Rose rolde met haar ogen toen ze het grommen hoorde. Het leek wel alsof ze de grote boze wolf voor haar neus had staan. Ze besloot om te kijken tegen wie ze was gebotst. Het was een groenharige jongen met amberkleurige ogen. ‘Relax joh,’ zei Rose tegen hem. ‘Het is maar water. Dat gaat er zo wel uit.’ Als hij venijnig zou reageren, zou ze wel terug reageren. Ze was niet op haar mondje gevallen en dat zou ze uiten ook als dat moest. Bovendien stond haar spaghetti daar en die werd momenteel koud door dit gedoe. Ze liep dus naar haar tafeltje toe en zette het glas water neer, waarna ze opstond en naar de jongen keek. Het water was een klein beetje over zijn shirt gegaan, het was nog niet eens zo heel erg. Toch leek de jongen er echt niet blij mee te zijn, ook al zou het niet lang duren voor het weer opgedroogd was. Ze keek opzij en zag dé perfecte oplossing. Naast haar tafeltje stond namelijk een verwarming. ‘Je mag bij me komen zitten, als je wilt,’ zei ze terwijl ze weer ging zitten en naar Zippo een gebaar maakte dat hij op moest schuiven. ‘Er is vlakbij dit tafeltje een verwarming, dus dan droogt je shirt sneller op.’ Meer kon ze er niet van maken, dus ze begon met het eten van haar spaghetti en wachtte ondertussen op zijn antwoord.