Member Axelle AgnewPunten : 270
Gender : Female ♀
Age : 19 Years
Type : Team Rocket
Rang : Grunt
Regions : Kalos
Icon : | Onderwerp: Birds can't fly ma apr 27, 2015 10:19 pm | |
|
Nee, ze was hier niet echt om iets imposant te doen. Met een schuine blik op Zoë en haar jonkie liet ze een zucht horen. De Kangaskhan keek even tevreden naar haar trainster en lachte toen zachtjes naar de blauwharige. deze liet even een kleine lach over haar lippen gaan... Hmmm, ze moest altijd lachen van deze Pokémon, het was toch wel iets waar ze aan moest wennen, dat was iets. Na enkele tellen keek ze echter op. In de verte zag ze een bende bruine vogels staan. Ze hadden geen vleugels en waren voor zover ze wist enkel gemaakt voor rennen aan hoge snelheden... Nuja, wilde ze wel zo'n beest? Misschien wel. Ze had gehoord dat je erop kon rijden en ze leken best nog grappig. Haha. Jep, zo dacht zij er eigenlijk over. Na enkele tellen keek ze terug naar Zoë, de Pokémon was even aan het knipperen met haar ogen en liet toen haar bloedrode blik vallen op het veel kleinere meisje die voor haar stond. "Zullen we even van dichtbij gaan kijken?" stelde Axelle even simpel voor aan haar vriendin. Even lachte de grote gestalte naar haar, gevolgd door een knik die enkel maar bevestigde dat ze dichter zouden gaan en dus zo de Doduo's beter zouden zien. Wilde ze er een? Neh, die dingen waren raar. Nadat ze even een paar stappen had gezet, begon ook haar Pokémon te wandelen, die even haar klauwpoot over haar jong liet gaan, die even uit de buidel had willen klauteren. Ze was er ook al achter gekomen dat het jonkie erg energiek was en veel uit de buidel wilde gaan. Dat begreep ze deels wel, als zij daarin moest zitten zou ze gewoon gek worden. Ze vroeg dan ook snel af of er mensen paste in die zak... Vast wel, klein meisjes. Naja, ze kon de zak nog gebruiken om dingen te vervoeren ofzo. Dan kon zij de kleine wel dragen. Ze had immers al redelijk wat vertrouwen van de Kangaskhan gewonnen, die een erg moederlijk karakter had, dat was zeker. Na enkele stappen stond ze terug stil en even keek de bruine, grote Pokémon haar schuin aan. Het grijze jong dat bij haar hoorde leunde naar voren en piepte even, wat de eerste vogels die het dichtst bij hen stonden liet opkijken. Ze grinnikte even en al snel begonnen ook de rest van de groep op te kijken. Na enkele tellen draaiden ze zich om en begonnen ze rustig weg te wandelen. Hehe, was ook niet echt leuk en gezellig he... wat dachten die beesten opeens? Dat ze de pot op kon? Nee, zij konden de pot op, dwaze dieren dat het waren. Het waren dan ook maar vleugelloze veugels die niet eens konden vliegen. Vogels die niet konden vliegen, waar zat de logica in deze Pokémon... Juist ja, die was er niet echt en die zou er ook nooit te vinden zijn, dat wist Axelle zeker. Want wie zou er in Arceus naam nou een Pokémon uitvinden die een flying type was en niet eens kon vliegen... Doduo was daar toch de enigste van... Toch? Of zat ze er toch naast? Naja, ze zat er vast naast, er waren er vast meer... Althans dat hoopte ze voor deze gehandicapte flying type... Ookal was het eigenlijk niet gehandicapt... Want elk individu van deze soort was zo. Met een zucht liet ze een blik vallen op haar Pokémon, die ook even zachtjes snoof en de groep nastaarde. Wat een bende bangeriken. Die gingen er meteen vandoor als er iets niet pluis zat. Nee, zo'n beest moest ze niet hebben. Als ze een niet vliegende flying type zou vangen, zou deze wat pit moeten hebben. Dat was het minste wat het moest hebben. Toen