Het was een stille dag, en Philip zat in een van zijn luie stoelen een boek te lezen. De zon scheen door zijn raam de kamer binnen, en in die zonnestraal zat Linus lekker te zonnebaden. Die moest immers nog groot en sterk worden nietwaar? Matthew en Eva zeiden op het moment niet veel. Deels omdat ze even niks te zeggen hadden, en deels omdat het een schedel en een skelet is, die niet leven. Maar Philip vond het allemaal prima. Het was ook wel eens fijn om een dagje te hebben waarop niet veel moest. Ja, ook Philip had behoefte aan dat soort dagen. Maar de rust werd verstoord toen er op de deur werd geklopt. Philip keek nieuwsgierig op. Wie kon dat zijn? Hij legde zijn boek op de kleine ronde tafel met een schaakbordmotief dat midden in de kamer stond en hij stond op. Maakte de deur open en zei: “Hallo, waar kan ik je mee van dienst zijn?” Met een glimlach. Hij zei het eigenlijk nog voor hij wist wie het was. Zo zat hij nu eenmaal in elkaar. En toen pas zag hij het. Het was Alexandra. Een van de Area Rangers. “Jij hebt vandaag geen taken heb ik gehoord Philip.” Ze was een van die directe en praktische mensen. Maar dat vond Philip allemaal okay. Iedereen is leuk. “Dat klopt ja.” Antwoordde hij. “Nou, nu heb je dus iets te doen. Over tien minuten verwacht ik je beneden in de lobby.” En ze liep weg. “Okay is goed!” Riep hij haar nog na. Hij sloot snel de deur en deed zijn tuniek aan. Het was warm genoeg vandaag om zijn jas op zijn kamer te laten. Hm, maar Linus.. die zat lekker in de zon.. en dan moest hij hem niet storen.. En toen kreeg Philip een idee. Hij sloot gewoon het gordijn. Langzaam werden Linus’ ogen geopend. Die vond het heel gemakkelijk om aan te nemen dat de zonneschijn nu weg was. Hij was ook al erg tevreden. Hij had echt al een paar uur in de zon gelegen, en het was zalig geweest. Vlug stuurde hij zijn maatje terug zijn Pokéball in en Philip maakte zijn weg naar beneden. Via de trap natuurlijk. Niet de lift. De trap was gezonder. En een gezonde Ranger, is een effectieve Ranger. Maar eigenlijk wist hij nog niet eens wat hij nou precies moest gaan doen. Tijdens de weg naar beneden was hij allerlei scenario’s aan het bedenken. Misschien wel een speciale missie. Of ze gingen een surprise party organiseren, en hij zat in de commissie. Hij kwam in ieder geval in de lobby aan met nog twee minuten extra tijd. “Ik zie dat iedereen er is.” Sprak Alexandra tegen de groep Rangers die in de lobby stonden. “Er is olie gelekt door een olietanker in de zee ten westen van Petalburg City. Wij gaan een ALLE Pokémon uit de olie halen, en ze verzorgen.” Ze liep de groep door en duwde mensen wat bij elkaar, totdat er drie groepen gevormd werden. “Jullie gaan om de olievlek heen varen en er voor zorgen dat er geen nieuwe Pokémon in gaan zitten.” Zei ze tegen de eerste groep. “Jullie gaan in boten de Pokémon op de zee uit de olie halen.” Zei ze tegen de tweede groep. “Jullie gaan de Pokémon aan de kust uit hun lijden verlossen.” Zei ze tegen Philip’s groep. “En nu meekomen.” Philip had wel bewondering voor mensen die goed leiding konden geven. Ze waren zo sterk, Zo daadkrachtig. Dat zou hij ook wel willen kunnen. Maar waarschijnlijk ging dat niet gebeuren. Maar dat was nu niet belangrijk. Op naar de zee! Maar dan voor iets dat niet zo leuk is. Maar wel heel belangrijk!
