~~~~~
Het was ijzig koud in de straten van Lumiose City. De nachten waren altijd het aller ergst. Wanneer er geen zon was, enkel een ijskoude maan. De koude wind waaide ijzig door de vacht van het kleine, gele wezentje. Hij hief zijn hoofdje op uit de afvalbak. De deksel van de afvalemmer gleed naar beneden, een stukje over zijn hoofd. Alert keek hij om zich heen en luisterde hij. Hij kon zweren dat hij zojuist wat gehoord had. Zijn staart trok hij onbewust enkele keren op. Uiteindelijk besloot hij dat hij het fout gehoord had en dook hij weer voorover in de afvalbak. Met zijn handjes groef hij door het afval opzoek naar eten. Blikjes kletterde tegen het ijzer van de afvalbak aan. Buiten de afvalbak klonk het gerinkel van glas. Deze keer keek de Pikachu opnieuw op. Hij sprong duwde zich snel van de afvalbak af en landde op alle vier zijn poten. Met zijn staart omhoog begon hij energie op te slaan die van de rommelde lucht boven hem kwam. Een groep Houndour met als ringleider een Houndoom stond aan het einde van het steegje. De Houndoom had zijn tanden ontbloot en gromde heel diep. De Pikachu verstijfde toen hij blafte en een Houndour zijn kant op stuurde. Hij balde zijn handen tot vuisten. '
Pika pika ..' Zei hij. Boven hem rommelde de donder. Rond zijn staart en wangetjes begonnen zich elektrische vonken te vormen die dreigend knetterde. De Houndour sprong naar voren met een grom. Pikachu liet zijn Thunderbolt aanval los. De Houndour gilde het uit. Pikachu greep zijn kans en zette het op een lopen. Hij kende de steegjes van Lumiose City inmiddels goed. Hij rende op een doodlopend eind af maar maakte handig gebruik van wat omgevallen afvalbakken om over de hoge muur te springen. Lenig landde hij er boven op, in plaats dat hij er overheen sprong. Pikachu draaide zijn hoofdje om en keek uitdagend naar de Houndour die blaffend onder aan de hoge muur stonden. Eentje vuurde een ember aanval af waardoor hij snel van de muur af sprong aan de andere kant en zich uit de voeten maakte.
~~~~~
Marcus keek fronsend naar de donkere lucht die boven Lumiose City was komen aandrijven. De sneeuw die de straten bedekte was niet zo dik meer als een tijdje geleden. Zo te zien ging het ook nog eens onweren. Geen weer om buiten te zijn dus. Helaas moest Marcus een heel eind terug lopen naar het hoofdkwartier. Hij mocht wel opschieten. Hij stond op een klein veldje van kunstgras dat aan alle kanten werd omringd door hoge gebouwen. Dit was ooit een poképark geweest waar je met je pokémon even kon ontsnappen aan de drukte van Lumiose. De bloemen waren verwelkt en er was grafitie op de muren gespoten. Het hoge aantal criminaliteit in dit deel van Lumiose zorgde ervoor dat de mensen wegbleven van deze plek met hun geliefde pokémon. Het was een ideale plek voor zijn Tyrunt. Regem stond een eindje van hem af en dronk uit een klein vijvertje. Het water was op sommige plekken niet bevroren. Wakken boden de pokémon de gelegenheid zijn dorst te lessen. Marcus liep naar hem toe en legde zijn hand op zijn rug. Regem stopte even met drinken en hield Marcus vanuit zijn ooghoek goed in de gaten. "
Niet zo chagrijnig" Zei Marcus met een zucht. Regem snoof diep en drong toen door. Hij had hem nog maar net en ze waren nu pas op het punt aanbeland dat Regem het wel oké vond als Marcus hem fysiek aanraakte. Hij liet hem minstens twee keer per dag uit zijn bal als het mogelijk was. Zo kon hij zo snel mogelijk een band met hem opbouwen. Regem was al een heel stuk rustiger geworden toen Marcus hem hem in zijn bezit gekregen had en hij af en toe wat stoom mocht afblazen. Het was zeker een pokémon met een gebruiksaanwijzing. Als hij te lang in zijn bal zat, had Marcus gemerkt, werd hij zwaar gefrustreerd van alle energie die opgekropt zat in hem. Op zich