan het slaan was. Ondanks dat ze zich nog steeds bang voelde, duwde ze toch de deurklink naar beneden. Heel voorzichtig verplaatste ze de deur, tot hij zo ver open was dat haar hoofd er tussendoor paste. Dat was een foute keuze geweest, want zodra haar gezicht te zien was, werd ze omvergeduwd door niemand minder dan de Stantler van eerst. Het beest duwde liefkozend zijn kop tegen haar wang aan, voor hij zich verder de kamer in begaf, recht op de tafel af waar Sara haar ingrediënten had uitgespreid.
“Nee! Nee, nee, nee, nee!” riep Sara herhaaldelijk, terwijl ze een slordige poging deed om op te staan. Ze sprong zo snel ze kon op de Stantler af, greep hem bij zijn nek en trok zijn kop net op tijd weg bij de tafel. “Dat is onhygiënisch! Hier ga ik koekjes van bakken!” Boos gaf ze de Pokémon een duw, tot schrik van de persoon die achter de Stantler aan de kamer binnen was gekomen. Die liet namelijk een geschrokken ademhaling klinken, waarop Sara direct naar de deuropening keek.
“Sorry, ik wilde niet zonder toestemming je kamer betreden!” Het was één van de zusters die in het Pokécenter werkten. “Ik kwam alleen je Stantler brengen…” Sara keek haar ongelovig aan. “Mijn Stantler?” Hoe had deze dame het in haar hoofd gekregen dat deze Stantler van Sara was? “Ja, ik zag je eerder al met hem lopen, ik dacht dat hij van jou was… Hij wilde zo graag hier naar binnen…” Sara had even de tijd nodig om dit tot zich door te laten dringen. De zuster dacht dat de Stantler van Sara was, omdat hij haar tegen haar zin in gevolgd was en nu ook nog eens haar kostbare ingrediënten probeerde op te eten. Ze werd een beetje boos, wat ze helaas niet kon onderdrukken. “Hij is niet van mij. Hij probeert mijn eten te stelen,” reageerde ze dan ook geagiteerd. De zuster greep geschrokken met haar hand naar haar mond. “Oh, sorry!” riep ze uit, waarna ze Sara’s kant op kwam om de Stantler over te nemen. Het beest begon echter plotseling te protesteren. Sara kon hem niet meer in haar armen houden. Stantler was te snel voor de zuster om hem over te pakken en denderde nu de kamer rond. Dat niet alleen, maar er verschenen opeens meer Stantlers die net zo wild en angstig rond sprongen.
Gefrustreerd gromde Sara. Ze had hier helemaal geen tijd voor. Het eerste wat in haar op kwam om de Stantler tot rust te krijgen was het gebruik van een aanval, en hoewel ze Cinnamon daar graag voor gebruikte kende hij weinig pijnloze aanvallen en leek hij veel te druk met schaterlachen om te kunnen helpen. De volgende optie was Marzipan, maar die zat in de box. Dan maar Cocoa. Sara wierp de Pokéball zo hoog mogelijk en richting het bed, zodat Stantler hem niet zou raken. De bal knapte open en de Whimsicott verscheen naast Cinnamon. Laatstgenoemde wierp de fairy Pokémon een boze blik toe, maar deze besloot Sara te negeren. “Cocoa, Stun Spore op Stantler!” Cocoa maakte zich direct klaar om de aanval te gebruiken, maar deed het niet. Ze stopte en keek met een frons naar Sara. Die wist meteen wat het probleem was. Welke was de echte? “Doe maar gewoon wat, desnoods raak je ons ook, I don’t care.” De zuster leek het wel wat te kunnen schelen, maar nog voor ze een volledig protest had kunnen verwoorden liet Cocoa haar aanval al los. Geel poeder dwarrelde door de kamer. De eerste paar Stantler werden niet geraakt door het poeder – daar dwarrelde het zelfs doorheen. De zesde die er doorheen raasde, echter, werd niet alleen geraakt, maar zorgde er ook nog eens voor dat het opstoof en meer door de kamer verspreid werd. Direct hield Sara iets voor haar mond om te voorkomen dat zij het poeder in zou ademen, maar de zuster was vreemd genoeg niet zo slim. De dame raakte verlamd en viel op de grond, samen met de Stantler.
