I will close my eyes
Welkom op
Pokémon Journey!

Heb je altijd al een Pokémon trainer, coördinator of breeder willen zijn? Of bewandel jij liever het gevaarlijke pad van een Team Rocket Grunt? Samen met andere leden schrijf jij het verhaal van jouw geheel eigen personage. Doorkruis regio's, vang je favoriete Pokémon en maak nieuwe vrienden onderweg. Laat het avontuur beginnen!
WELCOME, GUEST!
PLEASE Login OR Register.

Deel
 

 I will close my eyes

Vorige onderwerp Volgende onderwerp Ga naar beneden 
AuteurBericht
Tawnee Aguna
Member
Tawnee Aguna
Punten : 294
Gender : Female ♀
Age : 20
Type : Team Rocket
Rang : Agent
Regions : Hoenn en Kalos
Icon : Sandile
https://pokemon-journey.actieforum.com/t739-tawnee-aguna https://pokemon-journey.actieforum.com/t742-tawnee-s-pokedex

I will close my eyes Empty
BerichtOnderwerp: I will close my eyes   I will close my eyes Emptyvr apr 10, 2015 10:49 am

Ze staarde even droogjes naar haar Holo Caster toen deze begon te trillen. Het apparaat herkende het nummer niet en een beetje wantrouwig pakte ze het van haar enen hand over in de ander, zodat ze het ding met haar goede hand kon aanleggen. Eenmaal aan, liet ze haar stem horen. “Hallo?” stilte, geen reactie, totaal niet, van niemand. Het blonde meisje zuchtte zachtjes en schraapte haar keel kort waarna ze even schuin keek naar haar Metang, die even kort zijn armachtige dingen ophaalde. “Hallo?” zei ze opnieuw, nu hoorde ze een soort van geschuifel en onduidelijk gekraak. “Ah, Tawnee, eindelijk heb ik je nummer gevonden,” hoorde ze ietwat onduidelijk uit het apparaatje horen. “Wie is dit?” zei ze op een botte manier. Even hoorde ze zwak gelach. “Het is Boet,” zei het ding. Oh… Shiii…. Niet die gast. Ze lachte even nerveus en keek even snel naar Saiko die meteen met haar ogen rolde als teken dat ze hier ook ietwat tegenop aan het kijken was. “Ik wilde vragen waar je was vorige week,” Tawnee zuchtte even zachtjes. “Na het hele gedoe ben ik nog zelf terug verder gegaan, maar achter moest ik door… Redenen weg,” zei ze een beetje met een teleurstellende stem. Even klonk er gezucht uit het apparaat. “Waar ben je nu?” “Niet ver van de badlands, hoezo?” “Mooi zo!” Zijn stem klonk enthousiaster dan eerst en er leek terug leven in te lopen. Ergens had ze gewild dat dit niet zo was, maar hey, wat kon ze anders doen? Ze was geen gemenerd en ze kon moeilijk gaan schelden aangezien hij best nog vriendelijk kon zijn. Ze kon het hem niet kwalijk nemen, er lag vast veel druk op hem dankzij zijn studies. “De groep is nu net uitgekomen en raad eens? Ze hebben eieren bij hun,” Even werden haar ogen groot. “Eieren?!” riep ze enthousiast. “Vast de eerste vroege nesten die nu komen hihi,” zei hij met een klein lachje. Daarna viel het even stil. Maar al snel praatte hij terug. “Kun je nu komen? Als je de groep onder mijn begeleiding nog echt goed wilt zien moet je echt nu komen… Want ik vertrek over een paar dagen terug naar Unova,” Ze zuchtte zachtjes en begon alvast te stappen terwijl ze het apparaat aan liet staan. “Het is goed, ik ben al onderweg… Maar hoe kom je aan mijn nummer?” Hij grinnikte even. “Ik heb contacten en…” “Je hebt het gewoon gevraagd aan het Pokémon Center zeker?” Haar stem klonk droogjes maar dat was helemaal niet gelogen. Ze was er nog op een check up geweest voor Brönsted en toen moest ze haar nummer doorgeven omdat ze ook een bloedtest gingen doen om te kijken of de Doduo geen verdere problemen zou kunnen hebben. Ze zouden haar bellen wanneer de resultaten terug binnen waren, maar ze had nog niks van de zuster of de dokter gehoord. Dus voor nu was het nummer enkel van nut geweest voor Boet en Arceus, wat zat dus nu even tegen. Niet dat ze het erg vond, ze verheugde zich eigenlijk enorm op de Gible’s, het waren zo’n schattige Pokémon. Maybel zou ook wel blij zijn om de blauwe, shiny Gible terug te zien, als hij er tenminste was natuurlijk. Lawrence zou in zijn Pokéball blijven, of Boet was zo een pannenkoek of gewoon dood. Er zou niet echt veel verschil inzitten want het een zou gewoon meer zeer doen dan het ander, het was zo simpel als dat. “En hoe gaat het verder met Saiko?” Vroeg hij. “Goed, heel goed zelfs, ze kan een paar geweldige moves sinds ze een Metang is,” Even liet deze een soort van vreugdekreetje horen. “En hij luisterd nu ook,” “Ah das mooi,” hoorde ze. “Scolipede en Sandslash doen het ook al wat beter, maar voor nu wilde ik graag Vulpix gaan trainen,” Even viel Tawnee hem in rede. “waarom geef je eigenlijk geen bijnamen aan je Pokémon?” Zwak gelach, opnieuw van zijn kant. “Omdat het wat minder… Professioneel overkomt… Zou ik zeggen, ik hou het liever neutraal. Dat betekend niet dat ik niet van ze hou tho,” Even knikte ze, maar al snel besefte ze dat hij haar niet kon zien. Wat een derpactie was dat dan niet. “Oh ok, dan snap ik het al,” zei ze snel om haar stomme houding te herstellen. “En hoe zit het nu met je studies? Waarom moet je nu eigenlijk al terug?” vroeg ze. “Omdat mijn stage bijna voorbij is, zo gaat dat nu eenmaal,” zuchtte hij zachtjes. “Ik heb Unova best wel gemist als ik eerlijk moet zijn, maar Kalos heeft wel iets speciaals,” Even liet ze een instemmende geluid horen omdat ze zelf even moest denken aan Kanto en thuis. Ze had al een hele tijd niks meer vernomen van haar ouders. Of dat een goed teken was, wist ze niet echt. “En is de blauwe Gible er ook?” vroeg ze dan maar. Ze hoorde een luide en duidelijk ja van zijn kant komen, gevolgd door een zwak gelach. “Die Charmander van jou zal wel erg blij zijn die terug te zien neem ik aan?” zei hij vervolgens. Ze kon het niet laten ook even te lachen op zijn opmerking. Hij had gelijk en ze vond het best wel komiek als je er zo over nadacht. “Jep, ze zal door het dolle heen zijn, dat weet ik nu al zeker,” zei ze terwijl ze even naar Saiko keek. De Metang keek even kort naar de lucht, waar enkele flying types voor het luchtruim hadden gekozen en nu aan hoge snelheid voorbij vlogen. Ze zuchtte zachtjes. “Weet je wat, ik hang op Boet en ik spreek je zo nog wel,” zei ze. Het was immers nog maar vroeg in de middag en niet zo laat als dat het de vorige keer was geweest. Toen was het best erg geweest. Naja, niet echt zo erg, het was gewoon erg vroeg in de avond geweest en nog niet net donker wat het er wel beter op maakte, maar niet helemaal goed. Boet stemde in en zei gedag, zij zei gewoon een simpele “Dag,” voordat ze toelegde en even luid en duidelijk zuchtte. “Dus… Op naar de badlands,” De Metang keek haar kort en hield toen kort haar kopje schuin. Nu ja, haar lichaam was haar kop, dus eigenlijk hield ze haar lichaam nu schuin. Even lachte ze kort. “Wat kan ik nu anders doen, Saiko?” zei ze gewoon als antwoord op de kijkende Pokémon. Misschien kunnen we nog wat trainen en wie weet zien we die shiny Gible wel terug… Dat zou toch nog leuk zijn? Niet?” De Pokémon keek even kort naar de richting waar ze naartoe aan het lopen waren en fronste even kort. “Heb je een slecht voorgevoel, misschien?” zei ze dan maar. De metalen Pokémon keek haar aan en knikte kort. Ze was tenminste eerlijk over wat ze voelde en verborg het niet zoals ze in de eerste instantie had gedacht van de grote Pokémon. Kort liet ze dan ook een lachje zien. “Ik ben blij dat je tenminste eerlijk tegen me bent,” zei ze met een zuchtje. “Er zijn niet veel mensen die deze dagen nog eerlijk zijn en soms zijn Pokémon dat ook…” De Steel type knikte even en legde toen voorzichtig een van haar metalen klauwen op haar schouder, waarbij Tawnee kort naar haar lachte. ‘Ik zou niet tegen mijn meester liegen,’ Hoorde ze opeens door haar hoofd gaan en verschrikt sprong ze meteen naar achter, haar armen wild slaande rond zich. “Wa-, waaaaaah!” Gilde ze even verschrikt waarna ze achteruit viel in het gras. ‘Meesteres? Is alles in orde?’ Hoorde ze opnieuw. “Saiko?!” Het was een zachte stem geweest. ‘Ik gebruik gewoon mijn krachten,’ opperde de stem in haar kop. “Wanneer? Hoe? Wat?” Zei ze aan een razend tempo. “Jij hoort niet te kunnen praten!” Gilde ze meteen uit. ‘Rustig! Rustig!’ Zei de stem waarna deze kort wapperde met haar metalen armen. Een soort van verbazen uitdrukking was te zien op het gezicht van de steel type. ‘Ik had altijd al een sterk brein en wanneer een Beldum evolueert, ontstaat er een tweede, even sterk brein,’ hoorde ze. Even keek het meisje dat in het gras lag wantrouwig naar haar Pokémon. “Ik snap het niet,” Even keek de Metang schuin weg. “Ik heb psychische krachten ontwikkeld, waaronder telepathie, dit heb ik wel eens geoefend, maar ik dacht… Nu had ze het wel nodig,’ Hoorde ze kort. Even vernauwde ze haar ogen. Ze wist inderdaad nu een paar psychische aanvallen… Maar hoe had ze dat dan gedaan? Had ze gewoon van de ene op de andere dag dit gedaan? ‘Nee,’ Even liet Tawn een gilletje horen. “Ok, dat moet je niet doen,” zei ze kort en ze opende haar ogen, enkel om te zien dat de Metang haar metalen klauw ietwat voor zich hield, vast op lachen tegen te houden. “Het is niet grappig,” Murmelde ze ietwat nors naar Saiko. De Steel type knipperde even met haar ogen en liet toen haar arm zakken. ‘Meesteres,’ “Arceus, Saiko, noem me gewoon Tawnee,” zei ze met een klein, onzeker lachje. ‘Na-natuurlijk’ De Metang vloog wat naar voren en stak haar klauw uit. Tawn nam hem aan en kwam zo overeind. ‘Het spijt me, meesteres,’ Hoorde ze nog. “Saiko,” zei ze. ‘Ik bedoel… Tawnee,’ Even lachte ze kort waarna ze kort de metalen Pokémon aaide. “Jij blijft me echt iedere dag verassen, weet je dat?” Even had ze het gevoel dat de Metang zou blozen, maar dat gebeurde niet en de Pokémon bleef gewoon naar haar kijken. Het zou ook erg raar zijn een machine te zien blozen, aangezien het hele lichaam van de Pokémon gemaakt was van metaal. Dat zou een echt rare verassing zijn, maar echt wel iets dat ze nog zou verwachten van de Metang. Nu was haar hoofd dus ook al niet veilig voor haar Pokémon. Die ene plek die ze nog leuk vond apart te houden. ‘Oh… Ik luister niet altijd hoor… Ik zou het waarschijnlijk wel in gevechten doen,’ zei de Pokémon waarbij Tawn kort haar kaken opblies. ‘Oh ja, uit je kop blijven… Hahaha,’ Even rolde ze kort met haar ogen. Nu, dit was iets raars… Iets waar ze aan zou wennen, maar dat zou ze niet erg vinden. “Vind je het niet lastig?” zei ze terwijl ze verder wandelde in de richting van hun bestemming. De metalen Pokémon knikte. ‘Het is soms wel moeilijk…’ zei ze kort, een pauze kwam al snel. ‘Lang en veel is moeilijk,’ Hoorde ze. Het was eigenlijk ook niet echt een stem wat ze hoorde… Het was als een gedachte. Het was best iets vreemd, maar totaal niet onaangenaam. Even zuchtte ze zachtjes en keek ze schuin naar Saiko, die even kort naar haar keek. “Ik vind het best fijn dat ik iemand heb om tegen te praten die geen mens is,” zei ze vervolgens met een lachje op haar lippen. Kort hoorde ze gelach in haar hoofd, geproduceerd door de Metang. ‘Dat hoor ik graag’
Na een eindje gewandeld te hebben, leken de twee steeds dichter bij elkaar te komen. Ze begon echt een band te ontwikkelen met de Pokémon. Ze had nooit gedacht dat ze zoiets kon met een Pokémon. Ze had wel al gehoord van een Pokémon die kon praten, maar dit kwam zo uit het niks, dat het ergens ook goed deed om eindelijk iemand te hebben die altijd met je wilde praten en er was voor je. Adelais was er ook altijd voor haar… Maar dat was nog eens wat anders. Adelais was een heel ander verhaal… Echt helemaal anders. Kort zuchtte ze zachtjes en staarde ze kort naar de hemel. Het was al bijna middag. Fijn dan. Het was wel een eindje wandelen, maar ze had nooit gedacht dat het zo lang zou duren. Ookal waren de minuten voorbij gegaan als een sneltrein. Soms was er een stilte in haar hoofd, omdat Saiko even moest stoppen, maar dat liet ze dan ook merken. En dan praatte Tawn gewoon verder, om gebaren terug te krijgen. Dat werkte ook. Zo hadden de twee eigenlijk een beetje een band ontwikkeld, in het wandelen. Er werd gelachen, gestokt en nog veel meer. Maar dat was fijn. Het was eens wat anders dan die stomme stiltes die je altijd maar had in je kop. Stil slikte ze even toen Saiko weer een pauze nam. De Metang vloog wat omhoog, tot ze net boven de planten kon kijken, en kwam toen terug naar beneden. Tawn was ondertussen even kort gestopt om een flesje water boven te halen. Snel draaide ze de dop ervan en goot ze wat van het lauwe water in haar mond. Daarna draaide ze het stopje er terug op en stak ze het flesje terug in de zak, waarna ze deze terug op haar rug sloeg en even kort naar Saiko keek. De Metang vloog even kort voor haar en Tawn wachtte tot ze klaar was met de woorden door te sturen. Al snel gebeurde het ook. ‘Tis niet meer ver,’ Hoorde ze en Tawn knikte, waarna ze het laatste water nog doorslikte en even kort zich uitrekte. “Dat werd tijd,” mompelde ze zachtjes. De Metang knikte kort naar haar. Ze waren het over veel dingen eens, zoals de ene freak genaamd Boet. Hij was ok, maar geen fijn gezelschap. Zo dacht Saiko er immers ook over. Ze wandelde rustig verder. ‘Dus wat ga je doen?’ “Gewoon… Kijken naar de Gible’s,” zei ze met een zucht. Dat had ze al een stuk of tien keer tegen de Pokémon gezegd en nog had deze haar twijfels over de veiligheid van haar trainster. Ze nam het haar niet kwalijk. Zo veilig zag het er nu ook weer niet uit en die creep was ook geen 100% te vertrouwen he. Kort zuchtte ze zachtjes en schudde ze haar kop. “Ik weet wat ik doe hoor,” Murmelde ze zachtjes waarna ze even schuin keek naar het gras, dat steeds schaarser werd. Met de stap werd de vegetatie van de omgeving gewoon minder en minder, soms maakte het plaats voor wat planten die tegen een ruigere omgeving konden, zoals kleine bosjes die tegen droogte konden, of kleine boompjes… Maar die zouden niet in een ruige omgeving staan. Die zouden het niet overleven. Dus die stonden er nu nog. Hier was de bodem nog niet zo erg. Hier trokken soms wel kleine zandstormpjes, maar over een paar meters kwam het gebied dat af en toe werd getroffen door een zandstorm. Dat was pas een ruig gebied. Daar was het gevaarlijk voor Pokémon die niet zo goed bestand waren tegen deze soort van ‘neerslag’. Neerslag kon je het nu ook niet noemen, want het was eigenlijk gewoon speling van de natuur, van de wind, die hier voor zorgde. Dus het schade niet enkel de flora, maar ook de fauna. Niet dat het zo erg was, de planten en dieren waren hier op aangepast en zouden er vast nog genot in hebben, anders leefden ze hier niet. Toch? Waarom zou je leven in een gebied die je niet kon uitstaan? Niet omdat er te weinig plaats was anders, maar omdat je het nodig had. Daarom was elke Pokémon aangepast om ergens te leven, net zoals elke plant en elke andere soort organisme op deze planeet. Kort zuchtte ze zachtjes en versnelde ze wat, toen ze opeens een klein stipje aan de horizon zag verschijnen. Ze zuchtte. ‘Jep dat is hem,’