de groep echter opeens halt hield en even allemaal opkeek, keek ze kort op, fronsend. Opeens zag ze de eerste beesten, dus degene het verste van haar, opspringen met luid gekrijs en al snel begon de hele groep te panikeren en schoten verschillende Pokémon uit de bende om als een Torchic zonder kop rond te lopen. Axelle fronste even en ook Zoë liet een frons op haar gelaat gaan en snoof even afkeurend waarna ze even slikte en haar klauwen tot vuisten balden. Toen de groep wat uiteen week en het probleem, gevaar, zichtbaar werd, werden de ogen van het blauwharige kind groot. Een fel gekleurde vogelachtig met een snavel waar kraakjes overliepen was als een wilde in het rond aan het springen, krijste luidkeels een liet zijn prachtige vederen alle kanten opgaan. Het maakte de tweekoppige Pokémon een beetje gek en toen de eerste Normal, flying type naar voren schoot om een Peck uit te voeren, een poging het stil te krijgen, volgde de rest al snel. Dit liet de Pokémon echter wat panikeren en al snel hoorde ze het oorverdovende geluid weer en kortstondig legde ze haar handen op haar oren en klemde ze haar tanden op elkaar. Godver wat was dat? Zoë gromde zachtjes en spreidde haar armen waarna ze even een brul liet horen. Verrast keek de Grunt even naar haar Pokémon, die met een uitdagende blik naar de groep keek, die meteen was gestopt bij het horen van het gevaarlijke gebrul. Gegrom ontglipte uit de keel van de moeder en even zette ze een stap naar voren. Al snel besloten de Doduo's dat het geen nut had deze eenling aan te vallen... Nuja, het waren eigenlijk gewoon een bende losers. Een beetje de zero van de flying types. Al snel droop ook de laatste bruine Pokémon af en rende deze al even snel weg als dat ze had aangevallen. Het waren een bende achterlopers, die stomme vogels. Echt een bende domme idioten. Ah tja, wat kon zij eraan veranderen? Na enkele tellen naar de groep gekeken te hebben keek ze naar Zoë, die de eerste stap naar voren zette en wel meteen op de felgekleurde vogel afging, die nu trillend in elkaar zat gedoken. Verschillende wonden waren duidelijk op zijn lichaam en het was ook erg goed te zien dat de vogels zich niet hadden ingehouden. Even zuchtte Axelle en ze volgde haar Pokémon al snel, ze voelde hoe de bezorgdheid in de lucht hing. Het viel zo op dat ze zich ook een beetje zorgen begon te maken over deze onbekende Pokémon en ook om Zoë. Was ze echt zo'n goede keuze geweest voor het team? Dat ze zo moederlijk was vond ze oké, maar random Pokémon te vriend doen was nooit echt iets gezond. Natuurlijk was Axelle zelf niet echt veel anders... maar tja, dat maakte ze zichzelf wijs he. Nadat ze even naar de lucht had gestaard, liet ze haar blik al snel terug vallen op de bruine, grote Kangaskhan die zich over de vogel had gebogen en rustig over zijn kopje streek met de 'vingers' van haar poot. Een bezorgde glans lag in de ogen van de Pokémon en even zuchtte Axelle zachtjes. Oh Arceus, dit had ze ook weer he. Zoë had identiek hetzelfde gereageerd toen ze haar had gevonden, maar misschien was dat van haar toch wel wat... Anders geweest. Nee, het was gewoon het feit dat ze zichzelf niet wilde vergelijken met een vogel, ze haatte die beesten toch wel een beetje. Die stomme dingen konden vliegen terwijl zij het moesten doen met benen, zo oneerlijk. Het leven was gewoon oneerlijk, maar dit was de grootste fout die Arceus ooit had gemaakt. Soms dacht ze dat die stomme vliegende Torchic's haar zaten uit te lachen terwijl ze even hoogte wonnen... Jep, net zoals sommige mensen