Ondanks dat de witharige zich besefte dat dit een hele serieuze situatie was, was haar eerste impuls om te checken of het poeder niet ook op de tafel met ingrediënten terecht was gekomen. Zo te zien was het maar goed dat ze nog niet alle zakjes en potjes geopend had, want er was best veel op terecht gekomen. Ze vloekte binnensmonds. Daar ging haar geld. Nu ze wist wat de schade aan haar voedselwaren was, bekommerde ze zich om de zuster die nu op de grond lag. Sara was nooit sterk genoeg om haar de kamer uit te dragen. Ze zou dus of hulp moeten zoeken, of opnieuw een Pokémon moeten inschakelen.
Nog voor Sara twee keuzes kon opnoemen in haar hoofd, besloot Marshmallow dat het tijd was om haar Pokéball uit te komen. De Audino had dat al vaker gedaan en elke keer leek ze de beste momenten uit te kiezen. Dat wilde zeggen: de meest stressvolle momenten. Sara had erg de neiging om naar haar te schreeuwen dat ze weer terug moest gaan, maar van de vorige keren was ze er al achter gekomen dat dat niet werkte. Sowieso had de Audino best wat spierkracht. Meer dan ze had verwacht. Misschien dat Marshmallow wel de beste keuze was om te helpen. “Cocoa, Marshmallow, help.” De twee Pokémon kwamen meteen naar Sara toe. “Pak beide een kant van deze dame. Ze heeft hulp nodig. Ik leid de weg.” Cocoa deed meteen wat er van haar gevraagd werd, maar Marshmallow wierp eerst nog een bezorgde blik naar het meisje. Het kostte haar geen moeite om op te vangen dat ze zich niet zo goed voelde, maar Sara maakte duidelijk dat nu niet de tijd was om zich zorgen om haar te maken. Eerst moesten ze de zuster naar de zuster brengen.
Gelukkig werden ze in de hal al tegemoet gelopen door een andere medewerker en duurde het niet lang voor Sara en haar Pokémon weer terug waren in de kamer die haar was toegewezen. Zo te zien kwam de Stantler zo langzamerhand alweer bij en dat betekende dat de witharige nog steeds niet aan bakken toe kwam. Ze zuchtte terwijl ze naar hem toe liep en hurkte voor hem neer met een frons op haar gezicht. “Wat moet ik met jou?” sprak ze hem streng toe. “Je bent niet van mij. Het kan me niet schelen hoe hongerig je bent, er is iemand anders die eten voor je inslaat. Ik kan me geen extra maag om te vullen veroorloven.” Ondanks haar strenge woorden en strenge blik, bleef de normaal type Pokémon haar met puppyoogjes aankijken. Dat ging niet werken bij Sara. Dat hij haar een lik over haar wang gaf zou ook niet werken. Cinnamon moest er om lachen, maar hij werd al afgehandeld door Cocoa die op hem af sprong om met hem te stoeien, tot tegenzin van de Braixen. De enige Pokémon die over bleef was Marshmallow, maar die besloot zich ook maar met de Stantler en Sara te bemoeien.
In plaats van het zo streng aan te pakken als de witharige, besloot de Audino echter gebruik te maken van de feelers aan haar oren. Ze legde er eentje op de borst van Stantler en luisterde aandachtig. Sara zag het nut er niet echt van in, want ze zag allang in wat er aan de hand was. Deze Pokémon was verdwaald en zag haar nu aan voor zijn baas, maar dat was ze niet. “Ik denk dat we maar posters moeten gaan maken dat we een Pokémon van iemand hebben gevonden en hopen dat hij snel wordt opgehaald,” stelde Sara voor. Ze bedacht zich echter meteen. “Nee, wacht, dan moet ik hem alsnog voeren. Is er geen Lost and Found sectie bij het Pokécenter? Ergens waar hij kan verblijven waar ik niet in het nadeel ben?” Ze liet zich verslagen op haar hurken zakken. Marshmallow was ondertussen klaar met haar onderzoek en liet nu haar blauwe blik ook op Sara vallen. Laatstgenoemde was eigenlijk vooral nieuwsgierig naar wat de Audino te weten was gekomen, maar toen ze haar blik op haar Pokémon richtte en zag dat die net zulke zielige puppyogen op had gezet als Stantler slaakte ze een diepe zucht. “Niet jij ook al.” Ze was hier klaar mee. “Ik ben geen liefdadigheidsfonds. Stantler gaat er uit.”