“Hey Tawnee!” Hoorde ze. Oh Arceus, Boet. Even kort zuchtte ze zachtjes en knikte ze naar hem. “Das lang geleden,” “Eigenlijk twee weken, maar goed,” fluisterde ze zachtjes. ‘Tja, sommige mensen denken daar niet over’ Daar heb je echt gelijk in. ‘Natuurlijk,’ Even keek de jongen kort van de Metang naar Tawn en terug. Blijf maar uit zijn kop, daar wil je echt niet komen. ‘Ga ik ook niet doen, kost me teveel energie om aan hem te verspillen,’ Even kort grinnikte ze en de Metang maakte ook even kort een geluidje. Wel meteen staarde Boet van haar naar haar Pokémon en terug, maar al snel schudde hij zijn kop en zuchtte hij zachtjes. “Dus de Gible’s zijn niet ver, kom maar,” zei hij waarna hij zich omdraaide en weg wandelde. Tawn volgde netjes achter hem en legde kort haar hand op har mond. Dat moeten we niet doen. ‘nee, maar tis wel grappig, toch,’ Even knikte ze naar haar Pokémon. Het was hilarisch om eerlijk te zijn. ‘Maar… Ik ga nu even zwijgen, ik heb al veel gepraat vandaag en het begint zijn tol een beetje te eisen,’ Tawn keek even al lachend naar haar. “Dat is goed, Saiko,” zei ze, waarna ze haar hand op de kop van het metalen monster legde. Even kreeg ze een rare blik van Boet. Maar seriues, wie kon het nu schelen dat hij raar keek of je raar vond? Zij niet allesinds. En met een zucht draaide ze zich terug naar voren, om als een braaf meisje de jongen te gaan volgen.
Al snel kreeg ze de groep in zicht en Boet dook weg achter een soort van steen. Saiko dook ook er ook achter en staarde half van achter de steen naar de Pokémon. Het zag er best grappig uit hoe de Pokémon zo aan het kijken was. Kort grinnikte ze toen ze zag hoe Saiko kort naar haar keek. “Kijk, je wilt vast de shiny zien neem ik aan?” zei hij. Even keek ze op, verrast dat ze werd aangesproken door die gast. “Yeah, heel graag,” zei ze kort waarna ze nieuwsgierig naast hem ging zitten. “Ik zag hem niet meteen, is hij ergens anders?” Even hoorde ze een zucht, gevolgd door een nerveuze lach op zijn lippen. “Well… Om eerlijk te zijn… Hij zit ergens vast,” “Wacht wat?!” Wel meteen sloeg ze haar handen voor haar mond. Kort horde ze wat Gible roepjes, maar al snel werd het terug stil, waarbij Tawn en Boet even samen opgelucht zuchtte. “Zouden ze durven aanvallen?” vroeg ze zachtjes. “Vast wel, als ze zich bedreigd voelen,” zei hij. “Waarschijnlijk zijn er ook wat Gabite’s, dus pas maar op,” Ground types… Dat mocht ze niet tegenover haar Saiko zetten. Zij was steel en zwak tegen Ground type moves. Kort zuchtte ze. Ze had natuurlijk ook nog steeds Brönsted, die zou wel wat kunnen doen en natuurlijk had ze ook nog Adelais, die heel erg sterk was geworden de laatste tijd. Kort zuchtte ze met een knikje. “Ik kan me wel verdedigen,” opperde ze kort waarna ze even schuin keek naar de Pokémon die er allemaal zaten. “Ja, dat weet ik best,” zei hij met een zucht. “Maar je wil niet tegen een hele bende, bijtende, nijdige Gible’s vechten,” zuchtte hij. “Geloof me,” vervolgde hij. “Ervaring?” grinnikte ze kort met een grijns op haar lippen. Vals, dat zeker. Hij knikte en trok zijn mauw naar boven, waardoor nu een soort van oud litteken tevoorschijn kwam, van een beet, dat wel. En van een grote mond, dat zeker. Het was van een Gible, dat wist ze heel zeker. Ze grinnikte even kort, maar hij vond het minder amusant en schoof de mauw terug over haar arm heen. Zijzelf had zelf een beet van haar kroko, maar angst voor andere Pokémon had ze daar niet door. Gewoon wat door water en ijs was ze ook bang voor die dingen. Ze keek even kort naar de hemel, haar rechterarm, die nog steeds in de lange handschoen zat, legend op haar knieën. Wat moest ze toch aan met al die falen? Vast niks. Kort gezucht en al snel keek ze schuin naar hem. Hij was ondertussen bezig met wat dingen uit zijn zak te vissen en legde ze voor hem neer. Het waren vast dingen om haar te helpen. “Maar wacht… Waar is de Shiny nu?” zei ze snel. Wel meteen stopte hij. Een paar van de Gible’s hebben hem in een groot gepest, waar hij nu vast zit… Hoezo? Ze kon zijn nek wel omwringen. Waarom zou ze dat erg vinden? Dat was verschrikkelijk! Wel meteen sprong ze overeind. “Het was die kant op, he?” Ietwat in gedachten verzonken had Boet niet door wat ze van plan was, eventjes keek hij op, groef hij in zijn zak en knikte hij. “Jep, hoezo,” “Saiko!” De Metang vloog op, pakte haar trainer zo van de grond en raasde weg. Wah. Oké, dat wilde ze niet. Maar goed zo kon het ook. “He…” Maar al snel kon ze niks meer horen doordat wind in haar oren blies en dat was ook het enige wat ze nu nog hoorde ook. Het was een fijn geluid, eentonig enzo en dat was iets fijn. Ze zuchtte zachtjes, paar spande haar spieren kort op toen ze besefte waar ze wel was. Aan hoge snelheid, boven de woestijn. Dat was eigenlijk niet niks, ze slikte even zachtjes en keek schuin naar beneden, maar alles ging sneller aan haar voorbij dan ze verwachtte. Ze voelde zich lichtjes ziek worden. Miep. Dit is geen fijn gevoel, helemaal niet. Kort slikte ze en klampte ze haar armen rond de metalen klauwen van haar Pokémon. ‘Maak je geen zorgen, Tawnee, ik laat je echt niet vallen,’ klonk er opeens in haar kop, een warm stemachtig iets was het… Kort opende ze haar ogen lichtjes, aangezien ze deze even had geslote, om zichzelf te beschermen tegen de snijdende wind. Straks begonnen die dingen nog te tranen en wat dan? Dan zat ze te huilen in de klauwen van een Metang boven de Badlands… Ok, dat verhaal vertelde ze maar beter niet aan iemand, het klonk al raar genoeg in haar oren en al zeker voor haar doen… Dus euh, nee, ze deed niks en sloot ze terug. Bedankt Saiko. ‘Geen probleem,’ Hoorde ze terug. Het was een goed gevoel om een sterke, slimme, betrouwbare Pokémon te hebben. Het was best een raar gevoel om te weten dat er iemand sterk aan je zijde stond… Maar sterk en vriendelijk, sterk en slim. Saiko was alles en niks, letterlijk. Ze was zelf geen hij of zij. Ze was zo neutraal als wat. Ze was de meest perfecte Pokémon voor haar. Ze vond het fijn als ze geen vaste en strikte karakter hadden, kortzichtig. Nee, Pokémon die wat wijder konden kijken waren fijn. Niet zoals Kido, niet zoals Lawrence… Nee, Saiko was alles behalve dat. Zij was echt een ander type van Pokémon en echt erg vond ze het niet. Ze vond het zo fijn. De beschermende, sterke klauwen die zich rond haar hadden gevestigd waren om de een of andere reden lekker warm en zacht in haar doen. Ze zuchtte zachtjes, met trillende stem en kon even een traan voelen prikken, ondanks het feit dat ze haar ogen had gesloten en de wind dus niet kon snijden in haar grijze kijkers. Kort zuchtte ze en keek ze even naar de Metang, maar ze moest haar ogen terug sluiten. Ze was zo goed, het voelde zo veilig… Veiligheid, wat was dat een gevoel dat ze had gemist de laatste dagen. Ze legde