vond Marcus het helemaal geen probleem als hij hem af en toe los moest laten. Het bleek erg interessant. Regem trok zijn kop op toen hij klaar was met drinken en liep weg van Marcus. Na enkele passen bleef hij staan en keek hij om zich heen. Hij maakte een brommend geluid. Hij scheen te genieten van zijn portie vrijheid van vandaag. Marcus stak een sigaret op en stak zijn koude handen in zijn jaszakken. Hij nam plaats op een naburig bankje en besloot het er even van te nemen. Die regen leek nog wel even de kat uit de boom te kijken. Tegen de tijd dat hij vallen ging zou Marcus wel al droog ergens zitten. Momenteel maakte hij zich nergens zorgen over. Door dat Regem in zijn team gekomen was voelde hij zich een heel stuk zelfverzekerder. Hij kon niet wachten tot hij geëvolueerd was. Terwijl hij zijn peuk naar zijn lippen bracht trok er plots een sterke, koude windvlaag langs hem heen. Hij kneep zijn ogen stijf dicht en trok zijn jas wat hoger op. Hij keek op toen Regem plotseling een verrast geluid produceerde. Het hield het midden tussen een brul en een soort gesnuif. Regem had zijn kop in de lucht gestoken en leek iets te ruiken. Nieuwsgierig liep hij naar een verwelkte struik die er uit zag alsof hij er bij nog één stevige windvlaag ontworteld zou kunnen worden. Regem stak zijn kop er onder. Marcus zag dat zijn neus een stukje de grond in verdween. Zijn nieuwsgierigheid was gewekt toen hij opstond en naar zijn Tyrunt toe rende. Hij zag meteen dat Regem zijn kop in een klein hol gestoken had. Hij gaf hem een tik tegen zijn achterhoofd zodat hij zijn kop eruit trok. "
Een wilde pokémon heeft hiet zijn hol gegraven, is dat nu zo belangrijk?" Echode zijn stem tegen de muren. Regem keek hem boos aan. "
Laten we terug gaan, het wordt me te koud hier" Hij draaide zich om en liep naar het ijzeren hek aan de overkant van het veld. Even aarzelde Regem. Hij keek verlangend naar het hol maar besloot om toch maar mee te gaan. Hij wierp vastberaden blikken achterom tot hij ook bij het hek was. Marcus duwde hem open en besloot om Regem terug te stralen. Hoe erg hij ook op hem gesteld was, hij wist bijna zeker dat Regem niet bij hem zou blijven op de straat.
~~~~~
Pikachu rende een heel eind door de straten van Lumiose. Toen hij er echt zeker van was dat het roedel Houndour weg was kwam hij hijgend tot stilstand. Hij had een kleine omweg genomen, bang dat als ze hem achtervolgde ze misschien zijn schuilplaats zouden vinden. Hij kwam overeind en luisterde met zijn oren rechtop. Hij ving veel geluiden op maar niet eentje die gevaar kon betekenen. Op een heel wat rustiger tempo begon Pikachu te lopen. De straten om hem heen waren altijd gevuld met hele gevaarlijke mensen. Als ze hem zagen werd er soms iets naar hem gegooid. Hij had geleerd ver uit de buurt te blijven van mensen. Ze bleken niet te vertrouwen te zijn. Zo was je een geliefde partner van een mens en zo werd je op straat gedumpt als een stuk oud vuil. Pikachu duwde zich onder een smeedijzeren hek door die uitkwam op een klein grasveld. Er kwamen hier nooit veel mensen. Hier had Pikachu een klein hol ontdekt. Sinds dien woonde hij hier. Niemand stoorde hem hier. Vermoeid liep hij door de sneeuw heen naar een lelijke struik. Daar onder bevond zich de opening naar een klein hol. Pikachu kroop er naar binnen. Er strekte zich een gang uit voor je die minder dan een meter lang was. Aan het einde was het een beetje uitgehold. Daar had hij zijn slaapplaats gemaakt. Hij had het al lang opgegeven om er eten te verstoppen. Andere pokémon zouden het vinden en opeten. En mensen leken geen winterslaap te houden dus die voorzagen hem altijd van eten. Pikachu liep naar het einde van de gang en krulde zich op tegen de achterkant aan. Met een eenzaam gevoel sloot hij zijn ogen. Klaar