had Axelle er altijd al van gedroomd te vliegen zonder enige hulp. En nee, ze bedoelde niet afgevuurd worden door een Pokémon of katapult. Want dan lande je zowiezo op je gezicht en dat deed geen deugd, dat kon ze je verzekeren. Hoe dan ook, deze vreemde Pokémon was nu blijkbaar het middelpunt van het verhaal. Het was een vreemde vogel -letterlijk-. Het leek op niks dat ze kende of dat ze kon afleiden. Misschien een misvormde Pidgey met een aandoening aan de snavel? Een Chatot met een redelijk misvormd... Alles? Ugh... Wat moest ze er eigenlijk van denken? Na enkele tellen, keek Zoë langzaam op. De Kangskhan keek haar kort aan en zuchtte even zachtjes waarna ze haar oogleden even over haar bloedrode kijkers liet gaan en ze even een bezorgd blik trok. Dit liet de trainster even opkijken en wel meteen voelde ze dat gevoel weer... Ja, bezorgdheid. Het was een gevoel die ze niet vaak had gevoeld vroeger en nu het er voor het eerst was... Brr, haal het maar snel weg, het kon de pot op. Alles kon de pot op. Pak die vogel en gooi het weg, Axelle had nu al geen geduld meer. Dus ze zuchtte ook, met alle drama van dienst. Ze rolde met haar ogen en sloeg haar armen over elkaar. Waarom zoveel aandacht voor een wilde Pokémon? De bruine POkémon keek even vanuit haar ooghoek naar haar en zuchtte zachtjes, duidelijk heel wat geduldiger dan de grunt. Naja, zij was dan ook geen moeder. Ze haatte kinders, vooral mensenkinders. Die dingen moesten dood man, het waren parasieten en de meest erge ziekte die je in huis kon halen, hetzelfde gelde voor baby's... Eerst zit het in je en dan word je dik en dan komt er een monster uit die je hele nachten wakker houd en dan word het een tiener en een peuter en... Een rilling gleed over haar rug. Oh, de horror van een kind, dat was gewoon de ergste nachtmerrie mogelijk. Nooit van haar hele leven wilde ze zoiets... Nee, dat was gewoon buiten haar begrijpen. Hoe kon je nu zo moederlijk zijn? Het waren maar huilende lastpakken, schop ertegen en ze gaan luider huilen... Lastig. Nee, ze had nooit echt een moederlijke instelling gehad. Ze was altijd al een beetje jongensachtig geweest. Zag je ook wel aan haar Pokémon keuze... Nuja Kangaskhan was eigenlijk niet echt zo stoer, nuja, tenzij het je neus aan stukken sloeg. Hihi. Ah tja, iedereen zo zijn eigen smaak. Na enkele tellen zette ze dan toch een stapje dichter naar het duo. Een lichte nieuwsgierigheid borrelde toch op in haar borstkas toen ze over de schouder van de neergeknielde Pokémon de vogel zag liggen. Haar poot streek langs zijn nekveren heen en ze liet voorzichtig haar poot onder zijn kop gaan waarna ze voorzichtig deze wat optilde. Het was met zoveel zorg gedaan dat het leek alsof ze met een kristallen beeldje aan het werk was. Zo precies en zo rustig dat ze even de lucht voelde trillen door haar gezucht, zo gefascineerd door de zachtheid in het handelen van het monster. Hehe. De kleine leunde wat naar voren en tuimelde uiteindelijk uit de buidel van zijn moeder. Ietwat onhandig belande hij op de grond, maar al snel kwam het jonkie overeind en wandelde het met nieuwsgierige ogen op de nieuwe Pokémon af. Zijn mondje was een platte streep, zijn kleine kraaloogjes straalden de nieuwsgierigheid uit die ook in haar blauwe ogen lag en even liet Axelle zich langs haar Pokémon gaan en zakte ze voorzichtig op haar knieën in het gras. Met een blik op de vogel keek ze even naar de Kangaskhan, die de gekleurde Pokémon van de grond tilde en deze langzaam naar zich toe bracht. Teder duwde ze het beestje tegen zich