haar hoofd op de armen neer en zuchtte nogmaals. Saiko wist waar het was, Saiko zou haar er brengen en Saiko zou er altijd voor haar zijn. De Metang was geweldig… ‘Bedankt, meesteres,’ Kort lachte Tawn. ‘Oh uhm… Ik bedoel Tawn,’ Nee, spreek mee aan hoe je wilt… Zolang jij het maar fijn vind. En toen zweeg de stem kort. Het was even stil tussen de twee. Buiten raasde de wind aan hun voorbij, maar dit bracht duidelijk vrede in de hoofden van de twee. Ze leken ebst goed zo, zo een… Kort zuchtte ze zachtjes. Haar gedachten verplaatsten zich kort naar de shiny Gible. Ze vroeg zich af hoe het met hem was, wat hij nu deed en of ze nodig zijn hulp nodig hadden… Hopelijk was hij in orde… Hopelijk waren zij op tijd. ‘Maak je geen zorgen… Ik zorg er wel voor,’ Even streek ze langs de klauwen heen, een zucht ontglipte aan haar lippen en even moest ze kort instemmen. Natuurlijk… Maar ze maakte zich zorgen dat hij al iets had. Kort slikte ze en toen de Metang afremde, opende ze langzaam haar ogen en nu pas kon ze kijken zonder pijn te hebben in haar ogen. Saiko daalde af en met grote ogen zag Tawn wat Boet al die tijd bedoelde. Een kleine grot, misschien hooguit een metertje groot, was ingestort en de rotswand was lichtjes afgebrokkeld, waardoor de overgebleven ingang was geblokkeerd. Toen ze nog maar een meter van de grond waren, begon paniek bij haar toe te slaan en toen de Metang haar armen opende, sprong ze eruit en liep ze met grote passen op de rotsen af, ze gooide zich op haar knieën en begon tegen de rotswand te duwen, proberend de stenen weg te krijgen. Maar al snel drong het tot haar door wat ze was en waar ze maar toe in staat was. Ze was maar mens, ze kon niks. ‘Uhm… meesteres,’ Even keek ze lichtjes schuin naar de metalen Pokémon die daar zweefde in de lucht. ‘Mag ik?’ Tawn fronste kort, maar kwam toen overeind en keek toe hoe de Pokémon een soort van ademhaalde. Ze hoorde ook kort een zucht in haar kop en even knipperde ze. Toen ze enkele stappen van de ingang was verwijderd, hield de machtige Pokémon opeens haar klauwen voor zich. Een klein geel balletje kwam tot ontstaan en wel meteen sperde de trainster haar ogen open. “Saiko! Stop!” zei ze wel meteen toen de bal aan raptempo groeide. De Metang liet haar armen zaken en de bal verdween al snel. Ze slikte even kort en ontmoette de blik van haar Pokémon. ‘Wat is er Tawnee?’ Hoorde ze kort. Even beet ze op haar onderlip. Ze wist best wel dat de Pokémon slim genoeg was… Ze was ook al een redelijk slimme Beldum geweest, ookal had ze altijd gedacht van niet. ‘Je mag het gerust zeggen, ik zal er niet boos om zijn. Je bent nog steeds mijn trainer en daarbij moet jij mij leiden, omdat je beter weet over dingen, jij denkt altijd een stapje verder, dat is wat een trainer doet. Ik weet dat je dat doet en ik vertrouw je. Je bent sterk genoeg en ook slim genoeg om die dingen te weten, besef dat,’ Hoorde ze en met grote ogen keek ze even naar Saiko. Dat was iets dat haar raakte. Kort zuchtte ze al trillend en keek ze even naar de ingang. De Gible… Ze moesten de Gible hebben. “Als je de wand aanvalt ben ik bang dat ze zal instorten en al zeker als je een Hyper Beam doet… Straks raak je nog de Gible… Dat wil ik echt niet,” zei ze terwijl ze kort haar hoofd schudde. Nee, ze wilde niet dat die pijn had, de leed al genoeg aan de pijn van de andere Pokémon van de groep. Hij was al redelijk schichtig en afstandelijk tegenover andere Pokémon en mensen en ze wilde de tere band tussen hem nu nog niet kapot maken. “We moeten een manier vinden om de rotsen weg te halen…” Vervolgde ze. “Of een andere ingang…” zei ze vervolgens terwijl ze even over haar kin streek. ‘Ik neem anders snel even een kijkje als je wil,’ zei ze kort. Tawn knikte instemmend en haalde de Pokéballs van Lawrence en Adelais boven. Met een korte worp liet ze de Krokorok en Eevee eruit. Ze had May ook nog… Maar die liet ze nog even in haar Pokéball, voor haar eigen veiligheid eigenlijk, dat zou toch beter zijn? Niet? Ze zuchtte zachtjes toen ze zag hoe jaloers Law wel niet was van Saiko, wetend dat deze langer uit haar ball was dan hij. Adelais ging zitten en zwiepte haar staart rond haar pootjes heen. Sinds ze Jade niet meer in het team had, was ze wat stiller geworden. Ze was van plan, als de eieren uit waren gekomen, om Jade in het team terug te halen… Of na de derde gym. Want die was gemaakt voor fighting types en Jade was niet sterk tegen fighting types. Dus ze besloot maar haar Zorua voor nu nog achterwege te laten. Ze had immers nog Kido ook, die ze ook terug in het team kon halen, als grote aanvalsmuur natuurlijk. Samen met Saiko zou dat een erg gevaarlijk team kunnen worden. Maybel zou ze ook houden. De rest van haar team, Lawrence en Adelais, waren bijna aan het einde van hun trainingen en waren bijna op een gemiddelde sterkte, of er net boven. Beide waren nu op een level van 50 en dat was mooi. Ze zouden een welverdiende rust krijgen op de box… Misschien zond ze Adelais en Jade naar huis, waar ze samen konden spelen en haar ouders wat konden helpen. Ze had nog een heleboel Eevee’s op de box staan, elke had ze anders gekregen en elke was haar dierbaar, maar ze moest ze nog leren kennen en dat was vooral het probleem. Het binden was goed enzo, maar het afscheid nemen deed altijd zoveel pijn. Ze slikte kort. Net zoals ze afscheid had moeten nemen aan Sachi en Kido. Sachi en Kido… Ze moest nog met die twee praten… Ze miste ze elke dag zo en ze besefte niet dat ze veranderde en dit deels hierdoor kwam. Het was als een onzichtbaar mes die steeds opnieuw stak in haar hart en haar verscheurde. Ze sloot even kort haar ogen, haar handen tot vuisten ballend. Sachi… Vergeef mij. Ze opende langzaam haar ogen terug en keek met een koude blik naar haar Krokorok. “Lawrence, graaf een weg onder grond en kijk of je op de een of andere manier in die grot kan geraken,” Ze wees even kort naar de ingestorte ingang en nadat de mannelijke Pokémon eerst even haar gebaar volgde en terugkeek, knikte hij. Toen keek ze naar Adelais, de Eevee lachte kort toen ze de blik van haar trainster ontmoette, een pretlichtje brandde kort in haar hazelbruine oogjes. “Kan jij het gebied helpen afzoeken met Saiko naar een andere ingang?” Vroeg ze. “Jij bent de speurder op de grond en Saiko helpt vanuit de lucht,” Ze knikte even naar het meisje en toen sprong ze overeind, een blije piep kwam uit de bek van de kleine vosachtige Pokémon. “Dan hebben we ogen onder de grond, op het land en in de lucht om te zoeken,” De drie knikten. “Ik zoek hier nog wat verder, gaan jullie maar alvast en als je iets vind, kom me dan zo snel mogelijk halen, oké?” Opnieuw knikten de Pokémon en al snel draaide Adelais zich om en rende ze weg, dook Lawrence onder de grond en verdween en steeg Saiko op, om aan hoge snelheid weg te vliegen. Tawn keek haar Metang even na en toen deze achter een heuveltje verdween, zag ze nog net hoe de kleine Eevee zo haar best deed om Saiko bij te houden en dit liet de trainer kort lachen. Ah, kleine Adelais was zo goed van hart, zo onschuldig. Zoiets verdiende ze best wel… Misschien dat ze het nog zou doen… Misschien niet. Ze zuchtte zachtjes en stapte naar voren. Tijd om te kijken wat ze kon doen.