Ze stond op om aanstalten te maken om de Pokémon er uit te gooien, maar toen wees Marshmallow naar de band om de nek van de Stantler. Deze had belletjes er aan hangen, alsof hij bedoeld was voor een toneelstuk over de kerstman. Dat was eigenlijk best wel zielig. Hij had een belangrijke rol, maar was verdwaald geraakt en was gewoon maar iemand gevolgd. “Je bent me toch niet gevolgd omdat mijn haren net zo wit zijn als de baard van de kerstman, hmm?” vroeg Sara met een sceptische blik, al zag ze in dat vragen stellen aan de Stantler niet zou gaan werken. Ze liet zich maar weer zakken, deze keer met haar rug tegen het bed aan. “Kijk, ik wil je best helpen, maar niet nu. Ik heb zo veel gepland. Ik heb hier geen tijd voor. Alles loopt al stuk in mijn leven. Ik wilde deze ene keer gewoon een leuke kerst hebben, maar als ik voor jou moet zorgen heb ik niet genoeg tijd om alles af te maken en als je steeds overal van eet, dan is er niet genoeg voor iedereen en ik doe zo mijn best maar het lukt gewoon niet…” Haar stem sloeg over. Verdomme, het was niet de bedoeling dat ze emotioneel zou worden. Voordat de tranen in haar ogen konden verschijnen drukte ze al haar palmen er tegen aan. “Het gaat niet eens meer om kerst. Ik wil gewoon gelukkig zijn,” was het laatste wat ze mompelde voor ze haar knieën op trok en zichzelf in een balletje van verdriet veranderde.
De troost van Marshmallow had ze allang verwacht. Het was geen verrassing dat de Audino haar armen om Sara heen sloeg voor zo ver dat mogelijk was. Dat de Stantler haar gezicht nog eens likte en vervolgens zijn kop op haar hoofd legde was ook geen grote verrassing. Het verschijnen van Tiramisu, Gelato en Vanilla had Sara echter niet verwacht. Blijkbaar had Cocoa haar Pokéballs gevonden en had ze ze allemaal open gemaakt zodat ze allemaal elkaar een enorme groepsknuffel konden geven. Zelfs Cinnamon deed mee, al leek dat vooral omdat Vanilla hem er in mee trok. Sara had niet gedacht dat hij aan Vanilla toe zou geven, maar ze was te emotioneel om er iets op te zeggen. Sowieso wilde ze het moment niet verpesten met plagerijen. Dankbaarheid uitte ze op dit moment veel liever, en ze hoopte dat dat ergens tussen haar tranen door op te vatten was.
Hoe lang het duurde voor Sara was hersteld van haar emotionele bui wist ze niet, maar ze wist wel dat het tegen die tijd donker was geworden en ze dus erg veel tijd verloren was om te bakken. Dit betekende dat ze ook tijdens kerst zelf nog aan de slag moest, maar dat was oké. Ze verwachtte toch niet dat er voor die tijd nog iets bijzonders zou gebeuren waardoor ze totaal zou vergeten dat dit haar bedoeling was geweest, dus kon ze er mee leven. Sowieso kon het haar afleiden van hoe miserabel ze zich voelde. Dat was niet de motivatie waarom ze nu aan de slag ging, want het huilen had er voor gezorgd dat een grote last van haar schouders gevallen was. Op dit moment kon ze er wel even weer mee door.