om te gaan slapen. Pikachu was al een tijdje in slaap gevallen toen hij werd gewekt door het geluid van een zwaar hek dat opende. Alert kwam hij een eindje overeind en luisterde hij. Helemaal rechtop kon hij er niet in staan. Hij hoorde een stem praten. Kort erna klonk er een geluid die hij zelf ook herkende als het geluid van een pokébal. Een doffe dreun gevolgd door een vreemde brul volgde er. Pikachu bleef doodstil in zijn schuilplaats zitten. Er was een mens hier? Met een pokémon? Heel voorzichtig en heel langzaam sloop hij naar voren. Telkens als er een geluid klonk verstijfde hij meteen. Voetstappen klonken er. Ze verwijderde zich van hem. Nieuwsgierig stak hij zijn neus een klein eindje naar boven en tuurde hij naar buiten. Een man stond in het veld. Hij had een hele grote pokémon bij zich. De pokémon zag er niet vriendelijk uit. In tegendeel. Hij keek woest. Pikachu zag beweging rechts van hem. Hij merkte buiten bij het smeedijzeren hek een Houndoom op. Even verstijfde Pikachu maar hij realiseerde zich dat het niet dezelfde Houndoom was. Hij hoorde bij de trainer. Toen de pokémon op twee poten zich omdraaide schoot Pikachu meteen ver weg zijn schuilplaats in. Hij besloot om daar een tijdje te blijven. Hij krulde zich weer op maar viel niet meer in slaap. Een tijdje lang hoorde Pikachu de pokémon rond dreunen en af en toe boos een kreet slaken. Uiteindelijk toen het stil viel hoopte Pikachu dat de pokémon terug zijn bal in was gestraald. Dat bleek niet zo toen hij de pokémon even later geluid hoorde maken. Dichterbij dan voorheen. Pikachu kwam overeind en liep voorzichtig naar voren. Waar .. was hij? Het antwoord op die vraag kwam toen het licht aan het einde van de gang verdween en een punt van een grote neus het hol in kwam. Het geluid van grote neusgaten die de geur van de Pikachu opsnoven echode door de gang. Pikachu durfde niet te bewegen maar wilde ook niet zo dichtbij blijven staan. Hij stond namelijk halverwege de gang. Defensief ging hij een aanval klaarmaken. Mocht het nodig zijn zichzelf te verdedigen. De stem van de man klonk weer en er verscheen weer licht in de gang. Pikachu greep de kans aan om terug te deinzen met zijn staart vol elektriciteit naar voren gestoken. De man zei wat en even later klonken er zware voetstappen. De pokémon ging weg! Pikachu rende naar voren, wachtte enkele tellen, en stak toen zijn hoofdje naar buiten. De pokémon werd terug gestraald en de man verliet het veldje. Doordat de Pikachu zich altijd weg van de mensen bevond was dit de eerste levende ziel die hij in een tijd gezien, die niet een pokémon was. Zijn interesse was gewekt toen de man die er niet al te vriendelijk uitzag zijn even onvriendelijk uitziende Houndoom over zijn kop aaide.
~~~~~
Marcus stopte Regem zijn bal aan zijn riem en aaide Vix tussen zijn hoorns toen die opstond. "
Laten we husiwaards keren, ik heb honger" Merkte hij op. Vix blafte instemmend en draafde alvast een eindje vooruit. Het onmiskenbare geluid van een rommelende maag weerklonk en Marcus zuchtte. Hij had al een tijdje niet gegeten. Hij had alle kans om te eten maar hij deed het niet. In plaats daarvan hield hij zich bezig met andere dingen. Zoals zich bezig houden met Regem of papierwerk. Trainen. Hij had een sterker team nodig als hij een gevaarlijkere indruk wilde maken. Wellicht eentje achterlaten. Hij sloeg een straat in en onderdrukte een geeuw. Ook was hij moe, zoals altijd. Hij zou bij wijze van spreken hier kunnen gaan liggen en in slaap kunnen vallen. Zonder problemen. Vix begon langzamer te lopen en eindigde een beetje achter. Marcus liep door, verwachtend dat hij wel weer hem in zou halen. Marcus sloeg een nieuwe steeg in en stak zijn handen in zijn zakken. Zijn peuk begon al aardig op te branden. De straat