Eenmaal bij de zee kregen de mensen uit Philip’s groep een laarsen en een speciaal soort tuinbroek achtig ding aan, waarmee ze door de olievlek konden lopen in de zee zonder zelf vies te worden. Ook kregen ze lange handschoenen aan. Voor dezelfde reden. Philip voelde zich heel belangrijk in deze kleding. Heel professioneel. Hij was een profiel van een Ranger. Op dit moment. Jottem! Hij keek naar de rest van de Rangers, maar die keken allemaal niet zo blij. Hadden ze geen zin om de Pokémon te gaan helpen? “Ik heb nog zelfgebakken muffins meegebracht voor iedereen!” Riep hij de groep in. “Ze staan in het busje! Mag je gewoon van pakken!” Alexandra liep naar Philip toe en zei: “Het is heel lief hoor, maar we moeten nu echt aan de slag.” “Je hebt helemaal gelijk.” Knikte Philip mee. Ze waren hier immers op een belangrijke missie. En die moesten ze direct gaan uitvoeren. Misschien dat ze naderhand wat muffins met z’n allen konden gaan eten. Dat zou hij wel gezellig vinden. Hopelijk, de rest ook. In ieder geval werden ze nu eropuit gestuurd. Philip had een bepaald stuk van het strand toegewezen gekregen. Maar na uren zoeken vond hij geen enkele Pokémon. En de rest van zijn team ook niet. Aan de ene kant was hij blij dat er zo weinig Pokémon vast zaten in de olie, maar aan de andere kant was hij bang dat hij het niet goed deed en er nu allemaal Pokémon in de olie vast zaten zonder dat ze het wisten! Totdat hij een kwaakje hoorde. Hij liep meteen in die richting, zoeken naar een rare vorm. Iets bewoog! Meteen liep hij er naartoe en raapte het voorzichtig op. “Och jeetje toch arm ding.” Sprak hij. Het was een kleine Wingull, helemaal onder de olie. “Oh nee, en je hebt ook al je pootje verstuikt.” Het was echt veel te zielig om aan te zien. Zijn hart kon dit niet aan. Hij moest er bijna van huilen. Maar het herinneren van zijn verantwoordelijkheid als Ranger trok hem weer uit zijn emotionele staat. “Goedzo Philip, breng haar maar naar het busje, ik laat nog een paar mensen patrouille lopen, dan mag jij die Wingull gaan verzorgen.” Hij knikte en rende naar het busje. Hij vond het zo zielig! Er was gewoon geen tijd te verliezen! Hij ging in het busje zitten op een bankje. Hij zette de Wingull op een tafeltje waar een handdoek op lag. Het busje werd gestart en ze waren op weg naar de Ranger Base. Hij kreeg te horen dat zodra hij daar was hij instructies zou krijgen van Berend. Ook weer een Area Ranger. Philip wikkelde de Wingull zorgvuldig in de handdoek, hij wilde haar pootje niet nog meer onnodig pijn doen. En dat zou zijn hart enkel nog maar meer pijn doen. Ze zag er zo bang uit. Maar dat was ook wel logisch. Maar ze hoefde niet langer te vrezen, want Philip was hier. En die ging zo goed voor haar zorgen dat ze spontaan zou evolueren van alle kracht die ze ineens zou hebben. Bam joenguh! Nee, zo zelfverzekerd was Philip niet. Maar hij was vastberaden om zijn stinkende best te doen. Want de olie stonk ook. Stank met stank bestrijden!
Eenmaal aangekomen gooide Philip de achterdeuren van het busje open en rende met de Wingull naar binnen. Een hele grote brede man met warrig haar stond in de lobby. “Ah jij bent vast Philip, kom maar gauw mee dan.” Philip knikte en liep achter hem aan. “Dus wat is de status?” “Dit is de enige Pokémon die de kustpatrouille heeft kunnen vinden. We zijn nog steeds aan het zoeken. En deze heeft ook nog eens.. haar.. enkel verstuikt.” Hij was zichzelf aan het tegenhouden om te gaan snikken. “Dat maakt alles wel een stuk lastiger. Hier naar binnen.” Met een scherpe bocht gooide Berend een dubbele deur open. Het zag er best klinisch uit. Allemaal tonnen en chemicaliën. “Doe deze handschoenen aan, we gaan haar eerst invetten.” Philip keek hem vragend aan. “Zo krijgen we de de eerste laag olie gemakkelijker uit haar veren.” Philip maakte met een gezichtsuitdrukking duidelijk dat hij het begreep. “Houdt haar vleugel zo vast en houdt je andere hand op haar rug. Laat haar niet te veel spartelen.” Philip deed wat hem gezegd werd en Berend begon met een soort plantenspuit de Wingull in te vetten, terwijl hij af en toe over het beestje haar veren wreef. Het leek ook echt te helpen. De eerste dikke laag begon al van haar af te glijden. Ze begon te piepen. “Geen zorgen. We zijn vlug klaar. Het is eventjes eng, maar dat is okay. Sommige dingen zijn nu eenmaal een beetje spannend. Maar we zullen goed voor je zorgen.” Stelde Philip haar gerust met zijn gepatenteerde Ranger glimlach. “Andere vleugel.” Berend leek op een grote vriendelijke knuffelbeer, maar zijn houding was toch wel ernstig nu dat hij aan het werk was. En Philip accepteerde dat. Hij deed ook wat hem werd gevraagd. “Ik heb gehoord dat je nogal een aardige bent.” Merkte Berend ineens op. “Oh?” “Ja, je zegt iedereen gedag en geeft zomaar cadeau’s. Met jou gaat het wel goed komen.” Philip wist niet zo goed wat hij zeggen moest. “Ik ga mijn best doen.” Het was niet helemaal hoe je een compliment accepteert, maar hij had Berend in ieder geval laten denken dat hij dat wel had gedaan. De Wingull begon weer te piepen. Berend was ondertussen namelijk met een doekje haar snavel aan het schoonmaken. “Ik weet het. Ik weet het. Maar als je snavel straks weer schoon is zul je je veel beter voelen. En zullen al die andere Wingull je weer de knapste vrouw van de wereld vinden.” Het leek wel een beetje te helpen. In ieder geval tegen het piepen.