aan. Alsof ze een baby vast had en deze nu met al haar liefde bij zich nam. Langzaam opende de vogel zijn ogen, trillend. De oogleden van de grote Pokémon gleden wat over haar rode ogen heen en ze liet een lachje zien. Het jonkie keek op naar zijn moeder en staarde naar de onbekende vogel in de armen van zijn mam en hij fronste even waarna hij een opstandig gepiep liet horen en even een kreetje van aandacht sloeg. Langzaam liet Axelle haar hand op het jonkie vallen en nam ze het op. Verrast keek de kleine om, om oog in oog te staan met de blauwharige. Even grinnikte ze en na enkele tellen lachte ook de grijze Pokémon in haar handen. Ze plaatste de Pokémon op haar schoot nadat ze haar even goed had gezet uit haar houding en nu in kleermakerszit zat. Even keek Zoë schuin naar hen en een lach van geluk verscheen op haar gezicht, een soort van trots, alsof ze erg blij was bij het zien van de twee. Even zuchtte ze en knikte ze naar de Pokémon in haar armen. Haar blik viel dan ook al snel terug op de gewonde vogel, die kort trilde en nu weer zijn ogen opende. Kort stokte zijn adem, maar na enkele tellen werd zijn gehaaste ademhaling rustig en zuchtte hij zachtjes waarna deze even zijn ogen sloot, meer uit het feit dat hij eindelijk kon uitrusten, dan dat hij niet meer kon...
Na enige tijd keek ze even naar Zoë... Het duurde wel even en ze maakte zich wel zorgen hoor. Na enkele tellen pakte ze dan ook de kleine in haar schoot vast en kwam ze langzaam overeind terwijl de kleine in haar armen bleef. Even keke Kangaskhan schuin naar haar en ze onderzocht haar kort. Even zuchtte ze zachtjes en keek ze naar de geduldige ogen... De ogen van een moeder... Even lachte ze kort. Ze wilde zorgen voor deze Pokémon? Dat vond ze goed... Ze knikte even en de Pokémon lachte even naar haar waarna ze ook overeind kwam en de vogel in haar buidel legde. Toen stak ze haar armen uit, naar het jonkie en al snel legde ze de kleine in haar armen neer. Tevreden piepte hij en ze drukte liefdevol het kleintje tegen zich aan, ogen gesloten. De band tussen Zoë en kleine was erg sterk en ze vond het nog steeds zo schattig hoe die twee met elkaar omgingen... Dat was gewoon zo mooi dat je ervoor zou smelten. Na enkele tellen legde ze het kind in haar armen neer, waar het zijn ogen sloot en even gaapte en toen zo'n schattig geluidje maakte. Ze grinnikte even en de moeder lachte ook even kort. Toen liet ze haar blik vallen op de vogel in de buidel van haar Pokémon, die zich opgerold had en nu wat dieper in de zak was verdwenen... het zag er zo vermoeid uit, alsof vele trainers en mensen het hadden aangevallen en het had willen aanvallen om het te vangen. Er was duidelijk wel iets speciaal aan het beest, dus nu vond ze het wel een mooi moment haar Pokédex even te gebruiken. Dat ding had ze ooit eens gekocht, maar ze had er nooit echt iets mee gedaan... Dus nu kon ze het ook even doen, niet? Ze klapte het apparaatje open, die er even over deed, daarna piepte het even. 'Archen, the First Bird Pokémon, it was revived from an ancient fossil. Not able to fly, it lived in treetops and hopped from one branch to another.' Wow wow... wat? Fossiel? Haar ogen werden groot. En het kon ook niet vliegen ha, wat een loser. Ze zuchtte even en stak het ding terug weg waarna ze even naar Zoë keek en kort knikte. "Goed dan, houd het even bij je en verzorg het, maar laat het dan weer gaan..." De Kangaskhan knikte tevreden naar haar trainster en lachte naar haar. Dat klonk best leuk... Tijdelijk... Naja, ze zou wel zien hoe het zou gaan.