Ze knoopte een schort voor en merkte toen dat de Stantler haar aandachtig aankeek. Hij leek niet echt te begrijpen waar ze mee bezig was. Sara begon aan zijn verwonderde gedrag te wennen en besloot het uit te leggen, al geloofde ze niet dat hij veel aan haar woorden had. “Dit is voor hygiëne. Zo worden mijn kleren niet vies.” Hij bleef haar vragend aankijken, precies zoals ze had verwacht. “Ik ga koken – wat betekent dat je uit mijn buurt zal moeten blijven. Ga maar met de rest rondhangen, dan krijg je straks wat lekkers. Morgen gaan we je trainer zoeken.” Wonderbaarlijk genoeg leek Stantler het nu wel te begrijpen, want hij keek om naar de andere Pokémon in de ruimte. Zijn blik ging echter al snel weer terug naar Sara, wie zijn kant op was komen lopen. Ze gaf hem een aai over zijn kop onder de motivatie dat ze toch haar handen nog niet gewassen had. “Serieus, blijf uit de buurt. Ik wil geen haren in het eten.”
Wat Stantler deed lette Sara niet op terwijl ze naar de wasbak toe liep en haar handen grondig reinigde, maar toen ze terug kwam was hij in een spel betrokken geraakt met Cocoa en Tiramisu. Prima, dan hoefde ze zich daar geen zorgen over te maken. De enige die haar mocht helpen was Marshmallow en die stond allang klaar, met gewassen pootjes. De Audino mocht alleen helpen omdat ze er zelf op stond, maar erg vond Sara het eigenlijk niet. Marshmallow was net zo netjes als zijzelf, dus er was weinig wat ze verkeerd kon doen. Ook volgde ze makkelijk instructies op. Slechte hulp was het dus absoluut niet.
Ze was halverwege het eerste recept toen Sara voor het eerst tegen iets aan stootte wat niet volgens haar planning ging. “Waar zijn de vormpjes?” vroeg ze aan Marshmallow. Ze wilde koekjes maken, maar daar had ze speciale siliconen vormpjes voor gekocht en als ze die niet had zou het hele effect van de koekjes zijn kracht verliezen. Ze lagen echter niet op de tafel. “Heb je de plastic zakken bekeken?” Haar blik viel op de Audino, wiens handen nog schoon genoeg waren om de zakken te onderzoeken. Er was echter een probleem: het spel van Tiramisu, Cocoa en Stantler maakte gebruik van de zakken. Marshmallow wees al hun kant op voordat Sara zich dit bedacht en haar hoofd draaide. Wat ze zag was niet helemaal wat ze verwachtte, maar ze kon ook niet zeggen dat het veel beter was. De vormpjes hingen aan het gewei van Stantler. Cocoa maakte kleine windstoten waardoor de vormpjes in beweging kwamen. Tiramisu maakte sprongen alsof ze probeerde de windvlagen tegen te houden, maar Cocoa was haar steeds te snel af.
Ondanks dat het er uit zag alsof de Pokémon veel plezier hadden, kon Sara ze niet hun gang laten gaan. “Hey! Die hebben we nodig,” sprak ze het drietal streng toe. Cocoa en Tiramisu stopten met hun spel en keken Sara schuldig aan. Stantler had een wat andere reactie. Bij hem keerden de puppyogen terug, maar hij liep ook op Sara af, met de vormpjes nog aan zijn gewei hangend. Sara keek hem even met een strenge frons aan en liet toen tot zich doordringen wat hij bedoelde. Hij wilde de vormpjes teruggeven, maar hij wilde ook helpen. Eigenlijk was het een hele handige manier om de vormpjes te sorteren. Of het hygiënisch was was een ander verhaal, maar Sara kon de vormpjes die ze wilde gebruiken wel even afspoelen. “Dank je wel,” zei ze daarom terwijl ze het eerste vormpje pakte. Misschien was het zo slecht nog niet om de Stantler te laten helpen.