voor hem was lang. Pas toen hij bijna op de hoek was merkte hij dat Vix weer bij hem gekomen was. Echter liep hij nog steeds een beetje achter en stopte hij plotseling. Marcus stopte ook en keek achterom. Hij volgde Vix zijn blik. Een Pikachu stond enkele meters van hen vandaan. Hij keek omhoog naar Marcus en staarde hem vastberaden aan. Marcus krabde aan zijn achterhoofd en keek neer op Vix. Die stond half omgedraaid maar leek er geen bedreiging in te zien. Marcus haalde zijn schouders op en liep weer door. Vix volgde hem ook. Zijn voetstappen knerpte in het dunne laagje sneeuw dat er nog lag en boven hem rommelde de donder. Marcus keek omhoog naar de donkere lucht. Zo te zien zou het sneller gaan regenen dan verwacht. Hij kon maar beter op schieten. Terwijl hij een nieuwe straat in sloeg keek hij achterom. De Pikachu liep op een rustig tempo achter het duo aan, zijn donkere oogjes strak gericht op Marcus. Het zag er een beetje creepy uit. Marcus liet zijn peuk los die opgebrand was en richtte zijn blik weer vooruit. Toch kon hij het gevoel dat hij bekeken werd niet wegduwen. Toen hij vijf straten verder nogmaals achterom keek was de Pikachu er nog. Met diezelfde vastberaden blik in zijn ogen. Het ontging Marcus niet dat hij er wat magertjes uitzag voor een Pikachu. Hier en daar had hij wat vuil op zijn vacht zitten. Al met al kwam Marcus tot de conclusie dat hij wel van een trainer moest zijn. Hij was hem vast kwijt. Daarom liep hij achter Marcus aan. Hij wilde gewoon zijn trainer terug vinden. Marcus wist voor een Pikachu geen handigheid in Team Rocket dus draaide hij zich maar om naar de Pikachu. Die stopte meteen en stak zijn staart omhoog. Die vibreerde door de rommelende lucht boven hem. Elektrische golven danste er omheen. "
Waar is je trainer?" Reageerde Marcus. De Pikachu hief zijn kop een beetje op en keek Marcus nog intenser aan. "
Ik denk dat je de verkeerde voor je hebt, ik ben niet je trainer" De Pikachu schudde zijn hoofdje en zei fel: "
Pika pika!" Vix stapte naar voren en blafte tegen hem. Waarop de Pikachu weer wat terug zei. Marcus haalde zijn schouders op. "
Kom op Vix, laten we gaan" De roodharige man draaide zich om en liep zonder nog een woord te wisselen met de Pikachu weg. Toen de Pikachu hem wilde volgden keek Marcus scherp achterom en reageerde Vix meteen door een flamethrower op de Pikachu af te vuren. Die dook snel opzij en deinsde achteruit. Hij liep niet verder maar bleef staan en keek Marcus en Vix na.
~~~~~
Pikachu aarzelde even toen hij nog in het veld stond of hij hen zou volgen. Maar er was iets aan die roodharige man waardoor hij zich gedwongen voelde hem te volgen. Hij was nieuwsgierig. En dus volgde hij op een ruime afstand het duo. Terwijl hij ze volgde merkte hij dat ze een route namen die uitkwam op een wat drukker deel van de stad. Toch waren ze nog erg afgelegen. Alleen was de kans dat je iemand tegen kwam beduidend groter dan in het deel waar Pikachu leefde. De Houndoom leek hem meteen al in ede gaten te hebben, maar hij reageerde nog niet op hem tot ze bij een lange straat kwamen. Hij draaide zijn grote kop om naar Pikachu en keek hem met vernauwde ogen aan. Pikachu keek hem uitdagend aan en bleef lopen. Toen de Houndoom stopte, stopte Pikachu ook en begonnen zijn wangetjes elektriciteit uit te slaan. De man leek ook opgemerkt te hebben dat er iets gaande was en hij draaide zich om. Hij maakte oogcontact met hem. Meteen wist hij dat de man niet was zoals zijn vorige trainer. Deze man had iets anders over hem. Iets wat normale mensen die eerlijk waren niet hadden. Toen de man hem erkend had leek hij ook weer meteen door te willen lopen. Blijkbaar vond hij dat Pikachu er niet heel spannend uitzag. De Houndoom liep ook meteen mee en Pikachu trok verrast met zijn oren. Hij had niet eens wat tegen hem gezegd. Voorzichtiger dan eerst liep hij weer achter hen aan. Hij luisterde ondertussen ook of er gevaar dreigde. Ze kwamen dicht bij het stuk waar hij was aangevallen door de Houndour. Hij bleef maar door lopen tot de man opnieuw stopte, enkele straten verder. Pikachu stak zijn staart defensief omhoog en maakte oogcontact met de man. 