Ze raakte kort de stenen terug aan en streek er even over met haar hand. Na enkele tellen haalde ze diep adem en sloot ze haar adem. “Gible?” Riep ze onzeker. Er viel een stilte in de badlands nadat ze dit had gezegd, had hij gelogen? Wist ze eigenlijk zeker dat hij hier zat? Nee… ze wist dat eigenlijk niet helemaal zeker. Ze zuchtte, valse hoop was ook zo zeker. Kort zuchtte ze zachtjes en keek ze even naar de plek waar Lawrence was verdwenen. Hij was de enige die een soort van markering had achtergelaten op de grond, vandaar dus. Dus ze zuchtte en draaide zich kort om waarna ze even met haar hand over de muur stenen wreef. Jezus… wat moest ze nu? Kort keek ze naar de laatste Pokéball die aan haar riem hing. Maybel? Moest ze May gebruiken om iets te doen. Kort beet ze op haar onderlip en staarde ze ernaar. Misschien was dat maar beter. Even liet ze een zucht horen waarna ze de Pokéball van haar laatste Pokémon nam en deze eruit liet. Ze had ook nog Queen, maar wie zou die nu gaan gebruiken? Ze was nog een baby en een bij met drie koppen. Like hell dat ze die gaat gebruiken. No way. Ze zuchtte zachtjes, pakte de ball van haar shiny en liet de Pokémon eruit. Even keek de Charmander kort rond, zich er niet van bekend wat er gebeurde, maar toen haar blauwe oogjes de grijze van haar trainster ontmoette, lachte ze kort naar en zij lachte kortstondig naar haar. “Hey daar meis,” zei ze waarna ze door haar knieën ging en de Pokémon even aaide over haar goudgele kopje. Kort lachte de fire type en liet ze een blij “Char” horen waarbij ze even kort moest lachen naar de kleine salamanderachtige Pokémon. Ze was nog steeds zo blij met dit diertje, ze had er echt geen idee van. Ze zuchtte zachtjes en lachte daarna met een brede lach naar haar. “Oké, meis, luister goed” Wel meteen was ze alert. “Hier zit je vriendje, de Gible,” Ze kwam overeind en klopte even tegen de muur, zachtjes. Wel meteen werden de ogen van haar Pokémon een stuk groter en Tawn zag dat ze verdriet had. Arme May. Kort zuchtte ze zachtjes en keek ze naar haar fire type Pokémon. “Ik moet in de grot geraken… De andere zijn aan het zoeken naar een ingang, maar kan jij me hiermee helpen?” vroeg ze dan maar. De Charmander knikte na enkele tellen. Eerst lichtjes twijfelend, waarna deze al snel veranderde, een zelfzeker gezicht opzette en toen zelfzeker knikte naar haar trainster. Ze zou haar helpen en de Gible bevrijden en daarbij zou Tawn ook helpen natuurlijk. Waarom zou ze niet helpen. Ze zuchtte zachtjes en keek even achterom. “Ok… wat denk jij ervan May?” Even knikte de Charmander waarna ze ook achterom keek en naar het gat keek waar Lawrence was verdwenen. Echter had ze niet gemerkt wat er daadwerkelijk was. De Krokorok was al terug en keek het duo even kort aan. Ze keek naar hem, met een soort van hoopvolle blik en al snel beantwoord hij die blik met een knik. Hij keek even naar de tunnel en sprong er terug in. Tawn keek even naar haar Charmander, maar deze had haar pootje tot een vuist gebald en rende al snel naar voren. Het blondje keek verbaasd naar de dappere Pokémon die onder de grond verdween en even verbaasd knipperde ze met haar ogen waarna ze ook naar voren liep en de tunnel insprong.
Even viel ze een heel eind naar beneden, waarna ze kort gilde, maar al snel kwam ze op haar gat terecht en liet ze een luide ‘poof’ Horen door de pijn waarna ze even kort haar ogen sloot en zazchtjes kreunde. Toen het meisje echter een van haar ogen opende, zag ze al snel een klein vlammetje dat de staart van haar Charmander representeerde. Kort zuchtte ze en bleef ze nog even zitten, waarna ze zichzelf rechthees en naar voren begon te kruipen aan een tempo die enkel zij kon bereiken met deze skillz. Kort keek ze rond. Miep, stel je voor dat er hier wormen zatten. Niet van die rupsen, maar wormen. Bestonden er eigenlijk wormachtige Pokémon? Nee toch, alleen maar rupsen, gelukkig maar. want wormen waren niet leuk. Net zoals slakken. Maar nee Pokémon had een slakkendraak gemaakt, want waarom ook niet. Ze zuchtte zachtjes en keek even kort naar het lichtje dat haar Charmdenr was. Ze kroop op haar handen en knieën verder door de tunnel die Law had gegraven en probeerde haar Pokémon bij te houden. Dat lukte best nog, ze was niet zo lomp als dat ze eerst dacht… Nuja, ze faalde nu ook weer niet zo hard in leven he, ze was een geweldig handig persoon als ze eraan werkte natuurlijk, anders was ze zo lomp als een Miltank die broodjes moest bakken. Oké, dat zou nog lukken, slechte vergelijking. Maar ze kon er weinig aan doen want Bo zat steeds met Miltanks in haar kop die dingen bleven je kop maar lastig vallen. Ze zuchtte zachtjes en keek even kort rond. Nee, nog een stukje hoopte ze dan maar. Natuurlijk gebeurd dat en al snel ramde ze per ongeluk haar kop tegen het einde van de tunnel en ze schudde kort haar kop en keek verward op, Lawrence had May eruit getild en stond nu in een verlichte grot. Dé grot waar ze naar binnen had gewild en waar ze nu ook waren. Ze knikte even kort en kwam overeind waarna Law haar een hand gaf en zij zo makkelijk uit de tunnel kon komen, om in de grot te komen. “Hm…” zei ze vervolgens. Toen keek ze even naar lawrence en vervolgens naar May. De Charmander keek kort rond en zocht duidelijk naar haar maatje, maar die was nergens te bekennen in het begin van de grote grot. Het zou vast niet zo erg zijn. Kort keek Tawn achter zich een ze zag al snel dat de grot potdicht was, maar ze was niet instabiel. Ze kon dan wel heus een hyper beam erop doen, maar ze had Saiko nu niet bij. Straks misschien kon ze dat dan doen. Dan was ze meteen ook af van het feit dat andere Pokémon vast konden zitten hier. Kort gebaarde ze naar May en Law. “Tijd om hem te vinden,” Maybel liet eeen kreetjhe horen en knikte instemmend. “We blijven wel bij elkaar, May is onze gids, Law jij let op de omgeving voor gevaren,” zei ze vervolgens. Hij knikte, Mat ook al snel en ze draaide zich om waarna de Pokémon begon te lopen. wat had de fire type opeens? Tawn snapte haar soms echt niet, maar goed, zolang ze maar de Gible terug hadden, niet? Dan was ze gelukkig en blij en dan was alles goed gelopen. Kort keek ze naar Lawrence, die achter hen liep op zijn achterpoten en ook nog een blik legde op de omgeving. Dat was zijn opdracht geweest en hij deed het heel goed. Kort zuchtte ze zachtjes en volgde ze May. Toen ze bij de eerste scheiding kwamen kwam May tot stilstand en keek deze van links naar rechts. “Ember op die muur,” zei Tawn, gebarend naar de tunnel die naar rechts ging. Al snel haalde de kleine Charmander diep adem en spuwde ze een klein vlammetje op de muur af, die al snel een kleine, zwarte vlek kreeg en zo gekenmerkt was met het vuur. Even was een smullende geur te ruiken en kort keek Tawn rond. Opeens hoorde ze hoog gepiep en wel meteen spreidde zowel Law als May hun pootjes. Opeens trilde de grond kort en even keek Tawn ernaar. Wat was dit? “Law, houd een Crunch klaar,” Beval hij haar Pokémon en hij knikte. “Jij een Flamethrower May,” Ook zij knikte instemmend en zette een stap naar voren en staarde even kort de grot in. Opeens begon de grond wat harder te trillen en kort staarde ze naar de gang waar ze de Ember had afgevuurd, al snel kwamen ze in zicht, in het licht van May’s vlam. Een hele horde van Sandile’s. Er waren er zeker meer dan tien, wat een boel was dit! “May!” Gilde ze en al snel vuurde de kleine Pokémon een grote vlammenzee af op de krokodillen, de voorsten