Op een gegeven moment waren ze klaar met het invet gedeelte. “Houd haar even rustig Philip, ik ben zo terug.” Hij knikte. Ze hoorden in de achtergrond kraanwater lopen. “Het is een mooie dag vandaag, dus straks als we klaar zijn kun je lekker in de zon gaan liggen. Linus doet dat ook graag. Misschien kunnen jullie gezellig samen liggen zonnen.” Ze keek hem in ieder geval niet meer angstig aan. Dat had hij dan weer wel voor elkaar gekregen. Maar ze leek er niet geruster op te zijn geworden. Zoals hij al had gezegd, het was ook allemaal wel spannend. En misschien was ze zich zorgen aan het maken om al haar vriendjes en vriendinnetjes. Die gedachte vond Philip wel lief. Nu wilde hij haar nog liever zo snel als mogelijk geholpen hebben. Niet veel later kwam Berend met een grote bak aan zetten met water en zeep bubbels zo hoog als de rand. “We gaan hier verder de diepere lagen van Olie uit haar veren halen, ik laat je zo zien welke beweging je moet maken. Eerst wil ik je vertellen dat je er erg op moet letten dat je niet te ruw doet. En ook niet te snel naar haar pootje gaat. Als die verstuikt is moeten we er rustig aan mee doen.” Philip knikte weer. Hij wist het wel, maar hij vond het goed dat Berend het nog een keer gezegd had. Goede man. Aardige man. Nette man. Maargoed, Berend liet dus zien welke beweging Philip met zijn vingers moest maken tijdens het wrijven. Dit moest er voor zorgen dat ze geen enkel plekje zouden overslaan. “Ik moet nu eerst even weg. Maak haar hoofdje, rug en vleugels schoon. De rest doen we als ik terug ben.” En Philip ging aan de slag. Eerst stribbelde ze een beetje tegen. Waarschijnlijk omdat het water raar aanvoelde door de temperatuur en al het zeep. Maar al gauw liet ze Philip maar doen wat hij wilde doen. Hij had nog niets slechts gedaan. Ze vertrouwde hem wel. Maar ze was wel nog steeds wat gespannen. En af en toe was er toch wel weer een piepje te horen. Eerst deed Philip de rug. Dat leek hem het makkelijkst. En eigenlijk sneller dan hij had verwacht zag hij al echte kleursveranderingen in de Wingull. Hij had echter wel gehoord dat de Wingull wel een tijdje hier moest blijven. Ze waren met de zeep al haar natuurlijke vetten aan het kapotmaken. Vetten die ze gebruikte om ander soort vuil van haar af te laten glijden. Dus ze moesten wachten totdat alle geredde Pokémon hun eigen vetlaagje weer terug zouden krijgen. Nu begon hij aan een van de vleugels. Deze deed hij nóg voorzichtiger. Hij was echt heel erg bang dat hij haar vleugels zou overbreken, maar dat was gelukkig niet het geval. Hij had het, naar zijn eigen idee, goed gedaan. Nu de andere vleugel. En door naar het hoofd. Hij ging weer met een doekje over haar snavel heen. Arm ding. Dat is waarmee ze eet. En het zat helemaal onder de vieze olie. Hij snapte niet dat mensen niet gewoon wat beter zouden opletten met die drek. Waarom gebruikten ze het eigenlijk nog? Was het niet ongezond en gevaarlijk ofzo? Hij wist het niet zo goed. Hij volgde het nieuws niet goed genoeg daarvoor. En daarnaast wist hij niets over alternatieve brandstoffen, dus hield hij zijn mond er maar over. Als hij er niets over te zeggen had, kon hij maar beter zijn mond houden. Dan was hij niemand anders tot last. Over last gesproken.. nu werd het lastig. Want Berend was nog niet terug en Philip kon al beginnen aan de onderkant van de Wingull. Even voor de duidelijkheid..het was nog niet haalbaar om de Wingull helemaal schoon te hebben. Ze had nog een extreem lichte grijze kleur. Het is hardnekkig spul. Gewoon zodat dat duidelijk is. Dat was hem ook verteld, vandaar dat hij wist dat hij kon stoppen. Philip liep naar de deur en opende die op een kiertje. Toen hij zag wat er gebeurde sprong hij meteen opzij en de deur zwaaide open. Berend en een paar andere Rangers waren een Tentacruel aan het tillen, die helemaal onder de olie zat. Och nee het arme