Met rustige stappen wandelde ze verder in het stadje. In de buidel van de Kangaskhan was de Archen veilig voor al de gierige ogen van de bewoners van het stadje. Ze kende het, zoiets zeldzaam wilde iedereen... Maar het kon niet vliegen, waarom zou je het willen. Eerste vogel... Die kon niet vliegen. Betekende dit dat er een fout zat in de vogels die wél konden vliegen? Ah wat wist zij, zij was niet Arceus... Arceus was een derp. Ah tja. Ze zuchtte even en keek schuin naar Zoë, die de slapende kleine in haar armen had. Het beeld liet de mensen wel opkijken, maar ze was blij geen staarders te hebben, dat zou ze vast hebben als de Archen uit de buidel was. En dan zou ze Steak bovenhalen en die liet die mensen wel terug weggaan. Ja, ze had een zeer goed team, dat was zeker. Na enkele tellen besloot ze even te stoppen bij een bankje, omdat een klein kind voor haar voeten was gevallen en er toevallig een bankje op die plek stond. Het kind maakte een oef geluid en keek lichtjes op naar het meisje en haar Pokémon. Ze wist zeker dat als Zoë haar handen niet vol had gehad, ze zich had gebukt en het jonge kind van de grond zou geraapt hebben... Maar nu had ze het jonkie in haar handen. Langzaam kwam het kind overeind en kreunde deze even, al lachend. Echter gebeurde er iets waardoor Axelle even verstijfde. "Wauw!" De ogen van het kind werden groot toen deze gewoon naar voren sprong en de buidel opentrok van haar Pokémon. Wel meteen gromde Zoë luid en duidelijk, maar het meisje leek niet te luisteren, dus ze liet haar kop zakken en liet een zwaar gebrul recht in haar gezicht horen, een duw van haar kop liet haar naar achter deinzen en opnieuw viel het kind neer. Echter schoot deze erg snel terug overeind. "Archen! Een fossiel! Kom kijken!" Zwijg kind, zwijg gewoon ugh. Al snel stak de Pokémon bij het horen van zijn naam zijn snavel voorzichtig uit de buidel en keek deze met rustige ogen rond. Echter verstijfde hij lichtjes bij het zien van de mensen die opkeken, grote ogen, hebben. Arceus, wilde iedereen op deze planeet een Archen? Ja. Al snel nam paniek het bij de oeroude Pokémon over en voor ze iets kon doen schoot deze aan grote paniek uit de buidel. Mensen, die al naar hen toekwamen, veranderden nu van richting en begonnen achter de Pokémon aan te lopen, die wild met zijn vleugels sloeg en al krijsend begon weg te rennen. Zoë gromde luidkeels en plaatste haar kleine voorzichtig in haar buidel waarna ze haar omdraaide naar de lopende mensen, haar armen spreidde en nogmaals brulde, daarna begon ze achter de groep te rennen. Even werden haar ogen groot. Iep! Nee ze wilde geen doden of gewonden. Snel begon ze achter haar Kangaskhan aan te sprinten en in een snelle beweging was ook Steak naast haar. De Bouffalant begon meteen naast haar te rennen en keek even schuin naar zijn trainster, vragende blik. "Haal die groep in," zei ze kort met een knikje. "Wat er ook gebeurd, laat ze die vogel geen pijn doen, zorg ervoor dat hij kan vluchten," De harige buffel loeide even luid en versnelde toen waarna hij al snel langs Zoë voorbijschoot en in de richting van de renende mensen rende. Haar voeten vlogen over het stenen pad heen, sneller dan normaal, sneller dan dat ze eigenlijk gewend was van die dingen. Ze hijgde zachtjes en al snel zag ze de groep dichter komen... Nee, ze stonden stil... Oh Arceus nee.