Hij bleek ook voor andere dingen erg nuttig te zijn. Zo kon hij voor Sara checken of de koekjes al klaar waren terwijl zij en Marshmallow zich bezighielden met het volgende recept. Zijn gewei mocht Sara vaker gebruiken om dingen aan te hangen zodat ze beter kon overzien wat ze had. Dat deed ze natuurlijk alleen met zijn toestemming, want als hij het niet prettig vond kon ze het ook gewoon op tafel uitleggen. Het bespaarde haar niet veel tijd, maar het voelde wel prettiger om nog een extra paar handen – of eigenlijk hoeven – te hebben die haar hielpen. Elk van haar andere Pokémon had waarschijnlijk hetzelfde gedaan (behalve Cinnamon, maar hij was een rebels puberjoch), maar wat de Stantler speciaal maakte was dat hij helemaal niet van Sara was. Ze hadden eigenlijk helemaal geen band, en toch gedroeg hij zich alsof hij haar al jaren kende. Alsof hij iets wist wat hij helemaal niet kon weten.
Het was laat toen Sara naar bed ging, maar ze had wel flink wat werk af kunnen krijgen. Haar Pokémon werden allemaal de Pokéball in gelaten. Zelfs Marshmallow verdween gehoorzaam in de bal. Dat liet Sara en Stantler over. “Welterusten,” sprak ze hem toe, waarna ze haar ogen sloot en haar best deed om zo snel mogelijk in slaap te vallen. Stantler sliep echter nog niet. Stantler nam eerst nog plaats voor het raam, waar hij verlangend naar buiten staarde. De maan werd half verzwolgen door een wolk. Het was niet echt een bijzonder uitzicht, maar toch bleef hij een tijdje er naar staren. Hoe lang zou het duren voor hij herenigd werd met de rest?
Sara stond de volgende ochtend vroeg op. Ze was niet van plan om lang te lanterfanten, want ze wilde Stantler terug naar zijn trainer brengen. Ze overwoog even om een riem aan de band om zijn nek te hangen, maar had zo het idee dat dat niet nodig was. Stantler volgde haar toch wel. Ze sloot de kamer netjes af en probeerde om al haar spullen zelf mee te krijgen, maar toen Stantler zag dat ze er moeite mee had besloot hij om één van haar tassen in zijn bek over te nemen. Of Sara er echt blij mee was wist ze niet, want hij zou geheid op de tas en de inhoud kwijlen, maar ze besloot om hem geen preek te geven. Ze was al blij genoeg dat ze al haar spullen mee kreeg.
Ze was alleen één ding vergeten voor te bereiden: ze had werkelijk geen flauw idee waar ze moest beginnen met zoeken naar de echte eigenaar van Stantler. Ze kon eigenlijk niet hopen dat ze toevallig iemand tegenkwam die meteen ‘hey, dat is mijn Stantler!’ tegen haar zei, dus moest ze mensen gaan aanspreken. Het kon ook maar zo zijn dat hij haar was gevolgd vanuit een andere stad, maar daar besloot ze maar even niet van uit te gaan. Wat ze wel wist, was dat ze hem voor het eerst opmerkte rond de supermarkt, dus dat was waar ze begon met zoeken. Eerst keek ze of er posters hingen waarop stond dat er een Stantler gezocht werd, maar ze had geen succes. Dat betekende dat ze mensen moest aanspreken. Op hoop van zegen dan maar.
Sara trok de aandacht van een jongen van ongeveer haar leeftijd door luid haar keel te schrapen. Hij keek om en trok een oordopje uit zijn oor om haar beter te kunnen horen. “Sorry, weet jij toevallig of iemand een Stantler kwijt is?” vroeg de witharige. Haar toon was strenger dan bedoeld. Het maakte het niet beter dat ze een frons als reactie kreeg. “Nah. Sorry.” De jongen stopte zijn oortje terug in zijn oor en keerde zijn rug naar Sara toe nog voor ze kon tegenstribbelen. Fijn, dan hoefde hij niet te helpen. Van zijn uiterlijk had ze toch niet het idee dat hij erg behulpzaam zou zijn.