'Waar is je trainer?'. De Pikachu vernauwde zijn ogen niet, hield zijn blik even vastberaden en keek de man intenser aan. 'Ik denk dat je de verkeerde voor je hebt, ik ben niet je trainer'. Dat wist Pikachu heel goed. Zijn oude trainer had hem verlaten. Die zou hij nooit meer terug zien van zijn hele leven. Als het aan hem lag wilde hij dat ook niet. 'Kom op Vix, laten we gaan'. De man draaide zich om en liep met zijn Houndoom aan zijn zij verder. Pikachu zette wat stappen vooruit om te volgen toen een plotse muur van vuur zijn kant op kwam. Van schrik liet hij een elektrische schok los en dook hij in elkaar. De vuur muur ging rakelings over hem heen. De verzengende hitte was goed te voelen. Toen de muur optrok stond hij weer op en keek hij naar de twee wezens. Die lieten hem voor wat hij was en liepen door. Niet als het aan hem lag. Pikachu liep niet meteen door. De Houndoom was duidelijk sterk en hij was er geen partij voor. Dus besloot hij om het te laten voor wat het was en liep hij weer terug naar zijn deel van de stad. Teleurgesteld liet hij zijn staart en oren naar beneden hangen.
~~~~~
Marcus was toch wel een beetje verbaasd toen hij op de hoek van de straat bleef staan en zag dat de Pikachu uiterst teleurgesteld keek, en wegging. Als een vuurzee van Vix genoeg was geweest om hem weg te jagen zou het beestje toch niet veel in zijn mars hebben gehad. Misschien was hij wel verward geweest in zijn zoektocht naar zijn trainer en had hij daarom zo lang volgehouden. Zijn kleine interesse voor de Pikachu vervaagde alweer. Al snel vervolgde hij zijn tocht terug naar het hoofdkwartier. Toen hij uiteindelijk op vijf minuten er vandaan was begon het te regenen. En niet zo’n beetje ook. Marcus propte zich tegen de muur aan onder de beschutting van een klein afdakje. Hij stond voor een gesloten achterdeur van een restaurant. Vix duwde zich dicht tegen Marcus’ benen aan om niet een spatje regen op hem te krijgen. Nors stak hij weer een sigaret op en keek hij naar de hemel boven hem. Het zag er naar uit dat het een soort mengeling van stortregen en een klein beetje hagel was. Vreemd weer. Marcus keek naar zijn hand toen hij in zijn jas zocht naar een aansteker en er eentje uithaalde. Hij liet hem meteen vallen want die aansteker was leeg. Nou waar had hij nu weer de ander..? Maar waarom deed hij zo moeilijk. Hij pakte zijn sigaret tussen zijn lippen vandaan en stak hem uit naar Vix. Toen die heel diep begon te grommen haalde hij zijn hand weg en keek hij met een opgetrokken wenkbrauw naar beneden. “
Wat?”. Hij zag dat Vix ergens anders naar keek dan naar zijn sigaret. Hij volgde zijn blik en zag een donker figuur aan de overkant van het pleintje staan. Hij had een capuchon op en zijn handen in zijn zakken. Hij was ongeveer even lang als Marcus en had zo te zien ook een sigaret in zijn mond. De man stapte in het licht van het pleintje. Twee donkere ogen keken zijn kant op. “
Kan ik je helpen?” Zei Marcus niet erg overtuigend en hij ging recht staan. “
Ben jij Marcus Ludovic?” Marcus aarzelde. “
Ben ik je geld verschuldigd?” Als dat zo was dan zou hij die vent snel knock out moeten slaan en weg moeten wezen. “
Jij hebt ervoor gezorgd dat de pokémon van mijn verloofde is gestolen, een Bayleef” Marcus fronste. Voor een zeldzaam moment zou hij volledig eerlijk zijn wanneer hij zei: “