"Graveler, tackle!" "Steak," Al snel schoot de Bouffalant naar voren ving hij de aanval op en gloeide hij even oranje op waarna hij een Revenge aanval uitvoerde en zo de stenen Pokémon naar achter duwde. Toen snoof hij en schoot hij snel naar voren om de Sturdy Ability aan een einde te brengen door een Horn Attack toe te passen. Al snel vernauwde hij zijn ogen en schraapte hij met zijn hoef over de grond heen. Axelle schoot langs de groep heen en ging naast haar trouwe vriend staan, terwijl Zoë zich door de groep werkte met luid gebrul. Snel sprongen de mensen aan de kanten toen ze het beest hoorden naderen. Gelukkig vielen er geen gewonden... Tot ze omkeek. Ze zag hoe de ene vleugel van de Archen aan het bloeden was. Het was duidelijk dat hij zich had willen verzetten en de Graveler had vast zijn vleugel gebroken. Ze klemde haar tanden op elkaar. Waren dit trainers? Puh, wat een boeltje ongemanierde mongolen waren dit? Ze snoof even en stak haar hand uit. "Steak, Zoë, Rage," zei ze simpel. Beide slaakten een woedende kreet en schoten naar voren. De mensen hadden vrij simpele doorsnee Pokémon zoals Skitty of Zigzagoon. Er was zelfs een dupperd met een Bidoof die zo knock out werd geslaan en het had geen zin om een tegenaanval te doen, want het maakte het duo enkel sterker. Ze snoof even afkeurend en nu ze toch bezig waren draaide ze zich vluchtig om naar de flying type en bukte ze zich naast de gekleurde vogel. Wel meteen pakte ze hem op van de grond en duwde ze hem tegen zich aan. Zonder om te kijken begon ze dan ook gewoon te rennen. Haar Bouffalant en Kangaskhan waren sterk genoeg om deze beginners een lesje te leren, dat wist ze. Haar handen werden nat van het bloed dat uit het lichaampje van de Archen kwam. Ze voelde zijn uitgeputte spieren van vele gevechten tegen vele trainers die hem hadden willen vangen en ze snoof afkeurend. Het beest was zodanig in paniek en zodanig gewond en moe dat het gewoon geen echt beeld gaf van zijn persoonlijkheid, hoe erg was dat niet? Ze snoof weer afkeurend en toen hoopte ze dat Zoë een van die gasten hun neus zou breken, het zou hen tenminste leren. Ze klemde nogmaals even haar tanden op elkaar. Als er iemand haar durfde te volgen, zou ze eigenhandig haar tanden in zijn vlees planten, dat zweerde ze op het graf van haar Steak.