ding! “Bekky, help Philip, ik ga deze afhandelen.” En als volleerde olie pokemon redders gingen ze aan de slag. En Bekky liep op Philip af. “Hai, ik ben Bekky.” Zei ze iets te vrolijk. “We gaan die Wingull even uit het bad halen en eerst haar enkel verzorgen. Als die weer hersteld is zullen we haar later verder schoonmaken. Maar niet vandaag. Kom je me helpen?” En ze liep al naar het badje toe. Ze pakte direct de Wingull eruit, die begon te piepen, en legde haar op een handdoek. “Zo, dan maak je in ieder geval niet alles nat mevrouw.” Bekky was opgewekt. Alsof ze blij was dat ze eindelijk weer eens iets te doen had. Ze keek Philip, die nog niet bewogen had, afwachtend aan. “Oh.” En hij liep vlug naar haar toe. “Ik leg haar op haar rug en houdt haar pootje omhoog. Je weet hoe je verband moet leggen Philip?” Hij knikte. “Nou dan kan jij dat doen. Ik ga je natuurlijk niet alleen de makkelijke taken geven.” Ze gaf hem een knipoog. Wat een figuren allemaal die hij ontmoette vandaag.. Hij moest het in zijn volgende boek echt gebruiken hoor! Met trillende handen pakte hij het verband en zuchtte. Hij wist hoe hij het moest doen. Hij was gewoon heel bang dat hij de Wingull pijn ging doen. Hij wist dat het op z’n minst een béétje pijn ging doen. Maar voor hem was het toch niet echt een leuk vooruitzicht. Hij zuchtte even. Even rustig Philip. Je bent haar alleen maar aan het helpen. En dat is ook je taak als Ranger. Niet zeuren, gewoon doen. En ja hoor, zodra hij het verband ook maar een beetje haar pootje liet aanraken.. begon te al te piepen. Het was zó zielig, maar hij ging door! Voor haar eigen bestwil! En binnen een paar seconden zat het er op. “Goedzo.” Zei Bekky, en ze zette de Wingull weer op haar pootjes. Eerst vond de Wingull het moeilijk om haar pootje op de grond te zetten, maar na een paar stapjes begon ze te gewennen. “Dat ziet er allemaal prima uit. Philip, we hebben het druk. Dus jij gaat haar nu afdrogen. En straks geef je haar wat te eten.” Het ging allemaal zo snel dat Philip niet anders kon dan enkel knikken tijdens de instructies. Hij keek terug naar de Wingull, die nog steeds een beetje ongelukkig over de handdoek liep en zuchtte weer. De opdracht was duidelijk. Hij liet zijn hoofd zakken tot op ooghoogte van de Wingull en zei: “Ik ga je nu met de handdoek droog maken. En dan gaan we lekker eten, goed?” Ze keek hem een beetje nietszeggend aan. Ze wist echt niet wat ze er allemaal mee aan moest. Vreemde mensen. Philip pakte de handdoek en begon haar schoon te wrijven. Er was nog wat olie dat aan de handdoek bleef hangen, maar dat was enkel goed, want dan werd ze dus nóg schoner. En toen ze eindelijk droog was nam hij haar mee naar de keuken. Hij zette haar op het aanrecht en begon wat eten in een bakje voor haar klaar te maken. “Zo, hier ga je wel lekker van smikkelen denk ik.” Hij nam haar, en het eten mee naar buiten. En ze gingen lekker op het gras in de zon zitten. Hij liet Linus ook uit zijn Ball. Dan kon die ook lekker genieten van de zon. Die lag nu languit op het gras aan de andere kant van Philip. Maar Philip keek liever even naar de heel licht grijze Wingull. Ze zat wel rustig te eten.. dat wel.. zou hij alles goed gedaan hebben? Hij kon het niet helpen om nog wat te twijfelen. Meedoen, met een olie patrouille. Een Wingull schoonmaken. Haar verstuikte enkel behandelen. Haar eten geven. Was dat alles? Die Rangers van een hogere rang waren zo veel meer aan het doen.. Hij zuchtte. Weetje, hij was al gewoon blij dat er mensen waren die bekwaam genoeg waren om Pokémon zo goed te helpen. Hij keek naar de Wingull. Deze kleine overwinning ging hij gewoon koesteren. Dit was zijn eerste stap, om later nog veel meer behulpzame dingen te doen! Hij was wel.. moe geworden zeg. Straks zou hij haar wel bij de andere geredde Wingull plaatsen. Eerst mocht ze nog even van de zon genieten. Dat had hij beloofd.