Ik denk dat je de verkeerde voor je hebt, ik heb niets te maken met een Bayleef”. Vix zette al zijn haren overeind en stapte grommend het trapje af toen de man verder het pleintje op kwam lopen. “
Jij hebt de leiding, heb ik begrepen?” Marcus vernauwde zijn ogen en begon ongeduldig te worden. “
Luister vriend, ik heb niets te maken met die verdomde Bayleef van je ongetwijfelde mooie verloofde. Donder een eind op”. De man was nu volledig zichtbaar toen hij zijn handen naar zijn capuchon bracht en hem afduwde. Hij was ouder dan Marcus. Eind dertig begin veertig misschien. Hij had een dikke baard en een enorm vijandige blik in zijn ogen. “
Je liegt!” Bulderde de brede man die een pokébal trok en hem omhoog gooide. Een Metagross verscheen met een harde dreun op het pleintje. Hij verbrijzelde enkele stoeptegels onder zijn poten. Marcus sprong samen met Vix het trappetje af. “
Vix” Zei hij krachtig. Vix sprong als vanzelf al naar voren en keek de Metagross dreigend aan met opgetrokken tanden. “
Slechte keuze, die Metagross. Mijn Houndoom is in het voordeel”. Grinnikte Marcus, zich er van bewust dat je tegenwoordig niet elke trainer meer moest onderschatten. Dit bleek maar weer toen de man vals begon te grijnzen. “
Pas maar op, wij zijn meer dan je op het eerste gezicht zou vermoeden. Metagross! Earthquake!”. De Metagross veerde omhoog. Toen hij neerkwam op de grond ging er een krachtige schokgolf door de grond die een harde aardbeving veroorzaakte. Marcus kon zijn evenwicht nauwelijks bewaren en moest zich vastgrijpen aan een paal. “
Ontwijk met je Faint Attack”. Vix had al wat schade opgelopen want hij was minder snel met aanvallen dan normaal. Hij sprong omhoog om een stuk steen te ontwijken en verdween weer. “
Metagross! Iron Defense!” Metagross’ zijn hoofd werd omrand door een gloeiende, staalkleurig krachtveld. Vix kwam er tegenaan en werd meteen afgestoten. “
Flamethrower”. Vix landde soepel op de grond en liet een Flamethrower los. De Metagross had zijn Iron Defense nog opgetrokken staan en ook de Flamethrower ketste af. Marcus vloekte. “
Smog!” De vieze, dikke zwavelrook ontsnapte uit Vix zijn keep en vulde de lucht rond Metagross. “
Shadow Ball!” Wellicht kon hij de Metagross zou uit zijn tent lokken. De donkere bal schoot de Smog in en leek te raken aangezien er een kreet uit de rook ontstond. “
Geef het je alles met een Hammer Arm!”. “
Ontwijk!”. Maar net op tijd wist Vix opzij te springen toen de Metagross met een noodvaart met zijn arm uitgestrekt op Vix afkwam. “
Flamethrower!”. “
Psychic!”. De Flamethrower kwam op Metagross af. Maar zodra diens ogen paars begonnen te gloeien week de Flamethrower plotseling finaal af. Recht op Marcus af. Die maakte een snoekduik naar links maar voelde de hitte nog langs zijn lichaam strijken, Vix grauwde woedend. “
Ember!”. Dit raakte de Metagross deze keer. De snelle, kogelachtige ballen van vuur regende neer op hem. “
Foul play!”. Terwijl de embers nog neer regende rende Vix op de Metagross af en raakte hij hem met een vreemde, donker paarse straal. “
Flamethrower, snel!” Riep Marcus er achteraan nu de Metagross nog niet hersteld was. “
Iron Defense”. Net op tijd begon de Metagross weer te gloeien en kaatste de Flamethrower af. “
Doe je Psychic aanval!”. Marcus wilde nog net schreeuwen dat Psychic Vix niets zou doen. Maar hij was gedwongen toe te kijken hoe zijn Houndoom fel roze werd omrand en de lucht in gehesen werd. Hij spartelde wild met zijn poten terwijl hij meters omhoog vloog. “
Agility en een Hamer Arm!!”. “