Uiteindelijk dook ze weg in een richel en duwde ze zich tegen de stofachtige muur aan. Ze hijgde zachtjes en sloot even kortstondig haar ogen. Waarom ze dit deed was een raadsel, misschien was ze diep vanbinnen toch ook zo'n hebberig kind dat alles wilde en wilde ze die Archen voor zichzelf, kon goed zijn, kon goed zijn... Maar ah... Ze gaf om het diertje, echt waar. Ze maakte zich zorgen om zijn gezondheid en dat deed ze niet vaak. Ze sloot haar armen om het trillende lichaampje en liet haar neus even zakken tegen zijn snavel. het voelde ruw aan en het puntje van haar neus leek niet gewend te zijn aan dit soort stof. Steen, daarmee kon ze het best vergelijken. Langzaam opende het zijn ogen, nog steeds trillend van angst, dat was duidelijk. "Shhh," suste ze even zachtjes. Ze kon het niet laten maar uiteindelijk voelde ze tranen in haar ogen prikken bij het zien van de blik van de kleine in haar armen. Het schreeuwde om hulp, het wilde rust... Waar waren de oeroude bomen van vroeger? Dit ding kon moeilijk ontsnappen aan zo'n mensen, dat was duidelijk. Zoals de Pokédex haar al had verteld, het was zo dat ze niet konden vliegen en ook niet zo hard konden rennen. Ze waren kortom een prooi voor alles... "Shhh, je bent veilig," suste ze zachtjes terwijl ze met haar ene hand over zijn kopje streek en even het opgedroogde bloed uit zijn veren kamde. Ze liet haar hand niet op zijn vleugel gaan, want dat zou pas pijnlijk zijn. Even voelde ze het dier trillen en ze fronste even bezorgd. Arm beest. Daarna zuchtte ze even toen het opnieuw trilde in haar fijne armpjes. Het fragiele diertje sloot even zijn oogjes en kraakte even afgebroken iets waarna het voorzichtig zijn ene, niet gewonde vleugel, optilde en op haar hand legde. Ze lachte even zachtjes en kon het niet laten even te knipperen, want die tranen begonnen echt pijn te doen. Ze zuchtte even verluchtend en tilde haar ene arm op waarna ze even over haar ogen streek en de tranen er zo uithaalde. "Wat doen mensen toch om je te krijgen," zei ze zachtjes. "Het lijkt wel alsof ze je kunnen vermoorden... Voor je gewoon te hebben..." zei ze vervolgens. Daarna staarde ze even naar de grond en trok ze haar benen wat dichter naar zich toe. "Je bent speciaal, dat is waar, maar... Je bent ook zeker een Pokémon met pit," vervolgde ze kalmpjes. Ze herrinerde zich nog de vage aanval ding, of begroeting, van de Archen met de Doduo's. Zo had ze hem ook leren kennen. Daarna zuchtte ze even, haar stem licht trillend... wat deed ze zelfs? Opeens voelde ze een snuit op haar hoofd en wel meteen keek ze op, waarna ze al snel de Bouffalant zag staan. Even haalde ze diep adem en spande ze haar spieren op waarna ze al snel rechtop stond en naar de normal type keek. Naast hem stond Zoë, die meteen haar blik liet vallen op de Archen, die zich tegen het lichaam van Axelle had gedrukt en rustig zijn ogen had gesloten. De Kangaskhan zuchtte even opgelucht en keek even tevreden naar de grunt, alsof ze blij was te zien dat ze zo'n kant had. Het verraste haar zeker ook, maar ze vond het zeker niet iets dat ze dagelijks zou doen... Misschien bij sommige Pokémon... Opeens opende de normal type haar poot en al snel zag de blauwharige dat deze een paar bessen mee had. wat deed ze met die dingen. Ze fronste even, maar toen de Pokémon even knikte en naar de Archen keek, snapte ze meteen wat ze bedoelde. Al snel nam ze een stapje terug en de twee Pokémon sprongen het richelding af. Al snel besloot Axelle terug te gaan zitten tegen de stoffige muur waar ze eerder had gezeten en ze liet een zucht horen waarna ze even rustig haar hand over het kopje van de Archen liet gaan. De oerPokémon opende zijn ogen voorzichtig en toen nam ze met een trage beweging een bes van het hoopje dat Zoë naast haar had geplaatst. Langzaam bracht ze dit naar zijn bek en even klaarde de gekleurde flying type op. Zijn goede vleugel won wat hoogte en viste