werden hard geraakt en vlogen naar achter, waar ze bleven liggen, voor even maar. De achterste werden tegengehouden door de vlammen en liepen brandwonden op, het had geen naam… Dit alles… Zucht. Even keek ze kort naar Lawrence die even zijn spieren aanspande. “Earthquake,” zei ze waarna ze snel haar Shiny van de grond griste en naar achter liep, om op de grond te gaan zitten. May klamde zich meteen vast aan haar en even duwde ze haar warme lichaampje wat beter tegen haar aan. Een luid gebrul van Law liet haar tot op het bot trillen en even keek ze met grote ogen naar May, die haar ogen even had gesloten en kort slikte. Toen begon de grond te trillen en wel meteen hapte ze naar adem. Wat een kracht zat daar achter. Met grote ogen keek ze toe, maar al snel zag ze opeens hoe haar Krokorok de vele Sandile’s niet aankon. De kleine Pokémon sprongen op hem, hielden hem tegen verder aan te vallen. “Lawrence!” Gilde ze bezorgd naar haar Ground Type. Al snel zakte deze door zijn poten, zijn ogen gesloten. “LAWRENCE!” Gilde ze nogmaals waarna ze naar voren stoof toen ze opeens in het schemerlicht bloedparels zag. Zonder echt op te letten gooide ze zich op de groep en begon ze te trekken aan de Sandile’s. Tranen welden op in haar ogen. “GA WEG VAN HEM!” Galmde er door de grot terwijl tranen steeds sneller begonnen te vallen. Toen een van de Sandile’s zich naar haar omdraaide, gaf ze deze een klap tegen zijn bek en gromde ze even naar de Pokémon. Maar dit was daadwerkelijk zo’n verkeerde zet geweest, want de Sandile gooide zich naar voren, kaken opengesperd. Ze viel geschrokken naar achter, hield haar slechte arm als automatisme voor zich en sloot haar ogen, bang voor de pijn en het bloed dat zou komen. Opeens voelde ze warmte en al snel opende ze haar ogen terug. Haar Charmander had een Flamethrower afgevuurd en deze raakte de Pokémon hard en deze vloog naar achter, werd tegen de muur geslingerd en bleef daar liggen. Maar toen een paar Sandile’s dit zagen, gromden ze luid en vielen deze May aan. De fire type gromde luidkeels en keek naar de Sandile’s met een woeste blik. Ze probeerde ze weg te houden met een heleboel Flamethrowers, maar uiteindelijk braken ze door haar defensieve muur en beet de eerste Sandile zich vast aan haar staart. wel meteen gilde ze het uit van de pijn. Met tranen in haar ogen kon Tawn enkel toekijken. “Lawrence! Maybel!” Gilde ze enkel. Even keek ze naar waar law nog had gestaan, maar nu vocht tegen de kracht van de Sandile’s… Hij bewoog niet meer. Hij… bewoog niet meer! “Nee!” zei ze luid. “Lawrence!” Wel meteen kwam ze terug overeind en deze keer begon ze te trekken aan de kleine mormels, ze begon erop te slaan. Maar toen een van hem opeens een harde klap tegen haar gezicht gaf, gilde ze even luid van de pijn. En toen sperde Law luid zijn ogen open. Hij zag hoe ze omviel, trillend van de brandende pijn die ze nu op haar kaak voelde van de Pokémon. Even plaatste Tawn haar handen in haar gezicht. Laat het stoppen. Opeens hoorde ze luid gebrul en snel keek ze op. Trillend zag ze hoe haar trouwe Krokorok overeind kwam, een vlammend blik. Hij spreidde zijn armen en spande zijn spieren aan waarna hij even kort brulde, luid en duidelijk. Toen begon zijn lichaam een fel licht af te geven. Meteen keek Tawn, met tranende ogen toe hoe zijn lichaam groeide en groeide, het licht werd steeds sterker en sterker en uiteindelijk ebde ze weg. Met een machtige zwaai van zijn gestreepte staart ramde hij de eerste reeks Sandile’s ervan waarna hij luidkeels brulde en zijn nu roodkleurige schubben uitschudde. De grote Pokémon brulde luidkeels en opende zijn grote bek waarna hij zijn tanden rond een paar van de kleine Pokémon zette en deze wegslingerde. Al snel wende de grote krokodil zich tot de Pokémon die zich rond May hadden verzameld en hij brulde luid, maar al snel werd zijn brul ingetoomd door wat overblijvende Sandile’s die op zijn rug sprongen en hem beeten. Hij gromde luid. En spreidde zijn klauwen waarna hij een luidkeelse brul liet horen en toen verwoed op de grond sloeg met zijn staart en zo een hard aardbeving veroorzaakte. Met grote ogen staarde ze naar de nieuwe Pokémon, die amper te zien was in het zwakke licht dat van May’s staart kwam. Het enige wat haar echt opviel was zijn veel grotere gestalte, maar ook zijn bek die was gegroeid. Bloed van verscheidene Pokémon plakte aan zijn blinkende tanden en even trilde ze toen ze zijn pikzwarte ogen zag gloeien in het duister. Hij brulde even luidkeels, als een doorgedraaid monster en even trilde ze kort. Hij was helemaal ervoor gegaan en zou er niet aan overgeven, zo kende ze hem weer. De mannelijke Pokémon bromde luidkeels en toen de kleine Sandile’s nog steeds aan zijn rug gingen brulde hij nogmaals en gooide hij zich dus op zijn rug, waarbij de grond kort trilde. Hij stond terug op en keek om naar de Pokémon die er bleven liggen. Hij brulde luid en liet zijn bek razendsnel naar de Pokémon gaan, waarna hij ze in een keer allemaal vastnam en fijnkneep tussen zijn tanden. Hij schudde ze wild en vloog toen naar rechts, waarbij hij de koppen van de kleine Pokémon tegen de muur ramde en toen schudde hij nogmaals met zijn kop waarna hij ze de lucht in gooide en rechtop kwam te staan, waarna hij brulde en zijn klauwen gebruikte om ze een voor een weg te meppen, weg van zijn team, weg van alles. De Sandile’s vlogen in het rond, raakten een paar muren, maar bleven al snel liggen, ze waren verslagen, compleet tot moes verwerkt en helemaal en het zou haar verbazen als ze nog iets zouden doen. Toen de nieuwe Pokémon pas terug verder ging met vechten, keek ze op. Ze zag nu hoe hij de Sandile’s van may haalde, luid brullend, een voor een ze uitschakelend met een Bite of Crunch, of een slag van zijn staart. Al snel was de shiny Charmander vrij van de Sandile’s en al snel rende deze op haar af en sprong de Fire type in haar armen, zachtjes snikkend. “Shhh,” zei ze, zelf nog zachtjes snikkend. Ze drukte de kleine salamanderachtige tegen haar aan en bleef stil. ze keek toe hoe de nu rode Pokémon de rest van de Pokémon in elkaar sloeg met zijn staart en met zijn beetaanvallen, het zag er zo imposant en gevaarlijk uit, toch zo machtig dat ze haar ogen er niet van kon houden. Opnieuw gebrul en toen opeens hoorde ze hoe de grot even begon te trillen. Opnieuw voerde haar Pokémon een aardbeving uit… Als dit zo zou doorgaan stortte dit ding in! Wat dan! “Lawrence! Stop met aardbevingen te… veroorzaken,” Bracht ze met redelijk wat moeite uit en ze kneep even haar ogen halfdicht voor stenen die naar beneden vielen. Wat moesten ze doen? Ze zouden dood gaan, ze grot zou instorten, ze zouden sterven. Hier… Helemaal alleen.. Nuja, ze had haar Pokémon, dus zo alleen was ze niet. Ze had erger kunnen sterven, maar ze wilde nu niet sterven. Arceus, alsjeblieft, doe iets. De stenen en stof vielen sneller en sneller beneden, de stukken van de stenen werden steeds groter en dit maakte niet enkel de goudkleurige Pokémon in haar armen bang, maar ook haar. Dit was het einde, ze wist het zeker. Hier zou alles eindigen. Haar reis… Maar ook haar leven. Stil duwde ze May dichter tegen haar aan en ook de Fire type duwde zich dichter tegen haar, toen sloot het meisje haar ogen, hopend dat dit alles minder lang zou duren dan dat ze dacht. Ze hoopte dat het snel zou gaan, de pijn snel zou zijn en er snel een einde aan zou maken. Ze beet op haar onderlip, kort en haalde trillend adem. Vaarwel wereld...
