Diamond in the Rough
Gryphon herinnerde zich de eerste ontmoeting met Diamond in the Rough nog goed. Zijn broer had de Pokémon aangeboden toen zijn reis ter sprake was gekomen. Zonder te weten waar hij zichzelf in stortte had hij geaccepteerd en was hij de eigenaar geworden van een Carbink – wat dat ook maar mocht zijn. Bij die eerste ontmoeting, op het gras in de achtertuin, was het eerste wat hij deed de Pokémon een fronsende blik toewerpen. Het was een steen. Een edelsteen? Met vacht om zijn nek? Hij wist niet eens hoe het ding heette. Glenn had het wel gezegd, maar het was in eerste instantie niet blijven hangen. Daarom had Gryphon de Pokédex om raad gevraagd.
“Carbink,” sprak de metaalachtige stem,
“de Juweel Pokémon. Om de juwelen op hun lichaam vrij van aantasting te houden, gebruiken groepen Carbink hun zachte manen om elkaars juwelen op te poetsen.” Wenkbrauwen zakten dieper over Gryphon’s ogen heen. Snel daarna ging zijn blik weer naar zijn nieuwe aanwinst en alsof het de meest logische vervolgstap was stak hij zijn vinger uit en voelde hij hoe zacht de vacht was.
“Oh,” ontsnapte hem. Dat was inderdaad zacht. Bij het terugtrekken van zijn hand kwam Carbink een stukje er achteraan, alsof hij magnetisch was en Gryphon een magneetje in zijn hand had vastgehouden. Het gaf Gryphon de indruk dat het ding wilde dat hij hem aan bleef raken. De enige manier om daar achter te komen, was om het nog eens te doen. Het tevreden geluidje wat Carbink maakte was een duidelijke indicatie dat hij gelijk had gehad. Wat ontzettend interessant. Het gaf Gryphon een honger die alleen te stillen was met meer informatie over zijn eerste Pokémon.
De Pokédex kon hem nog meer vertellen, zoals de gemiddelde grootte, het gemiddelde gewicht, waar Carbink als eerste gevonden was en het geslacht. Dat laatste was relevant voor het onderzoek wat Gryphon wilde doen. De informatie die hij kreeg verraste hem.
“Geslachtsloos?” De frons keerde terug. Het enige wat hij dacht te hebben geweten over Pokémon bleek niet waar te zijn. Natuurlijk had hij al geweten dat er Pokémon zonder geslacht waren. Hem was verteld dat dit speciale Pokémon waren, zoals legendarische Pokémon of Ditto. Het enige wat hij kon bedenken waardoor dit ook logisch was bij Carbink, was als hij een link had met een legendarische Pokémon. Dat was het onderzoeken waard.
Twee tikken op knopjes op zijn Pokédex waren voldoende om de informatie te vinden.
“Zelden zal Carbink een vreemde mutatie ondergaan en transformeren in Diancie.” Wie Diancie was kon Gryphon achterhalen met nog één extra tik. Een mythische Pokémon – dat was een categorie die viel onder legendarische Pokémon. Blair had het daar wel eens over gehad. Toentertijd dacht Gryphon er niet veel van, maar nu was hij blij dat hij het had onthouden. Zijn Carbink had een link met een legende. Gryphon staarde hem aan. Had hij ook een link met het verdwijnen van zijn ouders?
Een vragend geluidje maakte Gryphon er van bewust dat hij nog geen woord tegen zijn Pokémon had gezegd. Hij krabde aan de zijkant van zijn neus.
“Moet ik… gewoon… praten?” Hoe slim waren Pokémon? Kon hij hetzelfde praten als tegen een mens? Zou het niet raar zijn als hij geen normale reacties terug kreeg?
“Je bent mijn eerste Pokémon,” besloot hij te vertellen. Carbink wist dit waarschijnlijk al.
“Je gaat me helpen bij het vinden van mijn ouders, en bij een onderzoek naar Pokémon geslachten wat ik wil doen.” Hij probeerde aan de kraaloogjes van Carbink te ontcijferen of hij begreep wat er werd gezegd. Op het moment kon hij nog geen dergelijk gevoel in de ogen herkennen.
“Wil je… een naam?” Uh-huh, zo kon hij het geluid wat Carbink maakte het beste beschrijven. Een geluid van bevestiging, van instemming. Een heel menselijk geluid voor een Pokémon. Verrast knipperde Gryphon een paar keer met zijn ogen. Zijn herstel kwam tijdens het uitspreken van woorden.
“Oké, nou, uh, ik had al een idee voor wat voor namen ik de Pokémon wil geven die ik vang of krijg. Ze moeten uniek zijn, zoals geen enkele andere Pokémon. Veel mensen geven hun Pokémon namen van personages of menselijke namen, of losse woorden. Ik wil graag zinnen en uitspraken gebruiken, die baseer ik dan op wat ik van de Pokémon weet.” Geen herkenning in de kleine, glanzende blauwe oogjes. Gryphon hoopte dat dit betekende dat hij in stilte toestemde.
“Je bent gemaakt van steen en je kan met de juiste druk een diamant worden. Dat doet me denken aan… Diamond in the Rough. Iemand of iets met potentie wat nog niet naar voren komt. Dat ben jij.” De praktische kant van deze namen had hij ook al over nagedacht.
“Ik kan je bij een afkorting noemen, of het meest aanwezige woord. Bijvoorbeeld Diamond – of Rough. Of D? ‘Ditter’?” DitR klonk niet slecht. Het klonk abstract. Dat was wat hij zocht, een naam die niemand anders aan zijn Pokémon zou geven. Toch vroeg hij zich af hoe handig het was. De praktijk zou het bepalen.
De manier waarop Gryphon nu naar Diamond in the Rough keek herinnerde hem aan deze eerste ontmoeting. Het Pokécenter verving het gras. Een kleine glimlach verving de peinzende frons. Er waren slechts een paar weken verstreken, maar hij voelde zich nu al beter verbonden met zijn ongepolijste diamant.
“Ik heb er wel een goed gevoel over, over het reizen.” Gryphon had ontdekt dat het rust kon bieden om je gedachten hardop uit te spreken.
“Eerst was ik best wel bang. Ik heb Glenn nooit zo lang verlaten. Het zal vast rustig zijn thuis zonder mij.” Hij wist dat het niet uitmaakte of hij op zijn kamer zat of dat hij op reis was. Hij maakte zich graag het tegendeel wijs.
“Maar het is belangrijk voor me. Ik wil pap en Blair niet opgeven zoals zij doen.” Hij zuchtte. De rust in hem was alleen maar verstoord geraakt.
“Kom, dan gaan we onze eerste stap zetten. We gaan op zoek naar de geheimen van Diancie.” Een laatste keer zocht Gryphon door zijn tas. De spullen die hij dacht nodig te hebben zaten er allemaal in. Hij hief de banden over zijn schouders en zette zijn eerste stappen naar buiten. De Reflection Cave was niet ver weg.
-- Please ask before joining!