de bes uit haar handen waarna hij gretig op het ding begon te sabbelen. Ze grinnikte even en nam een volgende bes waarna ze het proces herhaalde. En genieten dat de vogel deed. Het was voor het eerst dat ze het diertje opgewekt zag en blij, werkelijk opgetogen om weer eens eten te zien. Soms zag ze hem wel eens raar kijken, alsof hij de smaak nieuw vond, anders dan dat hij gewoon was. Dat zou vast raar voor hem zijn. Bessen van nu waren vast anders dan die van uit de tijd van de Archen's. Ze zuchtte even zachtjes toen de gekleurde vogel de laatste bes nam en daar ietwat rustiger op begon te knabbelen. Ondanks het feit dat hij er nog steeds erg verslagen bijlag, leek hij erg blij. De vleugel moest echt pijn doen, maar ze had niks om het te verzorgen... Of toch? Opeens werden haar ogen groot en liet ze haar vrije hand in de zak van haar trui gaan. Daar viste ze een rolletje verband uit. Ze had het bij zich omdat ze zelf een verband had rond haar knieën door de val in de grot van eerder. Nu kon ze er goed gebruik van maken. Ze kon het even afdekken en misschien later laten verzorgen... Toen de vogel klaar was met eten, maakte ze een teken dat ze iets wilde doen en ze plaatste voorzichtig de gekleurde vogel voor zich, op haar schoot. Ze had al wat bloed en vuiligheid met haar handen uit zijn veren gekamd en hij zag er nu al zeker veel beter uit. Ze lachte tevreden en zuchtte dan ook even zachtjes waarna ze het verband met snelle halen rond de vleugel en schouder haalde en al snel had ze een soort van verband gemaakt. Het witte doek was eerst nog vlekkenloos geweest en na een tijdje verscheen een kleine, rode vlek op de plaats waar zijn wonde zat, maar deze stopte al snel met groeien. Ze knikte even tevreden en keek toen even naar Zoë, die even lachte naar haar. De Archen had deze dag een gevecht gehad met een bende Doduo's, een Graveler en een bende mensen. Het beest zag er dan ook verslagen uit. Na een zuchtje liet het zich door zijn poten zakken en staarde het even naar de grond. wel meteen herkende ze de blik in zijn ogen. Hij had... Heimwee. Even liet ze haar oogleden over haar blauwe ogen gaan... Dat was iets waarmee ze niet echt kon helpen. Hoe hard ze ook probeerde, ze kon het beestje niet terug naar de prehistorie brengen... Langzaam keek ze dan ook terug op en ze zag hoe de vogel even schuin opkeek naar een klein boompje dat wat mistroostig op een grasveldje stond. Dit was zijn thuis niet... Of misschien... Toch wel... "Archen?" De gekleurde vogel keek haar aan, ietwat verrast. "Je hebt heimwee, of niet?" Even sloeg hij zijn blik van haar af, een knikje volgde al snel... Een zucht ontglipte aan haar lippen terwijl ze even voorzichtig haar handen in haar zak stak en daar een bal uithaalde. "Je mist je familie... En vrienden... Je bomen en de bessen, de vrije natuur, toch?" Opnieuw een knikje van de vogel. Ze zuchtte nogmaals en legde de rood-witte bal voor de neus van de vogel. "Mag ik iets voorstellen...?" De vogel keek haar kort aan. Even verscheen een kleine lach op haar lippen terwijl ze kortstondig naar Zoë keek, die even lachte, ook kleine lachte kort. Daarna keek ze naar Steak, die voor het eerst toch tekenen vertoonde van wat lachen kon zien. Toen keek ze naar de Archen, een breder lach op haar lippen. "Wil jij deel uitmaken van onze familie... Vriend?" Zei ze voorzichtig. Ze slikte even, haar mond was kurkdroog... Even lag er een twijfeling in de ogen van de fossiel en ze knipperde even met haar ogen. "Ik weet dat ik je broer niet ben of je zus... Geen Archen zoals jij... Maar ik voel me wel als een moeder voor jou. Wij zullen voor je zorgen zoals we nu hebben gedaan vandaag, zoals eeen familie dat doet. En we zullen je beschermen tegen alles, zoals vrienden dat doen... Samen willen we jou... Een nieuw thuis geven, een nieuwe plaats..." zei ze zachtjes, een lachje op haar lippen. Het was nu afwachten wat hij zou doen.
|
|