Toen hoorde ze opeens een luide knal en al snel voelde ze iets boven zich, haar beschermend nemend. Ze opende haar ogen kort en met tranende ogen zag ze het witte licht dat Saiko’s lichaam omvatte. ‘Meesteres, ben je in orde?’ Opeens schoten er vier poten naast haar, machtige, sterke, metalen poten, omgeven door een wit licht. Met grote ogen wist ze niks uit te brengen en ze keek gewoon. Ze sloot haar ogen kort en hield de trillende Pokémon in haar armen dicht tegen haarzelf. Het duurde niet lang of het metalen ding verloor het licht dat het had omvat en schoot omhoog waardoor het een gat maakte in het plafond. Het daalde weer en nam Tawn rustig op waarna het de lucht inschoot en zo de instortende grot verliet. Trillend wist ze niks te doen, te bang om haar ogen te openen en te bang om te weten wat er was gebeurd met alles en iedereen. Hoe was het met de Gible? Met lawrence? wat gebeurde er? Ze was zo bang, bang voor het onbekende en dat was iets ergs. ze voelde zich zo benauwd, zo onwetend, dat ze weg wilde… maar dat kon niet, hoe kon ze weg? Ze zat in de armen van de net geëvolueerde Saiko, die ze zelf nog niet had gezien. Ze slikte even en opeens voelde ze hoe haar Pokémon daalde en daalde en haar rustig op de grond neerplaatste, waarna deze voor haar lande, wat wind stoof op en ze kuchte even kort waarna ze haar ogen opende. Met ogen zo groot als ze ze maar kon maken staarde ze naar de nieuwe metalen Pokémon die nu trots voor haar stond. Met een blik van medeleven en een lichaam die kracht uitstraalde stond ze daar. ‘De Gible is in orde,’ Hoorde ze opeens en ze keek even van Saiko naar Adelais, die wat verderop zat, samen met de blauwkleurige Pokémon. Bij het zien van May, werden de ogen van de Pokémon groot en keek hij haar aan, met ogen van medeleven. Al snel kwam hij overeind en rende de blauwe Pokémon op haar en haar shiny af. De Shiny Pokémon kwam voorzichtig dichterbij en liet een soort van laag gegrom horen, even heel teder. Het klonk liefdevol, vol met kracht die warm klonk aan haar hart. Even keek Tawn vertederend naar het duo. Langzaam opende de trillende Pokémon haar ogen en keek ze met haar luchtblauwe ogen naar de Gible. Opeens welden een paar tranen op bij de goudkleurige Pokémon en al snel vloog deze uit haar armen en omarmde deze de Gible, zachtjes murmelend, met tranen die bij het hele tafereel hoorde. het was een vertederend en liefdevol beeld, die je niet echt van je netvlies wilde halen. Kort keek ze naar de… ‘Metagross, ik ben nu een Metagross,’ Stomverbaasd keek ze even naar haar Pokémon. ‘Ik heb een redelijk groot brein nu,’ vertelde ze kort. ‘Telepathie is zo makkelijk nu en alles lijkt makkelijk eigenlijk,’ Langzaam lachte Tawn naar haar, met trillende lippen. Al snel sprong ze overeind en duwde ze zich tegen de kruis dat zich over het gezicht van de Pokémon spreidde. Even sloot ze haar ogen, zachtjes snikkend. Het hele gebeuren had haar zo laten schrikken dat ze gewoon van de kaart was. Ze voelde zich leeg en vooral eigenlijk… Nu… Voelde ze zich veilig en goed. Met trillende lip duwde ze zich wat beter tegen haar Pokémon aan, haar bescherming was haar zo kostbaar en ze wilde de Pokémon niet kwijt, ze moest bij haar blijven, dat zou zo blijven… Ja. Kort keek ze op, haar zucht kwam al trillend naar buiten en ze keek even naar de grot, die was ingestort. Lawrence… de nieuwe Lawrence, stond voor de grot, zwaar hijgend. “Law?” zei ze voorzichtig, om hem niet kwaad te maken of iets dergelijke. De rode Pokémon keek kort op. Hij had nu een soort van masker, die hem Arceus stond. Toen hij haar veilig zag, zuchtte hij opgelucht en lachtte hij kort naar zijn trainer, waarbij Tawn ook langzaam een lach op haar lippen kreeg. ‘Krookodile,’ Hoorde ze opeens. ‘In de Pokédex staat; Very violent Pokémon, they try to clamp down on anything that moves in front of their eyes. They never allow prey to escape. Their jaws are so powerful, they can crush the body of an automobile.’ Hoorde ze van Saiko en ze huiverde kort. Zo machtig. “Vertel die eens van Metagross,” zei ze, haar stem klonk hees. ‘Ok dan,’ zei de stem al half lachend. ‘Metagross has four brains in total. Combined, the four brains can breeze through difficult calculations faster than a supercomputer. This Pokémon can float in the air by tucking in its four legs.’ Ze knikte even naar haar Pokémon. “Dat klinkt geweldig, computertje,” zei ze, een grap proberend te maken, maar goed, zo goed was die grap nu ook weer niet. Niet dat het haar iets kon schelen, ze faalde toch al in humor en alles wat ermee te maken had. Ze zuchtte even zachtjes en keek kort naar law die dichter was gekomen en haar kort aankeek, onderzocht, maar ze had geen wonde opgelopen. De laatste tijd minder en minder. Ze begon sterker te worden op elk vlak. Kort keek ze om naar de Gible en May, die nu niet langer knuffelde, maar met elkaar aan het praten waren. De Shiny Gible had zijn korte armpje rond de goudekleurige Pokémon gelegd en de Charmander had haar kop tegen de Pokémon gelegd en murmelde zachtjes woorden tegen hem, duidelijk was het wel dat de twee bezig waren met iets redelijk intiems. Kort zuchtte ze zachtjes en ze keek even naar Saiko, die knikte, haar gedachten bevestigend. Ze keek even al lachend naar het duo. Ik wil hem wel heel graag in mijn team opnemen… maar ik weet het niet zo goed. ‘Tja, misschien moet je nog even denken daarover’ Het punt is, ik wil hem geen pijn doen, dat moet ik doen als ik hem wil vangen, snap je? Maar ze lijken zo gelukkig samen. ‘In het wild is de Gible niet gelukkig’ Ze keek even naar de Metagross. ‘Dat las ik in zijn gedachten, hij is veel gepest geweets, bijna geslagen tot de dood, ook door sommige trainer die hem wilde vangen en sinds die dag haatte hij het wild, volgens hem is het hier verschrikkelijk’ Met ogen groot als schaaltjes keek ze naar de blauwe Pokémon. “Wie doet er zoiets een Pokémon aan?” murmelde ze. ‘Dat is het wilde leven, zo is het nu eenmaal...’ Ze zuchtte even zachtjes. “Ik zal erover denken, maar ik denk dat ik hem even naar het Pokémon Center breng,” zei ze. Hij ziet er niet zo goed uit. De Metagross knikte bij die gedachte. ‘Dat is een uitstekend idee,’ hoorde ze in haar hoofd. Dus ze wandelde wat van haar Pokémon weg en zuchtte zachtjes. Ze haatte het hun moment te verpesten, maar goed, het zij zo. Kort schraapte ze haar keel en even keek de Gible op. Maar ook na enige tijd keek May op. het was duidelijk dat deze minder bang was dan eerst. Maar zijn huid was meer getekend dan eerst, dan toen ze hem voor het eerst had ontmoet… Even stokte haar adem kort een ze keek naar hem, met een blik vol bezorgdheid. “Ik wil je naar een Pokémon Center brengen…” zei ze zachtjes. “Als je dat tenminste wilt,” zei ze vervolgens op twijfelende toon. Even viel er een stilte tussen hen en even staarde de blauwe Pokémon naar de grond, nadenkend. Na enkele tellen zei May iets en toen keek hij haar aan en even was het stil. maar na enkele tellen knikte hij instemmend naar haar Shiny, een lach op zijn lippen krijgend. Toen keek hij naar Tawn en toen knikte hij ook naar haar, een zachte blik lag in zijn ogen. Ze knikte kort naar hem en keek toen kort rond naar haar Pokémon. Ze hadden allemaal wel een oplapbeurt nodig… En in de tussentijd kon ze dan even met Adelais en Queen bezig zijn. De Eevee zag er best in orde uit… Dus tja.

Toen ze de Pokémon had achtergelaten in het center had ze even een schuine blik gekregen van de zuster, omdat ze een erg gewonde Gible had binnen gebracht. het was zielig, maar ze had gezegd dat hij wild was en dat ze er niks kon aan doen dat hij er zo aan toe was. Dus toen had ze ingestemd. Nadat ze wat verder liep en zo terug eigenlijk op de officiële Badlands stond, rekte ze zich kort uit en keek ze even naar haar Eevee, die nog steeds uit haar Pokéball was. Ze zou even alles bij haar bijschaven en het voorstel doen van Jade. Na enkele stappen in de droge zandbak, stopte ze en keek ze kort rond, al snel spotte ze een leuk plaatsje om te trainen, het was er zanderig, maar de grond was wat harder daar en er groeide ook een paar struikjes. Ook waren er een heleboel stenen die de plaats wat tegen wind behoede, het was best mooi. Ze gebaarde even kort naar de bruine Pokémon, als teken dat deze haar moest volgen en ze liep naar de plaats toe waarna ze even kort rondkeek en toen ging zitten op de dichtste steen en keek even naar Adelais, die haar verlangend aankeek. “Wat dacht je ervan als ik iets plan voor jou en Jade?” zei ze, met de deur in huis vallend. “Als je wil, wil ik haar heus van de box halen als je wil,” ze lachte kort naar de Eevee en al snel werden de ogen van de Pokémon groter, alsof ze het amper kon geloven. Toen knikte de Eevee, blij piepend en al snel sprong deze op haar schoot en begon ze haar gezicht te likken. Even lachte Tawnee kort en bedekte ze haar gezicht even waarna ze even kort haar handen voor haar hield. De bruine Pokémon piepte blij, overduidelijk enthousiast over dit feit. Ze lachte even naar haar en knikte naar het jonge beestje. Ja, het was zo en de Pokémon zou deze keer een welverdiend iets krijgen. Ze zuchtte even zachtjes. “Goed dan,” lachtte ze even kort. “Dan zorg ik daar voor en dan nu, gaan we even kijken wat je nog kan,” zei ze en de bruine Eevee piepte en sprong van haar schoot, helemaal blij en door het dolle heen. Ze was duidelijk helemaal dol nu. “Oké, Trump Card,” zei ze al lachend en de Pokémon sprong op, tilde haar kopje op en sloeg even kort een kwartslag met haar pluizige kopje waarna de kaarten verschenen aan haar mondje en al snel schoten deze langs haar heen en lande ze op de grond, waar ze uit elkaar spatte. De Eevee lande terug en Tawn lachte. “Ik hou echt zoveel van die aanval,” lachte ze kort en de bruine Pokémon piepte instemmend en even lachte ze naar haar Pokémon waarna deze naar haar toeliep en opnieuw op haar sprong waarna ze haar begon te likken en blij begon te piepen, duidelijk door het dolle heen, ze was overduidelijk erg blij. En dat wilde ze, dat haar Pokémon blij en gelukkig waren. Dat was ze nu ook. Kort lachte ze en ze sloot haar armen rond de Pokémon heen en drukte deze tegen haar aan. Ze hield zoveel van deze Eevee, ze moest nog lang zo blijven, dan kon ze ervan genieten. Van haar aandacht, haar hyperheid en vooral haar vrolijkheid, die steeds een lach op haar lippen kon krijgen. Ze lachte weer en drukte het beestje wat steviger tegen zich aan. Bedankt Adelais, om er te zijn. Ze leunde wat naar achter en keek even naar de bruine oogjes van haar loyale Pokémon. Toen staarde ze kort naar de hemel, die al donkerder aan het worden was, ze zou weldra achter de Gible en haar Pokémon gaan, de zuster zou wel klaar zijn dan. Maar deze had ook gezegd dat ze wat werk zou hebben aan haar Pokémon, want de Gible zag er eigenlijk verschrikkelijk uit, of toch, zo zei ze dat. Even zuchtte ze zachtjes. was ze dan de enige die naar de gezondheid van haar Pokémon en de andere keek? Want zo voelde het toch wel vaak. Ze staarde snel naar Adelais en toen ze zag dat deze haar nieuwsgierig aankeek, lachte ze even kort. Ze had het vast gemerkt dat ze even in gedachten weggezonken was. Ze maakte zich inderdaad zorgen om de Gible en ze wilde hem graag beschermen, maar hoe ze dat zou doen was een vraag die ze zich eigenlijk liever niet zo snel wilde stellen. Ze sloot haar ogen kort en lachte even. Vangen ja… Maar wilde hij dat echt zo graag? Had hij echt zo’n haat aan de wildernis om dat op te geven? Of was er daadwerkelijk meer aan? Ja, natuurlijk was er meer aan. Maybel, haar shiny Charmander, had al lang een plaats in zijn hart geclaimd. Misschien zou dat wel de doorslag zijn om hem dan toch te vangen… wie weet...

{Open}
Terug naar boven Ga naar beneden
 
I will close my eyes
Vorige onderwerp Volgende onderwerp Terug naar boven 
Pagina 1 van 1
 Soortgelijke onderwerpen
-
» So close
» { I cannot believe my eyes
» Closed - Eyes up here.
» Eyes closed
» Burning Eyes

Permissies van dit forum:Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
Pokémon Journey :: ► WELCOME TO THE POKÉMON WORLD :: Kalos :: Lumiose Badlands-
Ga naar: