Een enkele Panpour schoot omhoog via een tak terwijl de oude dame langsliep, haar stok ferm op de bevroren grond plaatsend. Het laatste wat ze nu wilde was uitglijden. Het woud was een stuk rustiger dan wat ze normaliter gewend was, met soms een kreet van een Pokémon in de verte. De vorst had overal een laagje, glinsterend ijs achtergelaten, waardoor de bomen zachtjes glinsterden. Met een rustige zucht liep de oude dame dan ook door. Het enige jammere was dat het een beetje een eenzaam bestaan was nu. Haar Pokémon was een geschenk geweest van haar zoon, dat was waar, maar de Pokémon sprak niet zoals haar Staraptor dat deed, of haar Pokémon. Dat maakte dat het toch wat minder gezelschap was. En als Ranger kon ze nu geen andere Pokémon gebruiken. Maar goed, een gegeven paard in de bek kijken kon niet.. De dame schudde haar hoofd en liep maar door, zuchtend.