De volgende die ze benaderde was een volwassen vrouw met een klein kind. Het jongetje hing verveeld aan de arm van zijn moeder en sleurde haar bijna mee, terwijl zij haar best deed om niet beïnvloed te raken door zijn gedrag. Bij het zien van de Stantler, lichtten zijn oogjes op. “Mama kijk!” riep hij, “Kerstman!” Sara fronste. Ze zag er toch niet uit als een man? Haar kleding was momenteel niet zo strak als anders, en misschien was een rode jas niet de beste keuze geweest, maar ze wel duidelijk vrouwelijk. De vrouw verbeterde haar kind gelukkig. “Nee Hans, dat is een Pokémon trainster met haar Stantler. De Kersman is nu druk cadeautjes aan het inpakken en zich aan het klaarmaken om alles uit te delen.” Het jongetje bleef stil, maar staarde alsnog met grote ogen naar Sara. Het bleek al snel waarom. “Maar de Kerstman is zijn Stantler toch kwijt?”
Het kostte een moment voor de woorden tot Sara doordrongen. In die tijd was de moeder haar kind al aan het geruststellen dat de Stantler vast al wel terecht waren en alle cadeautjes zonder problemen bezorgd zouden worden. Sara wierp een blik op de Stantler van ongeloof. Zijn grote bruine ogen werden op haar gericht, maar meer met een ‘wat?’ uitdrukking, alsof hij niet begreep wat er mis was. “Eh, sorry dat ik u onderbreek, maar kunt u mij toevallig naar de Kerstman brengen?” besloot Sara na een minuut het gesprek van moeder en zoon te doorbreken. De moeder keek haar bezorgd aan. Niet echt de gewenste reactie. Ze wilde eigenlijk niet weten wat voor woorden er zouden volgen, maar hield de moeder niet tegen toen ze begon te spreken. “Sorry, dat gaat niet. Ik ben maar een simpele burger, ik weet niet waar hij uithangt.” Sara vroeg zich af waarom de vrouw haar niet gewoon naar haar man wilde brengen, of op zijn minst de Stantler meenemen, maar ze kon niet in het bijzijn van een kind zeggen dat de Kerstman niet bestaat. “En u kunt ook niet… een boodschap doorgeven?” probeerde de witharige. Een hoofd werd geschud. Sara begreep het steeds minder en minder. “Het spijt me, dat kan ik niet. En eigenlijk moet ik nu gaan, maar succes nog met je zoektocht naar de eigenaar van de Stantler. Kom, Hans.” Sara wilde achter de dame aan springen en haar zeggen dat ze moest wachten, maar ze kon dit nooit uitleggen waar het kind bij was. De dame leek sowieso de hints van Sara niet te begrijpen. Had ze überhaupt wel een man? Ja, want wat was anders dat verhaal dat de Kerstman zijn Stantler kwijt was? Oh, wacht, vast en zeker weer zo’n tv-stunt. Ze bedachten elk jaar ook weer iets nieuws.
Na nog zo’n acht gefaalde pogingen om informatie los te krijgen uit willekeurige mensen besloot Sara om een korte pauze te nemen. Ze plofte neer op een bankje niet ver van de supermarkt, maar ook omringd door bomen. Stantler bleef rustig bij haar staan, verwonderd over wat er allemaal om hem heen gebeurde. Hij was duidelijk tam, anders had hij heel anders gereageerd op zijn omgeving. Ook dat hij de hele tijd achter Sara aan bleef lopen zonder dat ze hem aan een lijntje hoefde te houden bewees dat hij een erg gehoorzame Pokémon was. “Het zou zonde zijn als jij je trainer niet terug vindt,” sprak ze het hert toe terwijl ze een snoepje voor hem tevoorschijn haalde. Gulzig at hij het van haar hand af, waarna hij haar met bedelende oogjes aankeek voor meer. Helaas werkte dat tegen bij Sara en had hij daarmee zijn kans op een tweede snoepje verspild. “Ik ga niet voor je kunnen zorgen. Zeker niet zonder Pokéball. De enige aanwijzing om je trainer te vinden die ik heb, is dat er een Kerstman zijn Stantler kwijt is, maar er zijn tegenwoordig zo veel Kerstmannen dat dat ook niets meer zegt.” Ze liet een diepe zucht klinken en liet haar ellebogen op haar knieën steunen. Stantler volgde haar beweging, waarschijnlijk nog steeds uit op een tweede snoepje. “Weet jij het niet meer? Waar kom je vandaan? Of beter, waar ben je je trainer kwijtgeraakt?” Ze hief haar hoofd en keek de Pokémon recht in zijn grote puppyogen aan. Die hield alleen zijn kop een tikkeltje scheef, duidelijk niet begrijpend wat ze zei. Een tweede, nog diepere zucht volgde en Sara stond weer op. Het had geen zin. Ze pakte al haar spullen bij elkaar en liep met een hangend hoofd terug richting de supermarkt. Misschien kon ze zelf een briefje ophangen dat ze de Pokémon gevonden had, al was ze niet van plan om te wachten tot daar een antwoord op kwam. Ze kon de Stantler wel achterlaten bij het Pokécenter, toch? Dan had hij en dak en werd er voor hem gezorgd.
Ondanks dat ze de Stantler opdroeg om mee te komen, besloot hij om niet achter haar aan te gaan. In plaats daar van begon hij met zijn hoeven te trappelen om Sara’s aandacht te trekken. Het werkte, want ze draaide zich om, maar haar uitdrukking was gefrustreerd. “Ik heb geen tijd voor spelletjes. Kom,” sprak ze hem streng toe. Stantler bleef ongehoorzaam. Aan zijn beweging te zien, zou ze haast denken dat hij haar iets wilde laten zien. Wacht eens… “Heb je je toch iets herinnerd?” Sara klonk opeens een stuk opgewekter. Het kon niet anders dan dat Stantler weer wist waar hij vandaan kwam, maar dat hij begeleiding nodig had om er te komen. Of gezelschap. Hoe dan ook stapte Sara met herwonnen moed achter de Pokémon aan, enthousiast over waar hij haar heen wilde brengen, ongeacht hoe ver het lopen zou zijn en –
Ze waren er al. Stantler hield halt bij een etalage van een winkel waarin een nep-Kerstman was neergezet. Sara staakte haar passen direct, ongeacht het trotse gezicht van het hert. “Nee. Nee, niet jij ook al.” Ze gromde haast. Waarom zag iedereen haar opeens aan voor de Kerstman? “Luister, de Kerstman bestaat niet. Dat heeft hij nooit gedaan en dat zal hij ook nooit. Het is allemaal maar een truc van winkels om meer geld te verdienen. Hij is niet jouw trainer. Dat kan niet. Punt uit!” Ze stampte bij haar laatste woorden met haar voet, om extra nadruk er op te leggen dat ze hier over niet meer in discussie ging. Het leek er op dat dit ook tot de Stantler doordrong, want hij keek haar sip aan. Er was echter ook iets anders in zijn blik te zien. Was het belediging? Voelde hij zich nou daadwerkelijk aangevallen door haar preek? Nee, het was waarschijnlijk haar toon geweest. Ze was eigenlijk best wel streng. Dat had niet gehoeven.
Stantler werd... boos? Dat was helemaal niet Sara’s bedoeling geweest, en ze voelde dan ook direct spijt van haar tirade. Terwijl Stantler zijn gewei haar kant op hield en naar voren stapte, stapte Sara naar achteren. “Nee, wacht, ik ben niet boos op je – laat me je helpen je trainer te vinden – ik wilde niet schreeuwen het spijt me –” Woorden stopten eigenlijk niet met uit haar mond rollen. Ze werd steeds verder naar achteren gedreven, tot ze de stenen onder haar voeten voelde veranderen in aarde en ze plotseling tussen de bomen stond. Omdat ze achteruit liep was het geen wonder dat ze binnen de kortste keren met haar rug tegen een boom aan te staan kwam. Alsof dit Stantler’s bedoeling was geweest, hief hij opeens zijn gewei op en creëerde hij een illusie om hen heen.