Smog!” Riep Marcus geschrokken. De Metagross kwam als een kanon op Vix af en raakte hem met een Hamer arm. Vix slaakte een kreet en werd uit de lucht geslagen. Met een harde knal kwam hij terecht op de stenen grond. Marcus keek rijhalzend om. Tot zijn verbazing en triomf bewoog Vix nog en kwam hij heel langzaam omhoog. Zijn rode ogen begonnen te gloeien en hij liet een angstaanjagende howl los. Als hij niet snel iets zou doen dan zou het gevecht bepaald zijn. Vix kon die niet langer zo volhouden. De dikke smog had het veld gevuld en er voor gezorgd dat de Metagross en zijn trainer waren ontrokken van het gezicht. Een deel van Marcus wilde gewoon er vandoor gaan nu. Maar het grootste deel en zijn ego verhinderde dat. “
Sunny Day!”. Vix opende zijn bek en liet de bol van wit licht los. Hoog boven hem knalde die uit elkaar. De nep zon scheen fel neer op hen. De zonnestralen verlichtte heel het strijdveld. Daar buiten regende het nog steeds. Het leek wel alsof ze in en soort koepel stonden. De regen had Vix voorheen verhinderd dat hij zijn vuur aanvallen goed kon uitvoeren. Wellicht had het hem ook zwakker gemaakt. Nu was zijn kans. “
Vix! Gebruik je Flamethrower!”. “
Metagross! Hammer Arm!”. Vix gooide zijn kop in zijn nek. Vuur sijpelde tussen zijn ontbloten tanden door. Zijn ogen gloeide een enorm fel rood. Toen de Metagross uit de smog opdook en recht op hem af kwam richtte Vix zijn kop naar voren en liet hij zijn Flamethrower los. Het vuur was zo heet en de vuurzee was zo groot, dat Marcus het zelfs vanaf waar hij stond het erg warm kreeg. De Metagross verdween ergens in de Flamethrower aanval. Marcus zag de trainer van de Metagross geschrokken wegduiken toen de Flamethrower hem bijna raakte. Toen Vix geen lucht meer had trok de Flamethrower weg. Er stond een zwarte streep over de plek waar het vuur zojuist geraasd had. Vix had een heel spoor zwartgeblakerd achtergelaten. De Metagross zag er ook aardig zwart uit. Hij bewoog niet meer en lag doodstil op de grond. De man straalde hem terug. Voor hij zich kon opheffen was Marcus het pleintje al overgestoken en had hij de vent een enorme dreun voor zijn kaak gegeven. De man die best wel wat breder was dan hem slaakte een pijnkreet en viel bewusteloos achterover. “
Vuile klootzak” Vloekte Marcus. Hij zuchtte en streek met zijn hand over zijn pijnlijke knokkels.
~~~~~
De Pikachu zat in elkaar gedoken achter een vuilnisbak. Met glimmende oogjes had hij heel het gevecht gadegeslagen. Zijn hartje ging tekeer als een groep rennende Ponyta. Zijn gevoelens waren gegrond geweest toen hij had aangevoeld dat de man anders was dan zijn vorige trainer. Dan andere trainers. En hij was sterk. Sterker dan zijn vorige trainer! Hij keek toe hoe de man zijn hand in zijn broekzak stak en een gezicht trok die alleen maar pure schrik kon wezen. Hij graaide in zijn zak, in zijn andere zak, jaszakken, binnenzakken.. waar was het? De Pikachu pakte de keystone op in zijn mondje die hij bij zich had liggen. Hij kwam langzaam van achter de afvalbak vandaan en liep met zo veel mogelijk zelfverzekerdheid als hij maar kon op de man en zijn Houndoom af. De man kreeg hem in het oog. De Houndoom, die nog steeds een beetje vurig was van het gevecht blies dikke rook uit zijn neusgaten en keek de Pikachu waarschuwend aan. Die keek hem kalm aan en richtte toen zijn blik weer op de man. Toen hij pal voor hem stond pakte hij de keystone uit zijn bek en hield hem vast met beide handen. Hij keek omhoog naar de man en stak hem uit naar hem. De man bukte langzaam en pakte hem aan. “
Pika!”. Zei Pikachu en hij boog zijn hoofdje even toen de man een bedankje prevelde. Er viel een stilte. Pikachu en de man keken elkaar doordringend aan. Zonder echt iets te zeggen greep de man naar een lege pokébal aan zijn riem. Hij keek heel lang naar de pokébal. Hij leek zich veel dingen te bedenken. Toen stak hij hem uit naar de Pikachu. Die keek verrast op. Voor hij naar voren boog keek hij omhoog naar de man. Die knikte zacht. Pikachu duwde met zijn handje op de ronde knop op de pokébal en voelde hoe hij naar binnen gezogen werd.