In tegenstelling tot de springende Stantler in de kamer van het Pokécenter, verschenen er nu maar een paar Stantler en een rode slee. Sara’s uitdrukking veranderde in een frons, wat al snel veranderde in onbegrip. Hoe erg was deze Stantler er van overtuigd dat hij van de Kerstman was? Hij had zelfs de Kerstman uit de etalage nagemaakt in zijn illusie. Ze zou haast denken dat hij bij de etalage de realisatie had gehad dat dit zijn verleden was. Het zou wel verklaren waarom hij achter Sara aan liep, met haar rode jas en witte haren, maar het was gewoonweg onmogelijk. De Kerstman bestond niet.
Stantler draaide zijn kop naar wat hij gemaakt had en keek er met een duidelijk verlangende blik naar. Sara liet haar tassen voorzichtig op de grond vallen en deed een paar stappen naar voren. “Oké…” Ze geloofde het nog steeds niet, maar ze wilde haar hulp nog steeds aan de Pokémon verlenen. “Dus je bent… van de Kerstman. Maar hoe wil je ooit bij hem terug komen? Ik weet nog steeds niet waar hij uithangt.” Stantler reageerde niet op haar woorden, waardoor Sara geen andere oplossing zag dan om te gaan ijsberen. Dat hielp haar altijd als ze een oplossing voor iets zocht.
Na heel wat gemompeld te hebben over wie ze allemaal had gevraagd en wat ze niet zouden kunnen doen omdat het toch geen effect had, bedacht Sara zich iets wat misschien wel zou werken. Ze staakte haar passen en richtte zich tot de Stantler. Meteen toen ze begon te praten richtte hij zijn blik op haar. “Ik haat mezelf nu al dat ik dit voorstel, maar we kunnen het laten werken. Het lijkt me belangrijk dat zo veel mogelijk mensen weten dat je hier bent. Hoe meer mensen er over praten, hoe eerder de Kerstman er over hoort, toch?” Geen reactie. Dat zag ze voor nu maar als een teken dat hij het begreep en dat ze verder moest praten. “Ik heb een plan. We gaan er wel een slee voor moeten huren…”
Twee uur later waren de voorbereidingen gedaan. Sara stond met de Stantler in een steegje niet ver van de binnenstad om een laatste check te doen of alles in orde was. Zo te zien wel. Haar outfit leek nog meer op de Kerstman dan eerst, want ze droeg er nu een kerstmuts en rode laarzen bij en de Stantler had een prachtige (en veel te duur gehuurde) slee achter zich hangen, en de tassen die Sara eerder nog met zich mee droeg waren nu verdeeld over cadeautjes. Ze zou er geheid een paar moeten uitdelen aan kinderen waardoor haar Pokémon minder de snoepen hadden, maar dat moest dan maar. “Let’s go,” sprak ze de Stantler toe, waarna ze de leiding nam en de straten op ging. Meteen werden blikken op de witharige gericht. Ze had geen baard op gedaan, maar ze leek perfect op wat een jonge, vrouwelijke versie van de Kerstman zou zijn. Zijn lang verloren nichtje, of zo, als iemand er naar vroeg. Ze kreeg het zelfs een paar keer voor elkaar om er een geforceerde ‘ho ho ho’ uit te krijgen. Belangrijker was echter de boodschap dat de Stantler van de Kerstman hier was. “Jazeker,” riep ze daarom luid, “ik ben hier speciaal gekomen met mijn hulpje, de echte Stantler van de Kerstman, maarvraagmenietwelkewantikweetdenamenniet, om cadeautjes uit te delen! Hij is dus niet van mij, maar wel van iemand anders! Laat iedereen maar weten dat ik en deze Stantler hier zijn! Misschien krijg je wel wat lekkers!” De boodschap was, naar Sara’s mening, duidelijk. Hopelijk kwam ‘de Kerstman’ ergens deze dag langs om zijn geliefde Stantler op te halen.